ECLI:NL:RBAMS:2004:AO7341

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
9 april 2004
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
13/127478.03
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Terugverwijzing van een minderjarige verdachte van groepsverkrachting voor triple-onderzoek

Op 9 april 2004 heeft de Rechtbank Amsterdam in een strafzaak tegen een minderjarige verdachte van groepsverkrachting een interlocutoir vonnis uitgesproken. De rechtbank heeft de zaak terugverwezen naar de rechter-commissaris voor het uitvoeren van een triple-onderzoek. Dit besluit volgde na een zitting op 29 maart 2004, waaruit bleek dat het onderzoek niet volledig was. De gedragsdeskundigenrapportages van een psycholoog en een psychiater gaven aan dat de verdachte lijdt aan een gebrekkige ontwikkeling van de geestesvermogens en een verhoogd recidiverisico. De rechtbank oordeelde dat behandeling van de verdachte zelfs gecontraïndiceerd is, wat leidde tot de beslissing om een diepgaander onderzoek te laten uitvoeren.

De rechtbank benadrukte het belang van zorgvuldigheid en besloot dat er een triple-rapportage moest komen, waarbij ook de Raad voor de Kinderbescherming betrokken zou worden. Dit was noodzakelijk om een goed onderbouwd oordeel te kunnen vellen over de verdachte. De rechtbank schorste het onderzoek ter terechtzitting en droeg de rechter-commissaris op om het triple-onderzoek te verrichten. De hervatting van het onderzoek moet binnen negentig dagen na de uitspraak plaatsvinden, omdat het niet verwacht werd dat het onderzoek binnen een maand zou zijn afgerond.

De rechtbank heeft de oproeping van de verdachte, diens raadsman en ouders bevolen voor een nader te bepalen tijdstip. Dit vonnis is uitgesproken door de voorzitter en twee andere rechters in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM
Parketnummer: [nummer]
Datum uitspraak: 9 april 2004
op tegenspraak
INTERLOCUTOIR VONNIS
van de rechtbank Amsterdam, vierde meervoudige kamer A, in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op 25 september 1987,ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens op het [adres], [woonplaats], [gedetineerd].
De rechtbank heeft beraadslaagd naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 29 maart 2004.
1. Telastelegging
Aan verdachte is telastegelegd hetgeen staat omschreven in de dagvaarding, waarvan een kopie als bijlage aan dit vonnis is gehecht. De in die dagvaarding vermelde telastelegging geldt als hier ingevoegd.
2. Overwegingen
Onder de beraadslaging is gebleken dat het onderzoek niet volledig is geweest. Uit de gedragsdeskundigenrapportages van [deskundige 1], psycholoog / psychotherapeut en [deskundige 2], psychiater, respectievelijk d.d. 20 februari 2004 en 16 februari 2004, blijkt dat bij verdachte sprake is van een gebrekkige ontwikkeling van de geestesvermogens, een verhoogd recidiverisico en dat behandeling van verdachte niet en zelfs gecontraïndiceerd is. Deze conclusies vervullen de rechtbank met grote zorg. Alvorens deze conclusie over te nemen, acht de rechtbank het dan ook -zorgvuldigheidshalve- aangewezen dat over de verdachte nogmaals wordt gerapporteerd, ditmaal in de vorm van een zogenaamde triple-rapportage, zodat het onderzoek zo diepgaand mogelijk zal worden uitgevoerd, en tevens op die manier de Raad voor de Kinderbescherming bij de zaak wordt betrokken en kan adviseren.
Het onderzoek ter terechtzitting zal in verband daarmee dienen te worden hervat en geschorst, teneinde de zaak terug te verwijzen naar de rechter-commissaris voor een triple-onderzoek.
Om de klemmende reden dat genoemd onderzoek niet binnen één maand zal zijn voltooid, zal de hervatting van het onderzoek ter terechtzitting binnen negentig dagen moeten plaatsvinden.
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
3. Beslissing
Heropent en schorst het onderzoek ter terechtzitting.
Stelt de stukken in handen van de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in deze rechtbank, teneinde een triple-onderzoek als hiervoor bedoeld te doen verrichten en voorts al datgene te doen wat de rechter-commissaris in het belang van het onderzoek acht.
Beveelt dat het onderzoek zal worden hervat op een nog nader te bepalen terechtzitting, doch in elk geval binnen negentig dagen na de dag van deze uitspraak, wegens de klemmende reden dat het niet is te verwachten dat het voornoemd onderzoek binnen één maand voltooid zal zijn.
Beveelt de oproeping van verdachte, diens raadsman en ouders tegen een nader te bepalen tijdstip.
Dit vonnis is gewezen door
mr. A.C. Enkelaar, voorzitter,
mrs. J. Kloosterhuis en A.P. van der Linden, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. K. Meijer, griffier
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 9 april 2004.