Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de meervoudige kamer in de zaak tussen
[naam],[naam 1] en [naam 2],
[naam 3] en[naam 4],
de gemeenteraad van Amsterdam,
Procesverloop
Overwegingen
De wet voorkeursrecht gemeenten verklaard”. Met verweerder is de rechtbank van oordeel dat met de wijziging van de Wet voorkeursrecht gemeenten per 1 juli 2008 de vestigingsgrondslagen op basis waarvan een gemeentelijk voorkeursbeleid kan en moest worden gevestigd, zijn gewijzigd. Sedert 1 juli 2008 bestaat de mogelijkheid tot vestiging op grond van een ontwerp bestemmingsplan of ontwerp structuurplan niet meer. In de onderhavige situatie kan het voorkeursrecht uitsluitend worden gevestigd op een bestemmingsplan op het moment dat het bestemmingsplan ook daadwerkelijk is vastgesteld. De uitspraak van de Afdeling, alsmede de passage uit het boek van Mus en Van Wijmen waarnaar eisers hebben verwezen zien op de oude Wvg, zoals deze gold vóór 1 juli 2008, waarbij ontwerp bestemmingsplannen ook dienden als vestigingsgrondslagen. In het onderhavige geval was er ten tijde van het vestigingsbesluit nog geen opvolgende planologische titel voorhanden, zodat het voorkeursrecht uitsluitend kon worden gevestigd op grond van artikel 5 van de Wvg.