ECLI:NL:RBALM:2007:BC0382
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering Wajong-uitkering en de beoordeling van arbeidsongeschiktheid
In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 13 december 2007 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. M.P. Smit, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV). Eiseres had op 21 december 2005 een aanvraag ingediend voor een uitkering op basis van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong). Het UWV weigerde echter de uitkering met terugwerkende kracht tot 26 maart 2003, omdat eiseres op die datum niet als arbeidsongeschikt werd beschouwd. Eiseres maakte bezwaar tegen deze beslissing, maar het UWV verklaarde het bezwaar ongegrond.
De rechtbank heeft de procedure en de feiten in detail onderzocht, waaronder de medische en arbeidskundige beoordelingen die aan de beslissing van het UWV ten grondslag lagen. De rechtbank oordeelde dat het medisch onderzoek dat door de bezwaarverzekeringsarts was uitgevoerd niet voldeed aan de zorgvuldigheidseisen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank stelde vast dat de bezwaarverzekeringsarts geen lichamelijk onderzoek had verricht, wat noodzakelijk was gezien de klachten van eiseres. Dit gebrek in het onderzoek leidde tot de conclusie dat de beslissing van het UWV niet op goede gronden was genomen.
De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres gegrond, vernietigde het bestreden besluit en droeg het UWV op om een nieuw besluit te nemen met inachtneming van de overwegingen in deze uitspraak. Tevens werd het UWV veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van eiseres, die op € 649,60 werden vastgesteld. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige medische beoordeling in het kader van arbeidsongeschiktheidsbeoordelingen en de noodzaak voor verzekeringsartsen om lichamelijk onderzoek uit te voeren wanneer dat nodig is.