Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 8 januari 2015 in de zaak tussen
[naam], te Amsterdam, eiser
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 8 januari 2015 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser, die een bijstandsuitkering ontvangt, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam. De zaak betreft de verlaging van de bijstandsuitkering van de eiser met 100% gedurende twee maanden, omdat hij op 12 november 2013 heeft geweigerd mee te werken aan de hem opgelegde re-integratieverplichtingen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de maatregel niet op 1 november 2013 kon ingaan, omdat de laakbare gedraging pas op 12 november 2013 heeft plaatsgevonden. De rechtbank heeft de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 24 juni 2008 in overweging genomen, waarin is bepaald dat een maatregel ingaat op de datum van de laakbare gedraging. De rechtbank heeft het bestreden besluit van de gemeente vernietigd en zelf in de zaak voorzien door de bijstand met ingang van 12 november 2013 te verlagen. De rechtbank heeft het beroep van de eiser gegrond verklaard en bepaald dat de gemeente het door de eiser betaalde griffierecht moet vergoeden. Tevens is de gemeente veroordeeld in de proceskosten van de eiser, die zijn vastgesteld op € 974,--. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun recht om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij de Centrale Raad van Beroep.