ECLI:NL:RBAMS:2006:AV1200
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- E.D. Bonga-Sigmond
- W.J.A. van der Velde
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verlenging van de gevangenhouding van de opgeëiste persoon in het kader van een Europees arrestatiebevel
Op 27 januari 2006 heeft de Rechtbank Amsterdam, Internationale Rechtshulpkamer, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de afwijzing van de vordering tot verlenging van de gevangenhouding van een opgeëiste persoon. De rechtbank heeft kennisgenomen van het Europees arrestatiebevel dat door de autoriteiten van Luxemburg is toegezonden, met betrekking tot de opgeëiste persoon, die op dat moment in de Huis van Bewaring Almere Binnen verbleef. De rechtbank heeft vastgesteld dat de opgeëiste persoon op 13 januari 2006 gevangen is genomen en dat de gevangenhouding geldig was tot 30 januari 2006.
De officier van justitie heeft verzocht om verlenging van de voor de feitelijke overlevering beschikbare termijn, omdat de opgeëiste persoon nog voor een ander feit in Nederland terechtstaat. De rechtbank heeft deze vordering echter afgewezen, omdat er geen sprake was van een situatie als bedoeld in artikel 34 lid 2 onder b van de Overleveringswet (OLW). De beslissing van de officier van justitie om de opgeëiste persoon niet voorlopig aan de uitvaardigende autoriteit ter beschikking te stellen, werd niet als een situatie van overmacht beschouwd.
De rechtbank heeft de opgeëiste persoon erop gewezen dat hij niet verplicht was om te antwoorden en heeft hem aangemoedigd goed op te letten. De raadsman van de opgeëiste persoon, mr. M. Ferschtmann, was aanwezig tijdens de zitting. De rechtbank heeft het onderzoek in raadkamer gesloten en de beslissing om de vordering tot verlenging van de gevangenhouding af te wijzen, is opgemaakt in een proces-verbaal dat door de voorzitter en de griffier is ondertekend.