Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
2.De feiten
bijlage 1bij dit vonnis gevoegd, is te zien dat het gearceerde stuk grond aansluit op de tuin van de [straat] – welke tuin op de tekening is aangeduid met een omvang van 8,20 meter (lengte) bij 5,50 meter (breedte) – en doorloopt tot de betonnen stoeprand die langs de openbare weg is gelegd.
B. onder de navolgende bijzonder bepalingen (…)
4. het de erfpachter bekend dat zich in de uitgegeven grond kabels, leidingen, vezels en buizen en andere inrichtingen voor communicatieve doeleinden bevinden ten behoeve van openbare voorzieningen;
5. erfpachter dient te gedogen dat de onder 4 bedoelde voorzieningen worden gelegd, behouden, onderhouden en vernieuwd.
(...)
D. met de erfpachter, [gedaagde], een overeenkomst aan te gaan, waarbij het recht van erfpacht op het onder I vermelde terrein wordt samengevoegd met het reeds in erfpacht uitgegeven terrein, kadastraal bekend als gemeente Amsterdam, Sectie AK, [nummer] en dat de jaarlijkse canon van het na vereniging ontstaan erfpachtrecht zal zijn de som van de jaarlijkse canon van het uit te geven terrein en de actuele canon van het reeds gevestigde erfpachtrecht (...)”
bijlage 1aan dit vonnis gehechte tekening.
3.Het geschil
bijlage 2bij dit vonnis gehechte tekening, dat grenst aan het vóór 2002 reeds in erfpacht uitgegeven perceel, kadastraal bekend als gemeente Amsterdam Sectie AK, [nummer], van de Gemeente in erfpacht heeft verkregen.
bijlage 1aan dit vonnis is gehecht) door [gedaagde] geen rechten kunnen worden ontleend.
bijlage 3bij dit vonnis gehechte tekening, op zo kort mogelijke, althans een in goede justitie te bepalen termijn, te ontruimen en ter vrije en algehele beschikking van de Gemeente te stellen, met machtiging van de Gemeente om, indien [gedaagde] in gebreke blijft aan de deze veroordeling te voldoen, deze zelf te doen bewerkstelligen, op kosten van [gedaagde], zo nodig met behulp van de sterke arm.