Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 15 december 2014, met producties,
- de conclusie van antwoord, met producties,
- het tussenvonnis van 25 maart 2015, waarbij een comparitie van partijen is gelast,
- het proces-verbaal van comparitie van 29 oktober 2015 en de daarin genoemde stukken,
- de faxbrief van 20 november 2015 van ING inhoudende opmerkingen omtrent de inhoud van het proces-verbaal,
- de faxbrief van 23 januari 2016 van Blosh c.s. inhoudende een reactie op voornoemde brief van ING.
2.De feiten
Gedurende de eerste rentevaste periode van 3 maanden bedraagt het rentepercentage het op de dag van effectuering van deze overeenkomst geldende 3-maands EURIBOR, verhoogd met een opslag van 1,70% per jaar. Na iedere periode van 3 maanden zal het rentepercentage worden herzien en worden vastgesteld op het op de vervaldag geldende 3-maands EURIBOR, verhoogd met een opslag van 1,70 % per jaar.
4. Indien de bank van zijn recht om het rentepercentage en/of de voorwaarden van deze overeenkomst te wijzigen, gebruik maakt, dient de bank hiervan ten minste twee weken voor de afloop van desbetreffende termijn kennis te geven aan cliënt. Indien het voorstel tot rentewijziging en/of wijziging der voorwaarden door cliënt niet wordt aanvaard, zal het restant van het geleende bedrag met rente en/of kosten op de datum, waarop de rente en/of de voorwaarden gewijzigd kunnen worden, dienen te worden afgelost, zonder dat een vergoeding wegens voortijdige aflossing verschuldigd is.”
U heeft voor uw lening (…) gekozen voor een variabele rente. Uw rente wordt bepaald op basis van het 3-maands Euribor-tarief (…) vermeerderd met een variabele opslag. Deze variabele opslag bestaat uit een basisopslag, die voor alle klanten geldt, en een individuele risico-opslag. Voor deze lening wordt de variabele basisopslag verhoogd.
3.Het geschil
recht om het rentepercentage en/of de voorwaarden van deze overeenkomst te wijzigen. Hierbij geldt voorts dat in de kredietovereenkomst is bepaald dat artikel 4 van de algemene voorwaarden alleen van toepassing is
indien de bank gebruik maakt van het recht om het onderdeel opslagpercentage te wijzigen. Het recht om het opslagpercentage te wijzigen is dus neergelegd in de algemene voorwaarden en is benoemd in de kredietovereenkomst. Daarnaast is bij de uitleg van wat tussen partijen is overeengekomen van belang dat een wijzigbare opslag kenmerkend is voor een EURIBOR-financiering, dat banken geen invloed kunnen uitoefenen op de hoogte van het EURIBOR-tarief en dat Blosh c.s. een professional is, eerder een EURIBOR-financiering van SNS Bank N.V. (hierna: SNS) heeft gehad met een wijzigbare opslag en in het krediettraject is bijgestaan door een deskundig adviseur. Gelet op voornoemde omstandigheden mocht ING er gerechtvaardigd op vertrouwen dat Blosh c.s.
4.De beoordeling
Verzoek tot verwijzing naar de meervoudige kamer
indien de bank gebruik maakt van het recht om het onderdeel opslagpercentage te wijzigen”. Het gebruik van de wijzigingsbevoegdheid is volgens die bepaling slechts een voorwaarde voor toepasselijkheid van artikel 4 van de algemene voorwaarden, maar constitueert die wijzigingsbevoegdheid zelf niet. In artikel 4 van de algemene voorwaarden is alleen bepaald op welke wijze de bank gebruik moet maken van haar recht om het rentepercentage en/of de voorwaarden van de overeenkomst te wijzigen en wat daarvan de gevolgen zijn. Ook hier is de wijzigingsbevoegdheid hoogstens verondersteld, maar niet bedongen. De bevoegdheid om het rentepercentage te wijzigen is wel in de overeenkomst vastgelegd (“
Na iedere periode van 3 maanden zal het rentepercentage worden herzien en worden vastgesteld op het op de vervaldag geldende 3-maands EURIBOR); de bevoegdheid om de opslag te verhogen juist niet (
“verhoogd met een opslag van 1,70 % per jaar”)
.