ECLI:NL:RBALM:2007:AZ6715
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Objectafbakening WOZ-beschikking en niet-ontvankelijkheid beroep
In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 12 januari 2007 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, de eigenaar van een onroerende zaak aan de [straat] 187 te [woonplaats], en de heffingsambtenaar van de gemeente Enschede. De zaak betreft de objectafbakening in het kader van de Wet waardering onroerende zaken (Wet Woz). Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen de WOZ-beschikking van 28 februari 2005, waarin de waarde van haar pand per peildatum 1 januari 2003 op € 160.000,-- is vastgesteld. De rechtbank heeft de zaak behandeld op 13 december 2006, waarbij eiseres in persoon aanwezig was en verweerder vertegenwoordigd werd door mr. D. Prook en J.H. Klavers.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van een foutieve objectafbakening, waarbij verweerder de panden [straat] 185A en [straat] 187 ten onrechte heeft samengevoegd en de panden [straat] 187 en 189 niet heeft samengevoegd. Dit leidde tot de vernietiging van de primaire WOZ-beschikking. De rechtbank overweegt dat de objectafbakening niet in alle gevallen hoeft te resulteren in een vernietiging van de WOZ-beschikking, maar in dit geval was er zowel sprake van een te groot als een te klein afgebakend WOZ-object.
De rechtbank concludeert dat verweerder terecht heeft geoordeeld dat de primaire WOZ-beschikking en de daarop gebaseerde aanslagen moeten worden vernietigd. Eiseres heeft echter geen procesbelang bij een rechterlijk oordeel over de vernietigde beschikking, omdat er nieuwe beschikkingen moeten worden genomen waartegen bezwaar openstaat. De rechtbank verklaart het beroep van eiseres niet-ontvankelijk, en partijen kunnen binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep instellen bij het gerechtshof te Arnhem.