ECLI:NL:RBAMS:2008:BD0555
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.P. Smit
- Th.P.J. de Graaf
- M.T. Boerlage
- Rechtspraak.nl
Vergunning tot woningonttrekking en financiële compensatie in bestuursrechtelijke context
In deze zaak heeft eiser, die sinds 1992 een prostitutiebedrijf exploiteert, een aanvraag ingediend voor een vergunning tot woningonttrekking van de tweede tot en met de vierde verdieping van een pand in Amsterdam. De vergunning werd verleend door het dagelijks bestuur van het stadsdeel Oud Zuid, maar met de voorwaarde dat eiser een financiële compensatie van € 9.977,- zou betalen. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen deze voorwaarde, maar het bezwaar werd ongegrond verklaard. De rechtbank heeft de zaak behandeld en geconcludeerd dat de verweerder, het dagelijks bestuur, zich op het standpunt heeft gesteld dat de vergunning noodzakelijk was om het belang van de woonruimtevoorraad te beschermen. Eiser voerde aan dat er bijzondere omstandigheden waren die het eisen van financiële compensatie onterecht maakten, waaronder de trage besluitvorming van de verweerder en het verlies van een koopoptie op het pand dat hij als compensatie had willen inbrengen. De rechtbank oordeelde echter dat de door eiser aangevoerde omstandigheden niet voldoende waren om van het beleid af te wijken. De rechtbank benadrukte dat de beleidsnota van de verweerder al een belangenafweging had gemaakt en dat er geen ruimte was voor een andere afweging. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en oordeelde dat de voorwaarden voor de vergunning in overeenstemming waren met het gevoerde beleid. De uitspraak werd gedaan op 28 maart 2008 door een meervoudige kamer van de Rechtbank Amsterdam.