Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.mr. EVERT WILLEM BAART QQ, in zijn hoedanigheid van curator
[B],
[C],
[D],
[E],
[F],
1.mr. EVERT WILLEM BAART QQ, in zijn hoedanigheid van curator
[B],
1.De procedure in de hoofdzaak
- de dagvaarding van 8 augustus 2006,
- de akte overlegging producties van de zijde van Europoint,
- de conclusies van antwoord van [C],
- de conclusie van antwoord van ETS,
- de conclusie van antwoord van [F],
- de conclusie van antwoord in conventie tevens conclusie van eis in reconventie met producties van TST c.s,
- de conclusie van antwoord van [B],
- het tussenvonnis van 31 oktober 2007 waarin een comparitie van partijen is bepaald,
- de conclusie van antwoord met producties van de curator,
- de akte overlegging producties tevens inhoudende een toelichting op de producties van Europoint,
- de akte tot vermeerdering van eis met producties van Europoint van 26 mei 2010,
- de conclusie van antwoord in voorwaardelijke reconventie van Europoint,
- de akte overlegging producties van [C],
- het proces-verbaal van comparitie van 8 juni 2010 met de daarin genoemde stukken,
- de conclusie van repliek in conventie tevens inhoudende wijziging van eis met producties van Europoint ten aanzien van de curator, [B], Tabema, Sake Holding, [C], Eco Sord en TST c.s.,
- de conclusie van dupliek van [B],
- de conclusie van dupliek in conventie tevens conclusie van repliek in voorwaardelijke reconventie met een productie van TST c.s.,
- de conclusie van dupliek van de curator,
- de conclusie van dupliek van [C],
- de conclusie van dupliek in voorwaardelijke reconventie van Europoint,
- de conclusie van repliek tevens inhoudende wijziging van eis ten aanzien van ETS en [F],
- de conclusie van dupliek met producties van ETS en [F],
- de akte uitlating producties van Europoint,
- de akte uitlating producties van ETS en [F],
- de akte vermeerdering van eis van de zijde van Europoint van 25 juni 2012,
- het proces-verbaal van pleidooi van 25 juni 2012 met de daarin genoemde stukken,
- de brief van de zijde van Europoint van 17 juli 2012, houdende een reactie op dat proces-verbaal; de daarop gevolgde brief van de zijde van [F] en ETS van dezelfde datum en de reactie daarop van de zijde Europoint van 19 juli 2012.
2.De procedure in de vrijwaringszaak
- het vonnis in het vrijwaringsincident van 28 maart 2007,
- de dagvaarding in vrijwaring met producties van 20 maart 2007,
- de conclusie van antwoord met producties van de curator,
- het proces-verbaal van comparitie van 8 juni 2010 met de daarin genoemde stukken,
- de conclusie van antwoord van [B],
- de conclusie van repliek tevens houdende akte wijziging van eis met producties,
- de conclusie van dupliek van de curator,
- de conclusie van dupliek van [B],
- het proces-verbaal van pleidooi van 25 juni 2012 met de daarin genoemde stukken.
3.De procedure in de zaak [G]
- de dagvaarding van 18 september 2007,
- de akte overlegging producties van de zijde van Europoint,
- de beslissing van de rechtbank Zwolle-Lelystad dat Europoint bij akte de getuigen moet opgeven ter staving van de betwiste gronden van haar eis,
- de akte opgave getuigen van Europoint,
- het vonnis in incident van 27 februari 2008 van de rechtbank Zwolle-Lelystad waarin de zaak (toen nog met zaaknummer / rolnummer 137811 / HA ZA 07-1323) in de stand waarin zij zich bevindt is verwezen naar de (toenmalige) sector civiel van de rechtbank Amsterdam,
- de conclusie van antwoord in conventie tevens conclusie van eis in reconventie met producties van [G],
- de akte overlegging producties tevens inhoudende een toelichting op de producties van Europoint,
- het tussenvonnis van 17 maart 2010 waarin een comparitie van partijen is bepaald,
- de akte tot vermeerdering van eis met producties van Europoint van 26 mei 2010,
- de conclusie van antwoord in reconventie van Europoint,
- het proces-verbaal van comparitie van 8 juni 2010 met de daarin genoemde stukken,
- de conclusie van repliek in conventie tevens inhoudende wijziging van eis met producties van Europoint,
- de conclusie van dupliek in conventie, tevens conclusie van repliek in reconventie van [G],
- de conclusie van dupliek in reconventie van Europoint.
4.De feiten (in alle zaken)
De hoofdpersonen
- Fungeren als gesprekspartner bij contacten met door de opdrachtgever aangestelde (…) accountant (…).
- Overige nader te bepalen controllers werkzaamheden in overleg met opdrachtgever.”
Vraag verbalisanten: wie was uw aanspreekpunt bij Tabema B.V.?
. Ik weet niet of er nog meer personeel was bij Tabema. (…) Ik ben ook vaak thuis in Vierhouten geweest bij [B]. Onze contacten waren familiaar.
en [B] tegelijk. Hierbij werd ook het voorstel voor een provisiebetaling gedaan door [A] en [B].
werd door [B] bepaald.
De facturen van Hamé aan Tabema werden veelal pas 10 maanden na afloop gemaakt en dus niet direct na afloop van een maand. De heer [G] gaf mij door de hoeveelheid uren en de omschrijving van de facturen. Hiermee geef ik ook toe dat de facturen inzake afsluiters en de generator onjuiste omschrijvingen hebben bevat.”
U houdt mij voor dat ik tijdens het eerste verhoor bij de FIOD heb gezegd dat de provisiebetalingen een voorstel waren van [B] en [A]. Dat heb ik toen in de hectiek gezegd, maar dat klopt niet. Ik heb alles met [A] afgesproken, hij was de baas. [B] was geen gesprekspartner.”
Op vragen van mr. Wolters:
werden aangegeven. [B] en [A] deden dat samen. [B] heeft weinig besproken. Het meeste contact liep met [A].”
op tijdstippen in de periode van 10 februari 2003 tot en met 22 maart 2006 te Vierhouten (Gemeente Nunspeet) en/of elders in Nederland tezamen en in vereniging met anderen telkens aan [A], die telkens anders dan als ambtenaar, immers in dienstbetrekking bij Dagenstaed Investments BV en als directeur bij Europoint Terminals Amsterdam BV werkzaam was en als lasthebber bij Europoint Terminals Amsterdam BV optrad, telkens naar aanleiding van hetgeen die [A] in zijn betrekking en bij de uitvoering van zijn last heeft gedaan of nagelaten dan wel zou doen of nalaten, een gift, namelijk een geldbedrag heeft gedaan telkens van dien aard en onder zodanige omstandigheden, dat hij, verdachte, en zijn, verdachtes, mededaders, redelijkerwijs moesten aannemen dat die [A] die gift in strijd met de goede trouw zou verzwijgen tegenover zijn werkgever en zijn lastgever;
- afkomstig en ten name van Tabema en van Samaca en van Eco Sord SL, gericht of verstrekt aan
- TST GmbH (Nordhorn/Duitsland) en TST Industriemontage en Leidingbouw BV,
- in die geschriften hogere en andere en onjuiste kosten van werkzaamheden en/of materiaal en/of manuren en BTW en hogere en onjuiste eindbedragen vermeld of doen vermelden en
- in die geschriften werkzaamheden en leveringen van diensten en/of goederen vermeld of doen vermelden, die in het geheel niet, in elk geval niet voor zulke bedragen, hadden plaatsgevonden,
hij in de periode van 7 juni 2001 tot en met 28 februari 2006, te Amsterdam en/of Vierhouten (Gemeente Nunspeet) heeft deelgenomen aan een organisatie, te weten een samenwerkingsverband van natuurlijke en/of rechtspersonen, bestaande uit verdachte, Tabema, Samaca en [G], welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, namelijk het plegen van oplichting met betrekking tot Europoint, het plegen van verduistering met betrekking tot gelden verkregen uit boven- en ondergenoemde misdrijven, het plegen van valsheid in geschrift met betrekking tot een of meer verkoopfacturen en bedrijfsadministratie, en het plegen van witwassen met betrekking tot de verkregen gelden uit bovengenoemde misdrijven, bestaande die deelneming onder meer uit het doorgeven van de omschrijvingen en bedragen voor op de verkoopfacturen, en het verzenden van vorenbedoelde facturen, en het goedkeuren en uitbetalen van de verkoopfacturen, en het opnemen en het boeken van de verkoopfacturen in een of meer bedrijfsadministraties, en het laten oprichten van een of meer bedrijven op naam van [B].”
De verdachte was directeur van het bedrijf Europoint als onderdeel van een wereldwijd concern. In die functie heeft hij dit bedrijf stelselmatig en gedurende lange tijd opgelicht.De verdachte heeft vanaf 22 juli 1999 tot en met 22 maart 2006 (een periode van ruim zes jaren) aannemers, die voor Europoint werkzaamheden verrichtten, opgelegd dat zij bedragen aan hem moesten betalen voor het verkrijgen van opdrachten. Nu Europoint voor deze aannemers veelal de grootste opdrachtgever was en zij voor het verkrijgen van opdrachten van de verdachte afhankelijk waren omdat hij binnen Europoint de functie van directeur bekleedde, werden de aannemers door deze opstelling van de verdachte in een positie gebracht dat het weigeren aan deze vraag te voldoen het voortbestaan van de betrokken bedrijven van deze aannemers op het spel zette. Uit de verklaring van de diverse aannemers volgt ook dat zij zich danig onder druk gezet voelden door de verdachte.Om de betaling van de steekpenningen te kunnen verantwoorden in de boeken van de aannemers is door de verdachte en [G] een constructie opgezet. De verdachte heeft de bedrijven Samaca, Tabema, Eco Sord en Sake Holding opgericht en op naam van zijn vrouw, de medeverdachte [B], laten zetten. De feitelijke bedrijfsvoering lag bij de verdachte. De verdachte heeft vervolgens, tezamen met zijn mededader, een valse facturenstroom opgezet waarbij vanuit de bedrijven van de verdachte facturen werden verstuurd naar de aannemers, opdat daarmee de steekpenningen konden worden verantwoord in de boekhouding op naam van bestaande projecten van de aannemers. De aannemers voldeden de bedragen en stuurden op hun beurt facturen met betrekking tot de verrichte werkzaamheden naar Europoint. Door een aantal aannemers werd de facturen opgehoogd met (een gedeelte van) de bedragen die als steekpenningen aan de verdachte waren voldaan. Deze (opgehoogde) facturen werden vervolgens door Europoint betaald.Al deze feiten heeft de verdachte gepleegd uitsluitend om zichzelf en zijn naaste familie te verrijken, hoewel de verdachte reeds een door zijn werkgever vastgesteld riant salaris genoot.”
Uit de stukken van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting is gebleken dat de verdachte ervan op de hoogte was dat haar echtgenoot, medeverdachte [A] (hierna: [A]), naast zijn werkzaamheden als directeur van Europoint B.V. geen nevenactiviteiten mocht ontplooien en dat hij om die reden aan haar heeft gevraagd vennootschappen op haar naam te zetten. De verdachte heeft daarin bewilligd. Daarnaast heeft zij, indien [A] of [G] haar daarom verzochten, namens de vennootschappen belastingaangiften ondertekend. Zij heeft daarbij, hoewel de vennootschappen in verhouding tot de verrichte werkzaamheden zeer hoge resultaten behaalden, hieromtrent geen nadere vragen aan [A] en [G] gesteld. In het licht van het bovenstaande is het hof met de rechtbank van oordeel dat de verdachte door haar handelwijze weliswaar een faciliterende rol heeft gespeeld in de constructie die door [A] samen met [G] is opgezet, teneinde te verhullen dat [A] van aannemers, die voor Europoint B.V. werkzaamheden verrichtten, ‘bemiddelingskosten’ ontving. Naar het oordeel van het hof brengen deze ondersteunende gedragingen evenwel niet met zich dat – nog afgezien van de vraag of daadwerkelijk van een gestructureerd en duurzaam samenwerkingsverband sprake was – de verdachte in haar algemeenheid heeft geweten (in de zin van onvoorwaardelijk opzet) dat de organisatie het plegen van misdrijven tot oogmerk had (HR 18 november 1997, NJ 1998, 225). Naar het oordeel van het hof kunnen haar gedragingen als onzorgvuldig worden aangemerkt, maar van deelneming in de zin van artikel 140 van het Wetboek van Strafrecht (verder: Sr) is, naar het oordeel van het hof, geen sprake.”
De verdachte wordt verweten de facturen van zijn bedrijf over de periode 2003, 2004 en 2005 te hebben vervalst. De verdachte heeft zelf verklaard dat hij alleen de facturen over 2003, op instigatie van de medeverdachte [G] (hierna: [G]), heeft aangepast. De verdachte heeft, in hoger beroep, stellig ontkend dat hij dit ook heeft gedaan met de facturen over 2004 en 2005. Uit de stukken van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting is komen vast te staan dat de facturen van de jaren 2004 en 2005, afkomstig van Hamé administratiekantoor (verdachtes eigen bedrijf) en gericht aan Tabema B.V., zijn voorzien van een onjuiste factuuromschrijving en/of van valse bedragen. Hoewel op de betreffende facturen de naam van de verdachte staat vermeld, kan uit dat enkele gegeven – naar het oordeel van het hof – niet volgen dat het de verdachte is geweest die tezamen en in vereniging met een ander of anderen die betreffende geschriften valselijk heeft opgemaakt, valselijk heeft doen opmaken dan wel heeft vervalst, zoals is ten laste gelegd. Het dossier bevat ook geen andere substantiële bewijsmiddelen dan de verklaringen van de verdachte waaruit kan volgen dat de verdachte eveneens betrokken is geweest bij het vervalsen van de facturen over 2004 en 2005.
handelend onder de naam Hamé Administratiekantoor op tijdstippen in de periode van
hij in de periode van 1 oktober 2001 tot en met 22 maart 2006 te Amsterdam en Vierhouten (Gemeente Nunspeet) en in Duitsland, telkens aan [A], die, anders dan als ambtenaar, immers als (algemeen) directeur in dienstbetrekking bij bij Europoint Terminals Netherlands/Amsterdam B.V. (het huidige EuroTank Amsterdam B.V.), werkzaam was, (telkens) naar aanleiding van hetgeen die [A] in zijn betrekking heeft gedaan, giften, namelijk geldbedragen heeft gedaan telkens van die aard of onder zodanige omstandigheden, dat hij, verdachte redelijkerwijs moest aannemen dat die [A] de giften in strijd met de goede trouw zou verzwijgen tegenover zijn werkgever;
hij in de periode van 10 februari 2003 tot en met 6 februari 2006, te Amsterdam en Vierhouten (Gemeente Nunspeet) en elders in Nederland, tezamen en in vereniging met [A] en Tabema B.V. (hierna: Tabema) telkens een bedrijfsadministratie die bestemd is om tot bewijs van enig feit te dienen, telkens opzettelijk valselijk heeft opgemaakt, immers heeft hij, verdachte, en zijn, verdachtes, mededader, telkens opzettelijk in de bedrijfsadministratie van Tabema, zijnde een samenstel van geschriften bestemd om tot bewijs van het daarin vermelde te dienen, valse geschriften, te weten afschriften van verkoopfacturen gericht en verstrekt of verzonden aan [I] & Zn. B.V. opgenomen en verwerkt, bestaande die valsheden hierin, dat in strijd met de waarheid, - zakelijk weergegeven – in die geschriften hogere en onjuiste kosten van werkzaamheden en materiaal en manuren en BTW en hogere en onjuiste eindbedragen waren vermeld en in die geschriften werkzaamheden en leveringen van diensten en goederen waren vermeld, die in het geheel niet hadden plaatsgevonden, zulks telkens met het oogmerk die geschriften als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
5.Het geschil
6.De beoordeling
IN DE HOOFDZAAK
Schiebern DN200PN16(een bepaald type afsluitplaten) correspondeerde met daadwerkelijk aan TST geleverde producten. Die stelling is echter, zoals de rechtbank hierna, in 6.24 en 6.25, nog zal motiveren, in het licht van de stukken van het geding onvoldoende toegelicht, zodat de rechtbank daaraan voorbij gaat. Verder hebben TST c.s., [F] en ETS gesteld dat [A] hier en daar in zoverre een reële tegenprestatie verrichtte voor de betalingen aan hem, dat hij voor hen bemiddelde bij de totstandkoming van opdrachten bij andere bedrijven.
- [A] zegt dat Europoint meer naar ETS heeft overgemaakt en vervolgens begint over mogelijke facturen van een Spaanse vennootschap;
- [A] ongeveer een week later aan [F] laat weten dat [C] ‘die € 75.000,-’ morgen zal overmaken;
- [A] weer een dag later aan [F] laat weten dat ‘die € 75.000,-’ is overgemaakt en dat [A] nu aan het kijken is wat voor een factuur uit Spanje (Eco Sord) gestuurd kan worden naar ETS, eerst maar eens een factuur van € 10.200,-.
Schiebern DN 200 PN 16. Volgens Europoint is die factuur vals en houdt die factuur direct verband met opgehoogde facturen van TST aan Europoint voor
Schiebern DN 200 PN 16”waarvan er één van 3 februari 2006 dateert. Deze facturen hebben volgens Europoint betrekking op dezelfde ‘Schiebern’ (afsluiters). Volgens Europoint blijkt uit dit voorbeeld dat het aan Europoint geoffreerde (en deels gefactureerde) bedrag van € 16.800,- een opgehoogd bedrag is en dat daarvan netto € 6.800,- is gevallen in de vennootschappen van [B].
Schiebernis
,wat in deze concrete constellatie wel op haar weg had gelegen, en evenmin een verklaring heeft gegeven voor het feit dat de FIOD-ECD op de privécomputer van [A] de letterlijke tekst van de door TST aan Europoint uitgebracht offerte voor de
Schiebernheeft aangetroffen.
omdat hij eenmaal zo in elkaar zit, tevreden was met € 10.000,- per maand” terwijl hij in zijn eigen visie misschien wel € 30.000 per maand had kunnen verdienen. Dat is niet alleen niet erg aannemelijk maar ook in strijd met de verklaring die [F] tegenover de FIOD-ECD heeft afgelegd en de stellingen die [F] eerder in deze procedure heeft ingenomen. In zijn conclusie van dupliek is bijvoorbeeld te lezen dat [F] door [A] steeds verder werd uitgeknepen en in dat verband wordt nog eens gememoreerd de verklaring die [F] tegenover de FIOD-ECD heeft afgelegd in dit verband:
gechanteerd. Ik kan de telefoons die ik kapot heb gegooid na afloop van een telefoongesprek met [A] niet meer tellen.”
in tegenstelling tot de facturen van [I] & Zn. B.V. aan Europoint tijdens het strafrechtelijk onderzoek niet is komen vast te staan dat de factuurbedragen van deze ondernemingen[TST, ETS en [F], rechtbank]
onjuist zijn”. In het strafrecht gelden nu eenmaal andere regels voor de stelplicht van partijen dan in het civiele recht. Deze bevinding van de FIOD-ECD in het kader van de strafzaak bindt de civiele rechter in geen enkel opzicht.
- De verschenen gedaagden hebben onweersproken gesteld dat de btw niet voor vergoeding in aanmerking komt omdat Europoint die btw heeft verrekend. Daarvan dient de rechtbank dus uit te gaan.
- Voorts staat vast dat de onderzoekskosten van Navigant niet zijn betaald door Europoint maar door een andere rechtspersoon uit de groep. Europoint stelt dat zij de onderzoekskosten in deze procedure vordert op grond van lastgeving. Nu die lastgeving door verschillende gedaagden is betwist en Europoint de lastgeving niet aannemelijk heeft gemaakt, kunnen de onderzoekskosten van Navigant niet worden toegewezen. Overigens is door Europoint in het licht van het op dit punt gevoerde verweer ook onvoldoende toegelicht welk deel van die onderzoekskosten verband houdt met de fraude waarop deze procedure betrekking heeft en welk deel betrekking heeft op de accijnsfraude die los van deze procedure staat. Ook daarom zijn de onderzoekskosten niet toewijsbaar.
vonden altijd plaats met ons drieën, d.w.z. ik, [A] en [B]. Ik kan niet zeggen wie nu het initiatief had, [B] of [A]. (…) Nadat mijn offerte was geaccepteerd kreeg ik later in een persoonlijk gesprek met [A] en [B] in hun kantoor in Vierhouten te horen dat ik commissie moest betalen en dat[ik]
hiervoor facturen zou krijgen van Ecosort SL.”
Gevoelsmatig heb ik met hen beiden van doen.”
- het in 5.6 genoemde bedrag van € 3.291.385,- minus het daarin begrepen bedrag aan btw, waarover partijen zich zullen mogen uitlaten (vergelijk hetgeen hiervoor, in 6.42 is overwogen);
- de bedragen die de aannemers in kwestie aan fraudeconstructie I hebben overgehouden, op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet.
- de persoonlijke ervaring, kennis en kunde van [C];
- de hem door zijn werkgever toebedeelde taken en verantwoordelijkheden en de informatie waarover hij bij Europoint beschikte of kon beschikken bij de uitvoering van die taken en de invulling van die verantwoordelijkheden.
- de bedragen van de door TST betaalde facturen van de vennootschappen dan wel ondernemingen van [B] als vermeld in 4.24 zijnde € 1.422.039,- inclusief btw, op welk bedrag op de hiervoor, in 6.42 vermelde gronden de btw in mindering moet worden gebracht;
- de bedragen die TST zelf heeft behouden, voor welk bedrag Europoint (onder II) een veroordeling tot schade, op te maken bij staat, heeft gevorderd.
Tanks, Leitungen, VRU, Infrastruktur”dan wel “
VRU, Tanks, Leitungen, Brandsysteme, Steiger”.
Die Bereitstellung von Personal für Veligkeits in Zusammenhang mit IOP für Brandsysteme, Vakuumdrucksysteme, Protegoarmaturen und VRU berechnen wir Ihnen wie folgt (…)”.
- de bedragen van de door ETS dan wel [F] betaalde facturen van de vennootschappen dan wel ondernemingen van [B] als vermeld in 4.24, zijnde € 1.540.564 inclusief btw, op welk bedrag op de hiervoor, in 6.42 vermelde gronden de btw in mindering moet worden gebracht;
- de bedragen die ETS en [F] zelf hebben behouden, voor welk bedrag Europoint een veroordeling tot schade, op te maken bij staat, heeft gevorderd.
- het in 5.6 genoemde bedrag van € 3.291.385,- minus het daarin begrepen bedrag aan btw, waarover partijen zich zullen mogen uitlaten (vergelijk hetgeen hiervoor, in 6.42 is overwogen);
- de bedragen die de aannemers in kwestie aan fraudeconstructie I hebben overgehouden, op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet.
checks and balancesbij Europoint volledig ontbrak; dat [A] controle had over de in- en uitgaande post, de administratie en de facturering, zonder dat enige controle plaatsvond. Deze omstandigheden zouden volgens hen moet leiden tot een vermindering van hun schadevergoedingsplicht op de voet van artikel 6:101 lid 1 BW wegens zogenoemde eigen schuld.
- Ten aanzien van de curator is toewijsbaar het (onder I) gevorderde bedrag van € 3.291.385,- minus de in dit bedrag begrepen btw, vermeerderd met de wettelijke rente over het saldo van 8 augustus 2006 tot 10 juli 2007.
- Ten aanzien van [B], Tabema, Sake Holding, Eco Sord en [G] is de vordering onder I toewijsbaar behoudens de in de gevorderde hoofdsom van € 3.291.385,- begrepen btw; alsmede het gevorderde onder IIa (schade op te maken bij staat).
- Ten aanzien van [G] is daarnaast de gevordere terugbetaling van € 483.434,34 toewijsbaar.
- Ten aanzien van TST en [D] zal het gevorderde onder I worden toegewezen tot een bedrag van € 1.422.039,- minus de in dit bedrag begrepen btw, vermeerderd met de wettelijke rente over het saldo vanaf de dagvaarding; alsmede het gevorderde onder IIa (schade op te maken bij staat); alsmede het gevorderde onder III tot de gevorderde hoofdsom van € 234.667,20 minus de daarin begrepen btw en vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dagvaarding.
- Ten aanzien van ETS en [F] zal het gevorderde onder I worden toegewezen tot een bedrag van € 1.540.564- minus de in dit bedrag begrepen btw, vermeerderd met de wettelijke rente over het saldo vanaf de dagvaarding; alsmede het gevorderde onder IIa;
- Ten aanzien van alle gedaagden, met uitzondering van [E] en [C], zal het gevorderde onder IV (proceskosten en beslagkosten) worden toegewezen onder het hierna, in 6.121 gemaakte voorbehoud.