ECLI:NL:RBALM:2009:BK7681
Rechtbank Almelo
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige beëindiging arbeidsovereenkomst door dwaling en misbruik van omstandigheden
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Almelo op 10 december 2009 uitspraak gedaan in een kort geding tussen eiser, een werknemer van Bouwbedrijf Stokkers B.V., en zijn werkgever. Eiser had een arbeidsovereenkomst van 37 jaar en was in dienst als Timmerman 1. De werkgever had op verzoek van eiser meerdere keren een 'verklaring ontslag met wederzijds goedvinden' laten ondertekenen, maar eiser stelde dat deze beëindiging niet rechtsgeldig was. Hij deed een beroep op dwaling en misbruik van omstandigheden, stellende dat hij onder druk was gezet om de overeenkomst te ondertekenen zonder volledig geïnformeerd te zijn over de gevolgen.
De kantonrechter oordeelde dat de arbeidsovereenkomst niet rechtsgeldig was beëindigd. De rechter vond dat eiser niet voldoende was geïnformeerd over zijn rechten en de toepassing van het afspiegelingsbeginsel, wat leidde tot een succesvol beroep op dwaling. De rechter concludeerde dat de werkgever niet had voldaan aan zijn informatieplicht en dat de beëindigingsovereenkomst geen rechtsgevolg had. Eiser werd in het gelijk gesteld en de werkgever werd veroordeeld om eiser weer toe te laten tot zijn werkzaamheden en het loon door te betalen tot de rechtsgeldige beëindiging van de arbeidsovereenkomst.
De uitspraak benadrukt de belangrijke rol van de informatieplicht van de werkgever en de bescherming van werknemers tegen onrechtmatige beëindiging van arbeidsovereenkomsten. De kantonrechter wees ook op de noodzaak van een zorgvuldige afweging van de belangen van beide partijen in het geval van ontslag.
De rechter heeft de werkgever ook veroordeeld in de proceskosten, wat gebruikelijk is in gevallen waarin de werkgever in het ongelijk wordt gesteld. Dit vonnis onderstreept de noodzaak voor werkgevers om transparant en eerlijk te zijn in hun communicatie met werknemers, vooral in situaties van ontslag.