In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam, is de verdachte op 17 juni 2015 te Amsterdam beschuldigd van poging tot doodslag en zware mishandeling. De rechtbank heeft op 16 december 2015 uitspraak gedaan na een zitting op 2 december 2015. De verdachte, geboren in Somalië en zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland, is door twee deskundigen als ontoerekeningsvatbaar verklaard. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte het slachtoffer meermalen heeft geslagen en geschopt, wat heeft geleid tot letsel. De rechtbank heeft de poging tot doodslag niet bewezen verklaard, maar wel de poging tot zware mishandeling. Gezien de geestelijke toestand van de verdachte, die lijdt aan schizofrenie, heeft de rechtbank besloten om hem te ontslaan van alle rechtsvervolging en hem te plaatsen in een psychiatrisch ziekenhuis voor een termijn van één jaar. De beslissing is gebaseerd op de adviezen van de deskundigen, die hebben geconcludeerd dat de verdachte gevaarlijk is voor zichzelf en anderen. De rechtbank heeft de maatregel gegrond op de artikelen 37, 45 en 302 van het Wetboek van Strafrecht.