ECLI:NL:RBALM:2007:AZ9854
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Terugvordering van bijstandsuitkering op grond van het Bbz 2004
In deze zaak is in geschil of de gemeente Hengelo, als verweerder, de aan eiseres en haar overleden partner verstrekte bijstandsuitkering op grond van het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 op goede gronden ineens en terstond heeft teruggevorderd. De rechtbank Almelo heeft op 1 maart 2007 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij het beroep van eiseres ongegrond werd verklaard. De achtergrond van de zaak betreft een besluit van verweerder van 28 november 2005, waarin werd medegedeeld dat de uitkering van € 9.874,-- over de periode van 1 januari 2002 tot 1 maart 2003 werd teruggevorderd. Dit besluit was gebaseerd op het feit dat eiseres, ondanks meerdere verzoeken om informatie, verzuimd had om de benodigde jaarcijfers en aangiften inkomstenbelasting over de jaren 2002 en 2003 te verstrekken. Eiseres had een uitkering ontvangen in de vorm van een renteloze geldlening, en de definitieve bijstandsverlening was afhankelijk van de verstrekking van deze gegevens.
De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder de gevraagde gegevens redelijkerwijs nodig had om de verstrekte uitkering definitief vast te stellen. Eiseres had niet aangetoond dat zij de benodigde aangiften had gedaan, en de rechtbank oordeelde dat verweerder terecht had geconcludeerd dat de verstrekte informatie onvoldoende was om de uitkering definitief vast te stellen. De rechtbank heeft ook overwogen dat eiseres niet had voldaan aan haar verplichting om een deugdelijke administratie bij te houden en de benodigde informatie te verstrekken. Hierdoor was de terugvordering van de uitkering gerechtvaardigd. De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard, en er werd geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. Tegen deze uitspraak staat binnen zes weken hoger beroep open bij de Centrale Raad van Beroep te Utrecht.