ECLI:NL:RBALK:2007:BB2865
Rechtbank Alkmaar
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de toekenning van een persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden en de afbouw daarvan
In deze zaak gaat het om de beoordeling van de toekenning van een persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden aan eiseres, die door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoorn was toegekend. Bij besluit van 23 april 2007 werd aan eiseres een budget toegekend voor de periode van 12 maart 2007 tot en met 16 september 2007, waarbij het aantal uren hulp stapsgewijs werd afgebouwd van 40 uur per week naar uiteindelijk 2 tot 3,9 uur per week. Eiseres maakte bezwaar tegen deze afbouw, omdat zij van mening was dat haar medische situatie niet correct was beoordeeld en dat zij meer hulp nodig had dan was toegekend.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de afbouw van de voorziening niet in overeenstemming was met het compensatiebeginsel zoals neergelegd in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De rechtbank oordeelde dat de motivering van het bestreden besluit ondeugdelijk was, omdat het college zich had gebaseerd op een medisch advies dat niet zorgvuldig tot stand was gekomen. De rechtbank benadrukte dat de Wmo niet als doelstelling heeft om cliënten te stimuleren om in therapie te gaan, maar dat de focus moet liggen op het bieden van noodzakelijke ondersteuning voor zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie.
De rechtbank heeft het bestreden besluit vernietigd en verweerder opgedragen om een nieuw besluit te nemen, waarbij rekening moet worden gehouden met de uitspraak. Tevens is verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiseres, die zijn vastgesteld op € 644,00. De rechtbank heeft de gemeente Hoorn aangewezen als de rechtspersoon die deze kosten moet vergoeden. Eiseres heeft recht op een nieuw besluit op haar bezwaar, waarbij de noodzaak van de toegekende voorziening opnieuw moet worden beoordeeld.