Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Sᶏd Okrᶒgowy w Toruniu(Districtsrechtbank in Toruń (Polen) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
“adult member of the household”op grond van bovengenoemd artikel 132 § 2, naar Pools recht gelijk wordt gesteld aan een betekening in persoon (bijvoorbeeld: rechtbank Amsterdam 21 februari 2012, LJN: BV6450). De rechtbank is van oordeel dat ook in onderhavige situatie de betekening aan de zus van de opgeëiste persoon –
a grown up member of the household– naar Pools recht als een betekening in persoon kan worden aangemerkt. Dit houdt in dat van de in artikel 12, aanhef en onder a, van de OLW geschetste situatie sprake is. De weigeringsgrond zoals bedoeld in artikel 12 OLW doet zich aldus niet voor. Het verweer wordt verworpen.
4.Strafbaarheid
5.Slotsom
6.Toepasselijke wetsbepalingen
7.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan
Sᶏd Okrᶒgowy w Toruniu(Districtsrechtbank in Toruń (Polen) ten behoeve van het in Polen tegen hem gerichte strafrechtelijk onderzoek naar het feit waarvoor zijn overlevering wordt verzocht.
[opgeëiste persoon]voor zover het EAB betrekking heeft op het gedeelte van de vrijheidsstraf dat is opgelegd wegens het eerste feit van het vonnis van 22 februari 2010 met nummer VIII K 287/10.
[opgeëiste persoon]aan
Sᶏd Okrᶒgowy w Toruniu(Districtsrechtbank in Toruń (Polen) ten behoeve van de tenuitvoerlegging van het gedeelte van de vrijheidsstraf, te ondergaan op het grondgebied van de uitvaardigende lidstaat, dat is opgelegd wegens de overige feiten.