ECLI:NL:RBAMS:2012:BV6163

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
10 februari 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
508480 / KG ZA 12-69 MW/MV
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verstekverlening en betekening in kort geding met buitenlandse gedaagde

In deze zaak, die voor de Rechtbank Amsterdam diende, hebben eisers op 6 februari 2012 verzocht om een vonnis in kort geding. De eisers, vertegenwoordigd door advocaten uit Utrecht, hebben gedaagden gedagvaard, waaronder een gedaagde die in Laos woont en een stichting die statutair is gevestigd in Amsterdam. De gedaagden zijn niet verschenen op de zitting. De voorzieningenrechter heeft overwogen of er verstek verleend kon worden tegen de niet verschenen gedaagden. Gedaagde sub 1, houder van de domeinnaam klokkenluideronline.nl, was niet op de juiste wijze gedagvaard, omdat de termijn van dagvaarden niet in acht was genomen. De voorzieningenrechter oordeelde dat de termijn van dagvaarden ten minste één week moet zijn, waarbij de dag van uitbrengen en de dag van dagvaarden niet meegerekend worden. In dit geval was de termijn één dag te kort, waardoor verstek niet verleend kon worden.

Daarnaast heeft gedaagde sub 1 op 6 februari 2012 een e-mail gestuurd naar de rechtbank, waarin hij aangaf niet aanwezig te kunnen zijn. De voorzieningenrechter concludeerde dat deze kennisgeving niet voldoende was om verstek te verlenen, gezien de onjuiste dagvaardingstermijn. De zaak werd aangehouden tot 1 maart 2012, zodat eisers de gelegenheid kregen om gedaagden opnieuw op te roepen. De voorzieningenrechter heeft daarbij voorwaarden gesteld voor de betekening van het exploot, waaronder het gebruik van een e-mailadres en aangetekende post naar het adres van gedaagde sub 1 in Laos. De behandeling van de zaak werd vastgesteld op 1 maart 2012 om 11.00 uur, waarbij verdere beslissingen werden aangehouden.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
Sector civiel recht, voorzieningenrechter
zaaknummer / rolnummer: 508480 / KG ZA 12-69 MW/MV
Vonnis in kort geding van 10 februari 2012
in de zaak van
1. de maatschap
[advocaat 1] & [advocaat 2] ADVOCATEN,
gevestigd te Utrecht,
2. [advocaat 2],
wonende te [woonplaats],
3. [advocaat 1],
wonende te [woonplaats],
eisers bij dagvaarding van 30 januari 2012,
advocaat mr. M. Vissers te Utrecht,
tegen
1. [gedaagde sub 1],
wonende te Laos,
2. de stichting
STICHTING KLOKKENLUIDERONLINE.NL,
statutair gevestigd te Amsterdam,
gedaagden,
niet verschenen.
1. De procedure
1.1. Ter terechtzitting van 6 februari 2012 hebben eisers gesteld en gevorderd overeenkomstig de in fotokopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding. Zij hebben het petitum van de dagvaarding gewijzigd, welke wijziging is opgenomen in hun pleitnota. Van die pleitnota zal eveneens een fotokopie aan dit vonnis worden gehecht. Vervolgens hebben eisers verzocht vonnis te wijzen.
1.2. Over de vraag of tegen de niet verschenen gedaagden verstek kan worden verleend wordt het volgende overwogen. Gedaagde sub 1 is houder van de domeinnaam klokkenluideronline.nl. Deze domeinnaam staat geregistreerd bij SIDN. In de algemene voorwaarden van SIDN (artikel 1.1 versie 17 maart 2010) is onder meer het volgende opgenomen:
Een aanvrager die buiten Nederland is gevestigd aanvaardt dat het kantooradres van SIDN door SIDN en derden rechtsgeldig gebruikt kan worden om dagvaardingen en andere exploten met betrekking tot het abonnement of de domeinnaam aan de houder uit te brengen.
Op grond van deze bepaling hebben eisers gedaagden gedagvaard op het kantooradres van SIDN. De voorzieningenrechter is van oordeel dat op deze grond geen verstek kan worden verleend. De vorderingen die in dit geding zijn ingesteld zien immers niet op het abonnement of de domeinnaam, doch op hetgeen onder die domeinnaam op het internet door gedaagden wordt geopenbaard.
1.3. Bovendien is de juiste termijn van dagvaarden niet in acht genomen. Bij het vaststellen van die termijn, die volgens de wet tenminste één week bedraagt, dienen immers de dag waarop het exploot is uitgebracht en de dag waartegen is gedagvaard, niet te worden meegerekend (zie artikel 119 Rv). De termijn die in dit geval in acht is genomen, is derhalve één dag te kort.
1.4. De conclusie tot zover is dat gedaagden niet op de juiste wijze zijn gedagvaard en dat om die reden vooralsnog geen verstek kan worden verleend.
1.5. Gedaagde sub 1 heeft op 6 februari 2012 omstreeks 8.00 uur aan de rechtbank een e-mail gezonden, waarin hij onder meer schrijft dat hij niet op de zitting aanwezig kan zijn. Uit deze e-mail, die in kopie aan eisers is verzonden, blijkt dat gedaagde sub 1, die tevens bestuurder is van gedaagde sub 2, op de hoogte is van de inhoud van de dagvaarding. Dit is echter in de gegeven omstandigheden onvoldoende om verstek te kunnen verlenen, met name omdat de dagvaardingstermijn niet in acht is genomen. Wel wordt hierin aanleiding gezien om de onderhavige zaak aan te houden tot donderdag 1 maart 2012 om 11.00 uur en om eisers de gelegenheid te geven gedaagden bij exploot opnieuw op te roepen. Aan dit exploot dient een kopie van dit vonnis, de dagvaarding en de pleitnota te worden gehecht.
1.6. Ten aanzien van gedaagde sub 1, die in het buitenland woonachtig is, dienen eisers de weg te volgen van artikel 55 Rv. Indien niet de juiste oproepingstermijn in acht kan worden genomen, geldt dit vonnis als een beschikking van de voorzieningenrechter in de zin van artikel 117 Rv, inhoudende dat de termijn wordt verkort tot ten minste tien dagen. Ten aanzien van gedaagde sub 2 geldt dat zij blijkens de dagvaarding statutair gevestigd is te Amsterdam. Op grond van artikel 50 Rv dient het exploot echter te worden betekend aan het kantooradres of aan het adres van een bestuurder. De betekening van het exploot van oproeping kan ten aanzien van gedaagde sub 2 dan ook op dezelfde wijze geschieden als aan gedaagde sub 1. Blijkens artikel 117 Rv kan de voorzieningenrechter aan verkorting van de betekeningstermijn voorwaarden verbinden. De voorwaarden die in de onderhavige zaak zullen worden gesteld zijn de volgende. Eisers dienen gedaagden tevens op te roepen voor deze zitting door middel van het van gedaagde sub 1 bekende e-mailadres [e-mailadres] en door middel van het zenden van een aangetekend poststuk naar het van gedaagde sub 1 bekende adres in Laos. Het verzenden van de e-mail en het poststuk moeten plaatsvinden uiterlijk tien dagen voor de datum waarop de behandeling wordt voortgezet.
1.7. Deze zaak zal derhalve worden voortgezet op donderdag 1 maart 2012 om 11.00 uur. Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
2. De beslissing
De voorzieningenrechter
2.1. bepaalt dat de behandeling van deze zaak zal worden voortgezet op donderdag 1 maart 2012 om 11.00 uur,
2.2. houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. van Walraven, voorzieningenrechter, en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier mr. M. Veraart op 10 februari 2012.?