Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 21 april 2015 in de zaak tussen
[naam], te Amsterdam, eiseres,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. drs. J.J.O. Zandt, beroep ingesteld tegen besluiten van het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) inzake haar Wob-verzoeken met betrekking tot verkeersboetes onder de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv). Eiseres heeft in totaal 28 informatieverzoeken ingediend, waarbij zij om toezending van documenten en informatie heeft gevraagd die volgens haar noodzakelijk waren voor de beoordeling van de verkeersboetes. De verweerder heeft echter aangegeven dat de gevraagde informatie al openbaar was en dat de verzoeken buiten de reikwijdte van de Wob vielen. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen de besluiten van verweerder, maar deze zijn ongegrond verklaard.
De rechtbank heeft de beroepen van eiseres behandeld en geconcludeerd dat er sprake was van misbruik van recht. De rechtbank oordeelde dat eiseres, door herhaaldelijk Wob-verzoeken in te dienen met als doel het verkrijgen van dwangsommen, de Wob niet heeft aangewend voor het doel waarvoor deze is bedoeld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de informatie die eiseres verzocht al beschikbaar was en dat haar verzoeken de besluitvorming onterecht vertraagden. De rechtbank heeft de beroepen van eiseres niet-ontvankelijk verklaard, omdat de verzoeken niet waren ingediend met een legitiem doel, maar eerder om financieel voordeel te behalen.
De uitspraak is gedaan door mr. B.C. Langendoen op 21 april 2015, en de rechtbank heeft geen proceskostenveroordeling of vergoeding van griffierecht toegewezen. Eiseres kan binnen zes weken na verzending van de uitspraak hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.