RECHTBANK ALMELO
Sector civiel recht
zaaknummer: 103066 ha za 670 van 2009
datum vonnis: 18 augustus 2010 (ggv)
Vonnis van de rechtbank Almelo, meervoudige kamer voor burgerlijke zaken, in de zaak van:
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Go Planet Exploitatie B.V.
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Go Planet Parc B.V.,
beiden gevestigd te Enschede,
eiseressen in conventie,
eiseres sub 1 bovendien verweerster in reconventie,
advocaat: mr. R.J. Leijssen te Enschede,
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Sterrenparadijs B.V.,
gevestigd te Haaksbergen,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
VLS Holding B.V.,
gevestigd te Raalte,
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Oosterhuis Holding B.V.,
gevestigd te Haaksbergen,
4. Hieronymus Theodorus Antonius Nijboer,
wonende te Raalte,
verder te noemen: Nijboer,
5. Wilhelmus Franciscus Maria Oosterhuis,
wonende te Haaksbergen,
verder te noemen: Oosterhuis,
gedaagden in conventie,
gedaagden sub 1, 4 en 5 bovendien eisers in reconventie,
eisers sub 1 tot en met 5 hierna gezamenlijk ook te noemen: Sterrenparadijs c.s.,
advocaat: mr. J. Vestering te Hengelo (Ov.).
Het procesverloop blijkt uit de navolgende processtukken:
- de inleidende dagvaarding met producties;
- de conclusie van antwoord in conventie tevens houdende van eis in reconventie met producties;
- de conclusie van repliek in conventie tevens antwoord in reconventie met producties;
- de conclusie van dupliek in conventie tevens repliek in reconventie, opnieuw met producties;
- de conclusie van dupliek in reconventie, ook met producties;
- een akte houdende uitlating producties in reconventie.
Daarna is bepaald dat vonnis zal worden gewezen, welk vonnis heden wordt uitgesproken.
1.1 Go Planet is de verzamelnaam van een uitgaanscentrum te Enschede, waarbinnen diverse vormen van vermaak worden geboden. Het uitgaanscentrum wordt geëxploiteerd door de besloten vennootschap Go Planet Exploitatie B.V., waarvan de heren Brandriet en van Leeuwen de bestuurders zijn. Sterrenparadijs B.V. is een vennootschap waarvan de heren Oosterhuis en Nijboer door middel van hun persoonlijke holdings, VLS Holding B.V. en Oosterhuis Holding B.V., de bestuurders zijn. Sterrenparadijs is op na te noemen wijze bij de exploitatie van uitgaanscentrum Go Planet betrokken geraakt.
1.2 Tussen Go Planet Exploitatie B.V. en Sterrenparadijs B.V. zijn twee op 30 juni 2008 gedateerde overeenkomsten tot stand gekomen, genaamd een intentieovereenkomst en een samenwerkingsovereenkomst.
1.3 De intentieovereenkomst luidt als volgt:
“In aanmerking nemende dat:
- partijen met elkaar willen samenwerken, waarbij de bedoeling is dat Oosterhuis en
Nijboer middels de besloten vennootschap Sterrenparadijs, voormeld, de dagelijkse
exploitatie doen van het evenementencentrum Go Planet te Enschede.
- onder exploitatie in deze zin wordt ondermeer verstaan het organiseren en binnenhalen van aansprekende evenementen.
- Partijen nemen zich voor ter realisering van deze samenwerking een besloten vennootschap op te richten, genaamd Go Planet Parc B.V., waarvan Oosterhuis en Nijboer middels Sterrenparadijs de dagelijkse leiding zullen hebben.
- Voormelde Go Planet Parc B.V. zal de dagelijkse exploitatie doen van het Go Planet Evenementencentrum waartoe zij het onroerend goed zal huren van Go Planet Vastgoed B.V.
Partijen spreken de volgende intentie uit:
1. partijen zullen zich inspannen de samenwerking vorm te geven middels de oprichting van voormelde besloten vennootschap Go Planet Parc B.V.
2. de besloten vennootschap Sterrenparadijs B.V. en de heren Brandriet en Van Leeuwen worden directieleden van de op te richten besloten vennootschap. Partijen maken afspraken omtrent de beperking van vertegenwoordigingsbevoegdheid.
3. Onder bepaalde voorwaarden zal Go Planet Exploitatie B.V. tot een bepaald maximum, gedurende een bepaalde periode, het verlies afdekken van de op te richten B.V. Go Planet Parc B.V.
4. Aan Sterrenparardijs zal een beloning toekomen die gelijk is aan 10% van de in Go Planet Parc B.V. te behalen omzet.
5. Deze overeenkomst verplicht partijen uitsluitend zich in te spannen om bovengemelde samenwerking middels een B.V. tot stand te brengen.
6. Andere verplichtingen voor partijen over en weer ontstaan eerst nadat de respectievelijke definitieve overeenkomsten zijn getekend. Indien partijen niet geheel tot overeenstemming komen zijn zij geheel vrij jegens elkaar.”
1.4 De samenwerkingsovereenkomst kent de navolgende inhoud:
“In aanmerking nemende dat:
- “Partijen hebben gezamenlijk een besloten vennootschap opgericht “Go Planet Parc B.V.”, die het onroerend goed van Go Planet Vastgoed, het evenementencentrum Go Planet, gaat huren.
- GoPlanet Parc B.V. de dagelijkse exploitatie zal gaan verrichten van evenementencentrum Go Planet, welke evenementen plaatsvinden in het aan het besloten vennootschap Go Planet vastgoed B.V. toebehorende onroerende zaken te Enschede aan het Colosseum 70.
- Besloten vennootschap Sterrenparadijs zal de dagelijkse leiding van besloten vennootschap van Go Planet Parc B.V. op zich nemen. In dit kader zal Sterrenparardijs zich onder meer richten op het binnenhalen van rendabele evenementen en vermaaksactiviteiten.
- De besloten vennootschap Go Planet exploitatie B.V. is onder strikte hierna te nomen voorwaarden bereid tot een bepaald maximum per 3 maanden het verlies te dekken van de besloten vennootschap Go Planet Parc B.V.
Partijen komen als volgt overeen:
1. Go Planet Exploitatie dekt het verlies van Go Planet Parc B.V. af tot een maximum als partijen overeenkomen middels een 3 maandelijkse begroting en onder de hierna te noemen voorwaarden. Onder verlies wordt in dit verband verstaan het verschil tussen kosten en inkomsten. Als inkomsten wordt beschouwd hetgeen daadwerkelijk is binnengekomen, betaald door derden.
2. De besloten vennootschap Sterrenparadijs B.V., legt voorafgaande aan elke periode van 3 maanden aan Go Planet Exploitatie B.V. een begroting voor, bevattende de te verwachten inkomsten en uitgaven van Go Planet Parc B.V., over de eerst volgende telkens 3 maanden. Gemelde begroting dient aan A. van Leeuwen en G. Brandriet ter hand te worden gesteld minimaal één week voordat voormelde 3 maandelijkse perioden ingaat voor het eerst in week 26 van 2008.
3. Gemelde begroting moet worden ondertekend door Oosterhuis en Nijboer. Indien de begroting wordt goedgekeurd wordt deze ondertekend door G. Brandriet en A. van Leeuwen. Slechts ingeval de begroting is ondertekend door A. van Leeuwen of G. Brandriet verstrekt Go Planet exploitatie B.V. het per 3 maanden overeengekomen bedrag. Daarbij geldt de voorwaarde dat de uitgaven en inkomsten overeenkomstig de begroting zijn. Een verzoek om een bedrag te betalen ten behoeve van het in de voorafgaande periode van 3 maanden door de besloten vennootschap Go Planet Parc B.V. dient binnen 2 weken na het verstrijken van de betrokken 3 maandsperiode te geschieden. Indien een verzoek niet binnen voormelde 2 weken is ingediend is de vordering c.q. recht op voormelde bijdrage vervallen. Voormeld verzoek dient te zijn voorzien van een staat van daadwerkelijke inkomsten en kosten over voormelde periode van 3 maanden. Go Planet exploitatie kan bewijsstukken verlangen van de betaalde of verschuldigde kosten en verkregen inkomsten.
4. Elke volgende 3 maanden zal opnieuw een begroting worden ingediend en ter goedkeuring worden voorgelegd aan Go Planet Exploitatie B.V., waarbij steeds het voorafgaande zal gelden.
Duur overeenkomst
5. De overeenkomst heeft een duur van tien jaar. Deze overeenkomst kan door één der partijen op grond van gewichtige redenen worden opgezegd, met inachtneming van een termijn van 3 maanden, onder meer op de navolgende gronden.
a. Indien Go Planet Exploitatie B.V. van mening is dat de exploitatie meer dan een jaar verliesgevend is en ook de samenwerking naar het oordeel van Go Planet Exploitatie geen toekomst heeft.
b. Ingeval van het verstrekken van onjuiste of onvolledige gegevens door Sterrenparadijs.
c. Ingeval blijkt dat de exploitatie dermate verliesgevend is dat insolventie op korte termijn dreigt.
d. Voorts zal als gewichtige reden gelden elke redelijke aantoonbare grond, die naar het oordeel van Go Planet Exploitatie B.V. met zich meebrengt dat verdere samenwerking niet meer van haar gevergd kan worden.
6. De overeenkomst vervalt van rechtswege onmiddellijk in de navolgende omstandigheden
a. bij faillissement of surseance van betaling van Sterrenparadijs en/of Go Planet Parc B.V.
b. Ingeval er beslag wordt gelegd op de bankrekeningen/zaken van Sterrenparadijs.
7. Partijen zullen elk jaar uiterlijk op 1 juli beoordelen of de samenwerking wordt voortgezet en op welke wijze dat zal geschieden.
(…)
10. Ingeval van geschil is de rechtbank te Almelo bevoegd.
1.5 Tussen partijen staat vast dat Go Planet Parc B.V. is opgericht per 31 oktober 2008, dat Go Planet Exploitatie B.V. en Sterrenparadijs B.V. ieder voor 50% aandeelhouder van Go Planet Parc B.V. zijn en dat Sterrenparadijs B.V. als bestuurder in Go Planet Parc B.V. slechts gezamenlijk met Go Planet Exploitatie B.V. bevoegd is om Go Planet Parc B.V. te vertegenwoordigen.
1.6 Tussen partijen staat voorts vast dat, ondanks de oprichting van Go Planet Parc B.V., de exploitatie van het evenementencentrum uiteindelijk niet is overgedragen aan Go Planet Parc B.V., zodat laatstgenoemde vennootschap inactief is gebleven. Het was de bedoeling om de feitelijke activiteiten binnen Go Planet Parc B.V. op te starten per 1 april 2009, doch reeds voordien, immers per 31 maart 2009, is de samenwerking tussen Go Planet Exploitatie B.V. en Sterrenparadijs B.V. tot een einde gekomen. Niettemin is Sterrenparadijs B.V. zich, op verzoek van Go Planet Exploitatie B.V., vanaf medio 2008 gaan bezighouden met de dagelijkse exploitatie van het evenementencentrum. Die wijze van exploitatie heeft uiteindelijk geleid tot het conflict dat onderwerp is van de onderhavige procedure.
2.1 Go Planet Exploitatie B.V. verwijt Sterrenparadijs B.V. en haar bestuurders dat zij de exploitatie op financieel onverantwoorde wijze hebben gevoerd. Oosterhuis en/of Nijboer hebben uitgaven gedaan en contracten gesloten die niet ten goede kwamen aan Go Planet Exploitatie B.V., doch uitsluitend aan zichzelf. Veel uitgaven zijn gedaan zonder toestemming van (de directie van) Go Planet Exploitatie B.V. en bovendien gedaan zonder voorafgaand door de heren Van Leeuwen en/of Brandriet voor akkoord ondertekende begroting, zoals door de samenwerkingsovereenkomst werd vereist. Go Planet Exploitatie B.V. heeft berekend dat in ieder geval door Sterrenparadijs B.V. en haar bestuurders Oosterhuis en Nijboer onbevoegd verplichtingen zijn aangegaan tot een omvang van € 151.058,-- inclusief btw, welke uitgaven zijn gespecificeerd in een factuur die in 2009 is opgesteld, maar is gedateerd op 31 december 2008 en die als productie 1 aan de inleidende dagvaarding is gehecht. Bovendien zijn gedaagden ten onrechte namens Go Planet Exploitatie B.V. sponsorverplichtingen aangegaan jegens de Australische schaatsploeg, waardoor een kostenpost is ontstaan van € 50.733,92.
2.2 Go Planet Exploitatie B.V. stelt dat gedaagden hoofdelijk schadeplichtig zijn, omdat hun handelen jegens Go Planet Exploitatie B.V. onrechtmatig is, omdat bovendien sprake is van ongerechtvaardigde verrijking ten koste van eiseressen en omdat gedaagden hun taak als bestuurder onbehoorlijk hebben vervuld.
2.3 Waar het gaat om Go Planet Parc B.V. hebben eiseressen bij conclusie van repliek (zie met name onder punt 51 alsmede onder 117) de vorderingen van Go Planet Exploitatie B.V. en Go Planet Parc B.V. gesplitst in die zin dat Go Planet Exploitatie B.V. vordert de veroordeling in hoofdsom van de beide hiervoor genoemde bedragen tot een totaal van in hoofdsom € 201.791,32, en Go Planet Parc B.V. vordert van Sterrenparadijs c.s. een som van € 9.000,--. Die vordering betreft volstorting van de aandelen van Sterrenparadijs c.s. in Go Planet Parc B.V., welke volstorting nimmer heeft plaatsgevonden, doch is voorgeschoten door Go Planet Exploitatie B.V..
2.4 Aldus omvat de vordering van de beide eiseressen tezamen derhalve een bedrag van
€ 210.791,32 inclusief btw, met de veroordeling van gedaagden in de kosten de procedure.
2.5 Gedaagden hebben in conventie gemotiveerd verweer gevoerd. In hoofdlijnen komt dat verweer op het navolgende neer.
2.6 De exploitatie van het evenementencentrum Go Planet was sterk verliesgevend. Mede daarom hebben Brandriet en Van Leeuwen medio 2008 Oosterhuis en Nijboer aangetrokken. Oosterhuis is een regionaal en landelijk bekende televisiepersoonlijkheid en Nijboer was chef sport van RTV-Oost. Eisers hoopten met de publieke figuren Oosterhuis en Nijboer naamsbekendheid te creëren en publiek te trekken.
2.7 De plannen zoals die werden geformuleerd in de samenwerkingsovereenkomst zijn niet gerealiseerd omdat immers Go Planet Parc B.V. nimmer operationeel is geworden. Niettemin zijn Oosterhuis en Nijboer via Sterrenparadijs B.V. wel enthousiast en voortvarend aan de slag gegaan voor de exploitatie van het evenementencentrum. Nu dat niet gebeurde binnen Go Planet Parc B.V., werden de activiteiten uitgevoerd uit naam van Go Planet Exploitatie B.V.. Sterrenparadijs c.s. had bij die exploitatie min of meer de vrije hand. Anders dan eiseressen stellen hadden die activiteiten wel degelijk een basis, nu Oosterhuis en Nijboer een ondernemingsplan hadden geschreven dat met name door Van Leeuwen van Go Planet Exploitatie B.V. was geaccordeerd. Oosterhuis en Nijboer hebben zich bij de exploitatie dan ook mede door hun ondernemingsplan laten leiden.
2.8 De verplichtingen die Sterrenparadijs c.s. bij het uitvoeren van de exploitatie ten behoeve van Go Planet Exploitatie B.V. is aangegaan en de uitgaven die zij heeft gedaan, zijn steeds afgedekt door Go Planet Exploitatie B.V.. De ontvangen facturen werden door haar telkens betaald. Voor haar inspanningen werd door Go Planet Exploitatie B.V. maandelijks aan Sterrenparadijs c.s. een managementfee betaald. Oosterhuis en Nijboer enerzijds en Brandriet en Van Leeuwen anderzijds hadden zeer periodiek, in ieder geval wekelijks, contact met elkaar en de gang van zaken werd telkens besproken.
2.9 Alle verplichtingen zijn aangegaan en alle uitgaven zijn gedaan ten behoeve van de exploitatie van het evenementencentrum. Go Planet Exploitatie B.V. was van die verplichtingen op de hoogte, althans kon dat zijn. Van enig onrechtmatig handelen danwel van ongerechtvaardigde verrijking is geen sprake geweest. Een onbehoorlijke taakvervulling als bestuurder kan reeds niet aan de orde zijn, nu Sterrenparadijs danwel haar bestuurders nimmer bestuurder van Go Planet Exploitatie B.V. zijn geweest. De vordering van Go Planet Exploitatie B.V. wordt dan ook betwist.
2.10 Ook de vordering van Go Planet Parc B.V. wordt betwist. Juist is dat Go Planet Exploitatie B.V. het aandelenkapitaal in Go Planet Parc B.V. volledig heeft volgestort en dat in verband met die volstorting in de boeken van Go Planet Parc B.V. een vordering op de aandeelhouder Sterrenparadijs is opgenomen tot een omvang van € 9.000,--. Sterrenparadijs c.s. had in het geheel geen liquide middelen, zodat op deze wijze haar volstortingsplicht boekhoudkundig zou worden verwerkt. Er heeft nimmer een aandeelhoudersvergadering plaatsgevonden waar is besloten dat de boekhoudkundige vordering uit dezen hoofde alsnog tot betaling zou moeten leiden. Go Planet Parc B.V. heeft dan ook geen opeisbare vordering. Subsidiair beroepen gedaagden zich op een opschortingsrecht, gelet op hun na te noemen vordering in reconventie.
3.1 Gedaagden hebben gezamenlijk op hun beurt een ruim aantal vorderingen in reconventie van diverse aard ingesteld. In het kort gezegd kunnen die eisen als volgt worden gerubriceerd:
3.2 Op 5 mei 2009 is Sterrenparadijs B.V. eenzijdig door de directie van Go Planet Exploitatie B.V. uitgeschreven als bestuurder van Go Planet Parc B.V.. Nadat Sterrenparadijs B.V. na die uitschrijving bij de Kamer van Koophandel bezwaar had aangetekend, is bij beslissing van de Kamer van 7 augustus 2009 Sterrenparadijs B.V. weer ingeschreven als bestuurder. Sterrenparadijs B.V. stelt dat die onrechtmatige uitschrijving tot schade aan haar zijde kan hebben geleden en vordert dan ook veroordeling van Go Planet Parc B.V. tot betaling van die schade, op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet.
3.3 Naar Sterrenparadijs B.V. stelt, heeft zij als bestuurder en aandeelhouder nimmer inzage gekregen in de boekhoudkundige bescheiden van Go Planet Parc B.V.. Zij vordert afgifte van die bescheiden op straffe van een dwangsom.
3.4 Naar Sterrenparadijs B.V. stelt, heeft Go Planet Exploitatie B.V. eenzijdig haar samenwerkingsovereenkomst en intentieovereenkomst met Sterrenparadijs B.V. opgezegd per 31 maart 2009. Daarna heeft Go Planet Exploitatie B.V. voorzover vereist ook nog de buitengerechtelijke ontbinding van die overeenkomsten ingeroepen. Sterrenparadijs B.V. is van oordeel dat voor die ontbinding geen grond was en vordert dan ook de vernietiging van die buitengerechtelijke ontbinding.
3.5 Op haar beurt evenwel is Sterrenparadijs B.V. van oordeel dat die overeenkomsten niettemin thans voor ontbinding vatbaar zijn, zodat zij nu op haar beurt die ontbinding vordert.
3.6 Indien en voorzover de rechtbank oordeelt dat Go Planet Exploitatie B.V. ten onrechte eenzijdig de samenwerkingsovereenkomst van 30 juni 2008 heeft beëindigd en derhalve aansprakelijk is voor de daaruit vloeiende schade, vordert Sterrenparadijs B.V. een verklaring voor recht dat Go Planet Exploitatie B.V. met ingang van de datum van het vonnis als enig aandeelhouder en bestuurder van Go Planet Parc B.V. heeft te gelden, met veroordeling van Exploitatie tot betaling van de verkrijgingswaarde van de aandelen van Sterrenparadijs B.V. ad € 9.000,--.
3.7 Zoals hiervoor reeds overwogen stelt Sterrenparadijs B.V. dat Go Planet Exploitatie B.V. ten onrechte is overgegaan tot eenzijdige althans onrechtmatige opzegging van de samenwerkingsovereenkomst zoals die per 1 april 2009 zou ingaan. Sterrenparadijs B.V. vordert de daaruit voortvloeiende aan haar zijde geleden schade, die zij als voorschot concretiseert op een bedrag van € 30.000,--, zijnde een fee-vergoeding over drie maanden en voorts tot betaling van schade op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet.
3.8 Naar het oordeel van Sterrenparadijs c.s. hebben bovendien Go Planet Exploitatie B.V. en haar bestuurders (Brandriet en Van Leeuwen) zich onrechtmatig jegens hen gedragen door herhaaldelijke uitlatingen in programma’s van RTV-Oost en in dagblad Tubantia. Sterrenparadijs c.s. hebben de betreffende uitlatingen in hun processtukken geciteerd en gespecificeerd. Zij vorderen dan ook een verbod aan Go Planet Exploitatie B.V. en haar bestuurders om zich nog langer onrechtmatig, onredelijk en negatief uit te laten; om aan Oosterhuis en Nijboer te betalen een smartengeld van € 5.000,-- per persoon; om te betalen de aan de zijde van Sterrenparadijs, Oosterhuis en Nijboer door die uitlatingen ontstane materiële schade, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet; en tenslotte de veroordeling van Go Planet Exploitatie B.V. en haar bestuurder Van Leeuwen tot het plaatsen van een rectificatie in het dagblad Tubantia en op een teletekstpagina en de website van RTV-Oost, waarvan de tekst in de processtukken woordelijk is uitgeschreven.
3.9 Go Planet Exploitatie B.V. en Go Planet Parc B.V. hebben gemotiveerd verweer gevoerd tegen de vorderingen in reconventie. Op dat verweer zal hierna in dit vonnis bij de beoordeling van de diverse vorderingen in reconventie worden ingegaan.
4.1 Tussen partijen staat vast dat Sterrenparadijs door middel van haar indirecte bestuurders Oosterhuis en Nijboer vanaf medio 2008 tot 31 maart 2009 de dagelijkse exploitatie van het evenementencentrum Go Planet te Enschede heeft verricht. Zij heeft die activiteiten verricht op verzoek van en in overleg met de directie van Go Planet Exploitatie B.V., in concreto de heren Brandriet en Van Leeuwen. Uit zowel de samenwerkingsovereenkomst als de intentieovereenkomst van 30 juni 2008 blijkt dat het de bedoeling van partijen was om de exploitatie van het evenementencentrum onder te brengen in Go Planet Parc B.V., waarin Go Planet Exploitatie B.V. en Sterrenparadijs B.V. gelijkelijk zouden participeren en waarvan Sterrenparadijs B.V. de dagelijkse leiding zou hebben. Verliezen binnen Go Planet Parc B.V. zouden onder voorwaarden door Go Planet Exploitatie B.V. worden afgedekt. Tussen partijen staat vast dat evenwel hun voren omschreven intentie nimmer is gerealiseerd. Go Planet Parc B.V. is weliswaar opgericht, maar de exploitatie van het evenementencentrum is daarin niet ondergebracht. Go Planet Parc B.V. is in ieder geval volledig inactief gebleven tot aan 31 maart 2009, vanaf welk moment Sterrenparadijs B.V. niet langer de exploitatie heeft verricht.
Beoordeeld moet derhalve eerst worden op welke juridische basis Sterrenparadijs B.V. haar exploitatieactiviteiten heeft uitgevoerd.
4.2 Go Planet Exploitatie B.V. neemt het standpunt in dat, ondanks het feit dat Go Planet Parc B.V. niet actief is geworden, het handelen van Sterrenparadijs B.V. toch moet worden getoetst aan de samenwerkingsovereenkomst van 30 juni 2008. Op basis van die overeenkomst had Sterrenparadijs B.V. iedere periode van drie maanden moeten doen voorafgaan door een begroting en hadden Brandriet en/of Van Leeuwen telkens vooraf die begroting dan moeten goedkeuren. Nu Sterrenparadijs B.V. en Oosterhuis/Nijboer zich daaraan niet hebben gehouden, volgt reeds daaruit, aldus Go Planet Exploitatie B.V., dat zij onbevoegd ten laste van Go Planet Exploitatie B.V. uitgaven hebben gedaan en Go Planet Exploitatie B.V. contractueel hebben gebonden. Waar bovendien de gedaagde partijen als een soort pseudo-bestuurders van Go Planet Exploitatie B.V. fungeerden, moet tevens worden vastgesteld dat zij mede daardoor hun taak als bestuurder onbehoorlijk hebben vervuld.
4.3 In tegenstelling tot Go Planet Exploitatie B.V. oordeelt de rechtbank evenwel dat het handelen van Sterrenparadijs c.s. bij de exploitatie van het evenementencentrum noch kan worden getoetst aan de samenwerkingsovereenkomst, noch aan de intentieovereenkomst. De beide overeenkomsten zijn geschreven voor de samenwerking in Go Planet Parc B.V.. De intentieovereenkomst vermeldt in artikel 5 nadrukkelijk dat die overeenkomst partijen uitsluitend verplicht om zich in te spannen om de samenwerking middels Go Planet Parc B.V. tot stand te brengen. De samenwerkingsovereenkomst regelt hoe de samenwerking van partijen binnen Go Planet Parc B.V. zich zal voltrekken en op welke wijze Go Planet Exploitatie B.V. het verlies van Go Planet Parc B.V. zal afdekken. Nu de exploitatie van het evenementencentrum door partijen evenwel nimmer in Go Planet Parc B.V. is gebracht, bieden de beide genoemde overeenkomsten geen basis voor de beoordeling van deze zaak. Sterrenparadijs B.V., danwel de heren Oosterhuis en Nijboer, zijn nooit daadwerkelijk actief geweest als bestuurder van Go Planet Parc B.V.. Alleen al uit hoofde van de inactiviteit van Go Planet Parc B.V., heeft Go Planet Exploitatie B.V. nimmer verliezen binnen Go Planet Parc B.V. hoeven af te dekken.
4.4 De rechtbank oordeelt derhalve dat partijen niet op een specifiek contractueel geregelde basis hebben samengewerkt. Go Planet Exploitatie B.V. heeft Oosterhuis en Nijboer via Sterrenparadijs B.V. ingeschakeld als externe partij om de dagelijkse exploitatie van het evenementencentrum uit te voeren. Go Planet Exploitatie B.V. heeft, naar tussen partijen vaststaat, daarvoor periodiek een fee betaald. Go Planet Exploitatie B.V. was en bleef eigenaar van het evenementencentrum en de exploitatie daarvan bleef komen voor haar rekening en risico. Sterrenparadijs B.V. danwel haar bestuurders zijn nooit toegetreden tot de directie van Go Planet Exploitatie B.V.. De rechtbank verwerpt dan ook de stelling van Go Planet Exploitatie B.V. dat Sterrenparadijs B.V. haar taken als bestuurder onbehoorlijk zou hebben vervuld.
4.5 Binnen de context als hiervoor overwogen, moet vervolgens worden beoordeeld of, zoals Go Planet Exploitatie B.V. stelt, Oosterhuis en/of Nijboer zich door de wijze van exploitatie persoonlijk ten laste van Go Planet Exploitatie B.V. hebben verrijkt, danwel of zij de exploitatie van het evenementencentrum dusdanig hebben uitgevoerd, dat dit als onrechtmatig jegens Go Planet Exploitatie B.V. kan worden aangemerkt. De rechtbank oordeelt dat uit de door Go Planet Exploitatie B.V. aangevoerde feiten geenszins kan worden afgeleid, dat er van persoonlijke verrijking sprake is geweest. Naar de rechtbank begrijpt acht Go Planet Exploitatie B.V. met name de inrichting van een professionele tv-studio binnen het evenementencentrum, een vorm van persoonlijke verrijking nu Oosterhuis, als tv-persoonlijkheid, graag een eigen tv-zender zou willen exploiteren. De rechtbank volgt Go Planet Exploitatie B.V. daarin niet, al was het reeds omdat de tv-studio als zodanig en de inrichting daarvan, toekomt aan Go Planet Exploitatie B.V. danwel een van haar zusterondernemingen. Tv-uitzendingen die vanuit die studio hebben plaatsgevonden – of in de toekomst nog zullen plaatsvinden – maken derhalve onderdeel uit van de exploitatie van het evenementencentrum en de PR-waarde van die uitzendingen alsmede de opbrengsten daarvan komen aan Go Planet Exploitatie B.V. toe. De op de inrichting van de studio en op tv-opnamen gerichte facturen, zoals bijvoorbeeld van Decilux en Apex zijn telkens door Go Planet Exploitatie B.V. betaald. Uit niets is aan de rechtbank gebleken dat die betalingen niettemin direct of indirect tot een persoonlijke verrijking van Sterrenparadijs B.V., Oosterhuis of Nijboer hebben geleid. Ook overigens heeft Go Planet Exploitatie B.V. in deze procedure niet concreet onderbouwd hoe of waar uitgaven van Go Planet Exploitatie B.V. niet zijn gedaan in het kader van de daadwerkelijke exploitatie van het evenementencentrum, maar uitsluitend hebben geleid tot persoonlijk voordeel van de gedaagde partijen. Go Planet Exploitatie B.V. heeft voorts gesteld dat in ieder geval Sterrenparadijs B.V. en haar bestuurders onrechtmatig jegens haar hebben gehandeld doordat er sprake is geweest van gigantische kostenoverschrijdingen doordat uitgaven zijn gedaan en verplichtingen zijn aangegaan, waarmee Go Planet Exploitatie B.V. niet op de hoogte was en die zij nimmer zou hebben goedgekeurd, als zij daarmee wel tijdig geconfronteerd zou zijn geweest. Overigens merkt de rechtbank reeds thans op, dat Go Planet Exploitatie B.V. zich in haar processtukken bij herhaling bedient van superlatieven waar het gaat om de uitgaven en de kostenoverschrijdingen, doch achterwege laat om de uitgaven binnen de context van de totale omzet, de te verwachten aanloopverliezen, de revenuen op korte en op langere termijn en de reeds bestaande financiële situatie voordat Sterrenparadijs c.s. werd ingeschakeld, te plaatsen. Of er derhalve, zoals Go Planet Exploitatie B.V. bij herhaling stelt, sprake is geweest van “gigantische kostenoverschrijdingen” onttrekt zich aan beoordeling door de rechtbank.
4.6 Voor de beantwoording van de vraag of Sterrenparadijs c.s. op dusdanig onverantwoorde wijze en buiten de tijdige wetenschap van de directie van Go Planet Exploitatie B.V. om, met de financiële middelen van Go Planet Exploitatie B.V. is omgegaan, dat dit als onrechtmatig jegens Go Planet Exploitatie B.V. zou moeten worden aangemerkt, acht de rechtbank het navolgende van belang. Zoals hiervoor in het vonnis reeds overwogen, geeft de samenwerkingsovereenkomst tussen partijen, waarin een systeem van vooraf door Go Planet Exploitatie B.V. goed te keuren begrotingen per drie maanden is geregeld, geen basis voor de beantwoording van de onderhavige vraag. Overigens merkt de rechtbank daarbij op dat het haar opvalt dat Go Planet Exploitatie B.V., ondanks het kennelijk ontbreken van zodanige begrotingen, toch telkens de door Sterrenparadijs c.s. aangegane verplichtingen heeft afgedekt, door de ontvangen facturen van contractpartijen betaalbaar te stellen. Op zijn minst kan daaruit, naar de rechtbank oordeelt, worden afgeleid dat Go Planet Exploitatie B.V. in de praktijk kennelijk niet van Sterrenparadijs c.s. heeft verlangd dat vooraf periodieke begrotingen werden ingediend. Van andersoortige afspraken tussen partijen omtrent het uitgavenbeleid door Sterrenparadijs c.s. is in deze procedure ook niet gebleken. De directie van Go Planet Exploitatie B.V. wilde op de hoogte blijven van de activiteiten en de uitgaven, doch de rechtbank stelt vast dat het daaraan ogenschijnlijk ook niet heeft geschort. Door Sterrenparadijs c.s. is gesteld en door Go Planet Exploitatie B.V. is nadrukkelijk onderschreven dat partijen bijna wekelijks bij elkaar kwamen om de gang van zaken te bespreken (zie ondermeer punt 46 bij conclusie van repliek zijdens Go Planet Exploitatie B.V.). Dat Go Planet Exploitatie B.V. zicht had op de financiële gang van zaken en dus kennelijk wist welke verplichtingen Sterrenparadijs c.s. aangingen, onderschrijft Go Planet Exploitatie B.V. door haar stelling dat na enig moment meer dan wekelijks aan Oosterhuis en Nijboer is verteld dat het roer om zou moeten, omdat Go Planet Exploitatie B.V. de uitgaven niet langer zou kunnen betalen. Uit deze gang van zaken kan geenszins worden afgeleid dat Sterrenparadijs c.s. geen opening van zaken hebben betracht. Hiervoor is reeds overwogen dat opvallend is dat Go Planet Exploitatie B.V. kennelijk zonder enig voorbehoud alle ontvangen facturen heeft betaald. Sterrenparadijs c.s. hebben onweersproken gesteld dat de volledige boekhouding, zoals overigens ook verwacht mocht worden, door Go Planet Exploitatie B.V. werd gedaan en dat alle activiteiten en uitgaven ook hun weerslag in die boekhouding hebben gevonden. Go Planet Exploitatie B.V. heeft telkens periodiek de fee aan Sterrenparadijs c.s. voor haar inspanningen betaald en heeft zelfs nadat zij per 31 maart 2009 de relatie verbrak, op 27 april 2009 nog een aanvullende fee van € 10.000,-- betaald. Hiervoor is al overwogen dat Go Planet Exploitatie B.V. naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende heeft geconcretiseerd hoe of waar er verplichtingen door Sterrenparadijs c.s. zouden zijn aangegaan die niet direct of indirect de exploitatie van het evenementencentrum ten goede zouden komen of zouden kunnen komen. Ook de door Go Planet Exploitatie B.V. opgevoerde gang van zaken rond de Australische schaatsploeg kan niet als zodanig worden aangemerkt. Afgezien van het antwoord op de vraag welke PR-waarde er al dan niet zou moeten worden toegekend aan het faciliteren van die schaatsploeg binnen het evenementencentrum, niet kan worden gezegd dat het onderbrengen van die ploeg een ander oogmerk heeft gediend dan de belangen van het evenementencentrum of dat het onderbrengen van de schaatsploeg heeft plaatsgevonden zonder medeweten van Go Planet Exploitatie B.V. of, sterker nog, tegen de wens van de directie in. Niet is gebleken dat de directie van Go Planet Exploitatie B.V. niet van de aanwezigheid van de schaatsploeg op de hoogte was. Integendeel, door Sterrenparadijs c.s. is onweersproken gesteld dat onderdeel van het faciliteren van de schaatsploeg is geweest, het onderbrengen van die ploeg in hotel Bad Boekelo, binnen welk hotel directeur Brandriet tevens zeggenschap heeft. Uit het in het geding gebrachte mailverkeer tussen de heer Brandriet en Bad Boekelo (productie 11 bij conclusie van antwoord in conventie) blijkt dat de heer Brandriet zich actief met het onderbrengen van de schaatsploeg in het hotel heeft beziggehouden.
4.7 Op grond van hetgeen hiervoor is overwogen concludeert de rechtbank dat niet is gebleken dat Sterrenparadijs c.s. buiten medeweten van Go Planet Exploitatie B.V. danwel tegen de instructies van Go Planet Exploitatie B.V. in heeft gehandeld, en/of overigens met miskenning van de aan haar kenbare belangen van Go Planet Exploitatie B.V. heeft opgetreden. De rechtbank oordeelt dan ook dat niet is gebleken van onrechtmatig handelen door Sterrenparadijs B.V., Oosterhuis of Nijboer.
4.8 De rechtbank oordeelt derhalve dat er onvoldoende grondslag is voor de vorderingen van Go Planet Exploitatie B.V., behoudens indien Exploitatie B.V. bewijs kan leveren als hierna in dit vonnis te formuleren.
4.9 Niet voor toewijzing vatbaar is de vordering van Go Planet Parc B.V., waar het gaat om de volstorting van de aandelen. Waar door geen der partijen anders is gesteld, concludeert de rechtbank dat Sterrenparadijs B.V. nog steeds mede-aandeelhouder is van Go Planet Parc B.V.. Bij de oprichting van Go Planet Parc B.V. zijn Go Planet Exploitatie B.V. en Sterrenparadijs B.V. overeen gekomen dat Exploitatie B.V. zowel haar eigen aandelen als die van Sterrenparadijs B.V. zal volstorten, zodat naar de rechtbank oordeelt, zich niet het risico voordoet als bepaald in artikel 2:180 lid 2 BW. De rechtbank begrijpt dat vervolgens in de boeken van Parc B.V. een vordering van € 9.000,- op Sterrenparadijs is opgenomen. Door Go Planet Parc B.V. is niet uitgelegd waarom die vordering thans opeisbaar zou zijn. Er is niet verwezen naar een aandeelhoudersvergadering waarop zou zijn besloten dat thans betaald dient te worden. Niet kan worden geoordeeld dat er niettemin van een thans opeisbare vordering sprake is, zodat de vordering van Go Planet Parc B.V., die kennelijk van het tegendeel uit gaat, niet voor toewijzing vatbaar is.
4.10 Door Go Planet Exploitatie B.V. is gesteld dat de bij dagvaarding als productie 1 overgelegde factuur van 31 december 2008 op verzoek van Nijboer is opgesteld dan wel is gesteld op naam van en verzonden aan Sterrenparadijs B.V.. In deze factuur is een groot aantal facturen samengevat die Go Planet Exploitatie B.V. heeft betaald, maar waarvan zij van oordeel is dat die ten laste van Sterrenparadijs c.s. hadden behoren te komen. Ondermeer is een relatief omvangrijk bedrag opgenomen als “zaalhuur Regiotap” in verband met de uitzending van het gelijknamige tv-programma vanuit de tv-studio in het evenementencentrum. Het valt de rechtbank op dat Go Planet Exploitatie B.V. onder punt 19 van haar conclusie van repliek in conventie nu juist opmerkt dat er, gelet op de desastreuze resultaten, ondermeer is afgezien van het sluiten van een huurovereenkomst en het in rekening brengen van huur. De onderhavige stelling van Go Planet Exploitatie B.V. lijkt ook haaks te staan op haar processuele houding in deze zaak nu zij immers primair ageert op basis van de grondslagen zoals die zijn genoemd onder overweging 2.2 van dit vonnis. Niettemin kan de betreffende stelling van Go Planet Exploitatie B.V. niet anders worden gezien dan als een beroep op een contractuele afspraak met Sterrenparadijs (en niet met Nijboer en/of Oosterhuis persoonlijk) uit hoofde van welke afspraak Sterrenparadijs op zich heeft genomen om een bedrag van € 151.058,60 inclusief BTW aan Exploitatie B.V. betaalbaar te stellen. Door Sterrenparadijs is nadrukkelijk betwist dat zij zich op deze wijze jegens Exploitatie B.V. heeft verbonden of dat zij Exploitatie B.V. heeft voorgesteld om een factuur tot de betreffende omvang aan Sterrenparadijs te zenden. Het is dan ook aan Exploitatie B.V. om, conform haar uitdrukkelijke bewijsaanbod, bewijs bij te brengen van haar stelling dat Sterrenparadijs zich heeft verbonden om aan haar te betalen het factuurbedrag van € 151.058,60 inclusief BTW.
4.11 Iedere verdere beslissing in conventie wordt aangehouden.
5.1 Sterrenparadijs c.s. vorderen schade op te maken bij staat die is ontstaan doordat Sterrenparadijs c.s. gedurende enige tijd door toedoen van Go Planet Exploitatie B.V. uitgeschreven is geweest uit het handelsregister als bestuurder van Go Planet Parc B.V.. Door Sterrenparadijs c.s. wordt geheel in het midden gelaten waarom die tijdelijke uitschrijving tot schade zou hebben geleid en aan schade van welke aard zij dan denkt. Tot enige concretisering van deze vordering is Sterrenparadijs c.s. niet overgegaan. De rechtbank oordeelt de vordering dan ook onvoldoende onderbouwd en wijst haar op die grond af.
5.2 Voorts vordert Sterrenparadijs c.s. vernietiging van de buitengerechtelijke ontbinding van de samenwerkingsovereenkomst tussen partijen, zoals die door Go Planet Exploitatie B.V. is ingeroepen bij brief van 13 mei 2009. De rechtbank overweegt dat de betreffende ontbinding is ingeroepen voor zover nog vereist. Daaraan vooraf gegaan is immers de beëindiging van de samenwerking per 31 maart 2009, waarbij partijen in deze procedure van mening verschillen over de vraag of die beëindiging eenzijdig is opgelegd door Go Planet Exploitatie B.V., danwel tot stand is gekomen in onderling overleg. Go Planet Exploitatie B.V. heeft als productie 7 bij conclusie van repliek in het geding gebracht een kopie van een artikel van de hand van journalist Steenbeeke in het blad Twentevisie van april 2009. De schrijver van het artikel tekent daarin op: “Oosterhuis en Nijboer zijn volgens eigen zeggen in goed overleg gestopt met de exploitatie van het Sterrenparadijs op Go Planet. ….. De conclusie wordt gedeeld door André van Leeuwen, samen met Guus Brandriet, eigenaar van het onroerend goed op Go Planet”. Dit zou er, naar de rechtbank overweegt, op kunnen duiden dat inderdaad sprake is van beëindiging in onderling overleg, te meer nu vaststaat dat Go Planet Exploitatie B.V. daarna, op 27 april 2009, nog eenmalig een fee heeft betaald, hetgeen geen te verwachten betaling zou zijn, indien en voorzover partijen niet in onderling overleg uiteen zouden zijn gegaan. Maar de vraag of al dan niet van onderling overleg sprake is, kan naar het oordeel van de rechtbank in het midden blijven, nu partijen noch contractueel, noch anderszins hebben geregeld hoe hun samenwerking tot een einde zou moeten komen. Bij gebreke van enige regeling stond het dan ook aan Go Planet Exploitatie B.V. – net zoals aan Sterrenparadijs B.V. – vrij om eenzijdig de relatie te doen eindigen. Van de omstandigheden hangt het af of die beëindiging al dan niet op redelijke wijze of met inachtneming van een redelijke termijn heeft plaatsgevonden. De rechtbank oordeelt dat er in dit geval onvoldoende reden is om ervan uit te gaan dat Go Planet Exploitatie B.V., zelfs als zij tot eenzijdige opzegging is overgegaan, dat op onjuiste wijze heeft gedaan. Daarbij weegt naar het oordeel van de rechtbank mee dat inmiddels vaststond dat de exploitatie van het evenementenpark vanuit financieel oogpunt grote problemen kende, dat partijen wekelijks spraken over de financiële problemen en Go Planet Exploitatie B.V., naar door haar is gesteld en door Sterrenparadijs c.s. niet is weersproken, enige tijd heeft aangekondigd dat het roer financieel om zou moeten en dat Go Planet Exploitatie B.V., nadat zij de samenwerking had verbroken, niettemin nog een fee van € 10.000,-- heeft betaald. In deze specifieke omstandigheden van dit geval, concludeert de rechtbank dat de samenwerking tussen Go Planet Exploitatie B.V. en Sterrenparadijs c.s. dan ook rechtsgeldig is beëindigd per 31 maart 2009, ongeacht de vraag of dit in onderling overleg danwel eenzijdig op initiatief van Go Planet Exploitatie B.V. heeft plaatsgevonden. De onderhavige vordering in reconventie, die uitgaat van het tegendeel, is dan ook niet voor toewijzing vatbaar.
5.3 Vervolgens vordert Sterrenparadijs c.s. de ontbinding van alle overeenkomsten tussen Go Planet Exploitatie B.V. en Sterrenparadijs c.s., waaronder nadrukkelijk begrepen de samenwerkingsovereenkomst en de intentieovereenkomst. Hiervoor in het vonnis is reeds overwogen dat de beide overeenkomsten niet tot uitvoering zijn gekomen en bovendien, gelet op de beëindiging van de exploitatie-activiteiten door Sterrenparadijs c.s. ook niet meer tot uitvoering zullen komen. Bovendien is de samenwerkingsovereenkomst rechtsgeldig beëindigd per 31 maart 2009, terwijl de intentieovereenkomst formeel reeds is geëindigd door oprichting van Go Planet Parc B.V. De rechtbank oordeelt dat voor dit deel van de vordering in reconventie dan ook geen belang aanwezig is, zodat de vordering wordt afgewezen.
5.4 Daarnaast vordert Sterrenparadijs c.s. een verklaring voor recht dat Go Planet Exploitatie B.V. verder als enig aandeelhouder en bestuurder van Go Planet Parc B.V. heeft te gelden met veroordeling van Exploitatie B.V. tot betaling in dat geval van de verkrijgingswaarde van de aandelen van Sterrenparadijs c.s. in Go Planet Parc B.V. ad € 9.000,--. Deze vordering wordt voorwaardelijk ingesteld, immers onder de voorwaarde dat de rechtbank Go Planet Exploitatie B.V. aansprakelijk acht voor de schade voortvloeiende uit de eenzijdige beëindiging van de samenwerkingsovereenkomst van 30 juni 2008. Nu de rechtbank daarover anders oordeelt, is de voorwaarde niet vervuld, zodat dit deel van de vordering geen beslissing vergt.
5.5 Verder vordert Sterrenparadijs c.s. een schadevergoeding uit hoofde van de naar haar oordeel onrechtmatige opzegging van de samenwerkingsovereenkomst danwel de naar haar stelling onrechtmatige beëindiging van die overeenkomst. Nu de rechtbank oordeelt dat van een onregelmatige of en onrechtmatige beëindiging geen sprake is, is ook dit onderdeel van de vordering in reconventie niet voor toewijzing vatbaar.
5.6 De vordering tot overlegging van financiële bescheiden van Go Planet Parc B.V. kent geen belang meer, nu immers de relevante financiële gegevens door Parc B.V. bij conclusie van dupliek in reconventie in het geding zijn gebracht.
5.7 De overige vorderingen van Sterrenparadijs c.s. in reconventie hebben alle betrekking op de publiciteit die met name bestuurder Van Leeuwen van Go Planet Exploitatie B.V. na het uiteen gaan van partijen heeft gezocht. De gedaagden stellen dat Van Leeuwen onjuiste informatie heeft verspreid en de eer en goede naam van Sterrenparadijs, Oosterhuis en Nijboer heeft aangetast door uitlatingen te doen in diverse media, waaronder in radio- en tv-uitzendingen van RTV-Oost en in het dagblad Tubantia. Bij conclusie van eis in reconventie hebben Sterrenparadijs c.s. de door hen gewraakte uitlatingen aangehaald. De rechtbank overweegt in zijn algemeenheid dat beide partijen de nodige publiciteit rond de onderhavige kwestie mochten verwachten. Oosterhuis en Nijboer zijn intensief gelieerd geweest aan RTV-Oost en Oosterhuis is, zeker binnen Twente, een bekend en publiek figuur. Die bekendheid en dat publieke optreden vraagt een meer dan gemiddelde weerbaarheid indien en voorzover rumoer rond de persoon ontstaat. Daarbij weegt mee dat Oosterhuis ook zelf publicitaire wegen kan vinden om zijn mening wereldkundig te maken. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het interview in het blad Twentevisie van april 2009, zoals dat hiervoor in het vonnis reeds is aangehaald.
5.8 Binnen die uitgangspunten moeten de door Sterrenparadijs c.s. gewraakte uitlatingen van Van Leeuwen worden bezien. De rechtbank laat daarbij de diverse samenvattingen door presentatoren van RTV-Oost, waaraan Go Planet Exploitatie B.V. of Van Leeuwen ogenschijnlijk geen deel hebben gehad, buiten beschouwing. Waar Van Leeuwen sprekend wordt opgevoerd, constateert de rechtbank dat hij, telkens in andere bewoordingen, openbaar maakt dat hij van oordeel is dat Oosterhuis en Nijboer veel te veel geld hebben uitgegeven en daartoe niet bevoegd waren. Van Leeuwen maakt in verschillende bewoordingen kenbaar dat hij teleurgesteld is in Oosterhuis en Nijboer en dat hij vindt dat hij door hen niet volledig is voorgelicht. Het spreekt vanzelf, naar de rechtbank overweegt, dat Oosterhuis en Nijboer deze openbare uitlatingen van Van Leeuwen als onaangenaam of onjuist hebben ervaren, maar naar de rechtbank overweegt, kan niet worden gezegd dat die uitlatingen dusdanig de eer en goede naam van betrokkenen hebben aangetast, dat die uitlatingen als onrechtmatig moeten worden gekenschetst en aanleiding geven tot schadevergoedingen en de verplichting tot openbare rectificatie.
5.9 Wel over de grens gaat een opmerking van Van Leeuwen tijdens de radio-uitzending van RTV-Oost van 19 mei 2009, waarin de interviewer spreekt over door Nijboer geplaatste handtekeningen onder contracten waaraan Go Planet Exploitatie B.V. gebonden was en dan aan Van Leeuwen vraagt of de handtekeningen dan niet frauduleus zijn. Van Leeuwen antwoordt vervolgens: “Die handtekeningen die zijn frauduleus. De overeenkomsten zijn nietig en de gelden die erop betaald zijn, zijn onverschuldig betaald”. Door in de publiciteit te suggereren dat Nijboer frauduleus handtekeningen heeft gezet, zou beschadiging van laatstgenoemde kunnen ontstaan. Vastgesteld moet evenwel worden dat het bij deze ene onjuiste uitlating binnen een omvangrijke hoeveelheid publiciteit is gebleven. Niet kan dan ook worden geoordeeld dat Sterrenparadijs c.s., binnen het totaal van de publicitaire aandacht, door deze uitlating aanwijsbare schade hebben geleden. Er is dan ook geen grond aanwezig om op basis van deze ene uitlating de ingrijpende vorderingen van Sterrenparadijs c.s. toe te wijzen.
5.10 De rechtbank oordeelt derhalve dat geen van de vorderingen in reconventie voor toewijzing vatbaar is. Die vorderingen worden dan ook afgewezen, waarbij Sterrenparadijs c.s. als in het ongelijk gestelde partijen de kosten van de procedure in reconventie moeten dragen.
I. Draagt Go Planet Exploitatie B.V. op om te bewijzen als overwogen in rechtsoverweging 4.10.
II. Bepaalt dat indien Go Planet Exploitatie B.V. bewijs wenst te leveren door getuigen deze zullen worden gehoord in het gerechtsgebouw te Almelo door mr. Vermeulen.
III. Verwijst de zaak naar de civiele rol van deze rechtbank van woensdag 1 september 2010 voor dagbepaling enquête en draagt Go Planet Exploitatie B.V. op om ervoor zorg te dragen dat uiterlijk de vrijdag voordien schriftelijk bericht ter griffie is ontvangen betreffende de verhinderdata van beide partijen en het aantal te horen getuigen.
IV. Houdt iedere verdere beslissing aan.
V. Wijst af de vorderingen van Sterrenparadijs B.V., VLS Holding B.V., Oosterhuis Holding B.V., Nijboer en Oosterhuis.
VI. Veroordeelt de onder V. genoemde partijen hoofdelijk, des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd, tot betaling van de proceskosten in reconventie aan Go Planet Exploitatie B.V. en Go Planet Parc B.V. tezamen, welke kosten aan die zijde gezamenlijk worden begroot op een som van € 1.158,-- aan het salaris van de advocaat (2 punten x € 579,--).
VII. Verklaart de veroordeling onder VI. uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen te Almelo door mrs. Vermeulen, Verhoeven en Alers en op woensdag 18 augustus 2010 in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier.