Conclusie
PROCUREUR-GENERAAL
BIJ DE
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CONCLUSIE
De benadeelde partijen:Benadeelde partijen niet ontvankelijk:
Terug naar onze zaak:
Om deze reden moet uw hof de vorderingen benadeelde partij niet ontvankelijk verklaren omdat zij een te grote belasting voor het strafgeding vormen.”
De benadeelde partij [B] (zaak [A]) heeft stukken overgelegd waaruit blijkt dat de curator in het faillissement [A] BV in verband met eigendomsvoorbehoud goederen heeft terug geven.
De verdediging verzoekt uw hof de zaak aan te houden om eerst duidelijk te krijgen wat met de inbeslaggenomen goederen in de strafzaak is gebeurd. Het openbaar ministerie zou zicht moeten hebben op de inbeslaggenomen goederen en zou in ieder geval zicht moeten krijgen op de vraag of goederen of gelden zijn teruggegeven aan ondernemingen.
De verdediging stelt zich op het standpunt dat, indien gelden dan wel goederen zijn teruggevloeid naar benadeelde partijen, dit in mindering dient te worden gebracht op de vorderingen. In een civiele procedure kan om een dergelijk onderzoek gevraagd worden.
Ook dit is een reden de behandeling van de vorderingen benadeelde als een onevenredige belasting te beschouwen, omdat ook hier de verdediging beknot wordt in haar rechten en weren.”
Onevenredige belastingIn de sleutel van de onevenredige belasting van het strafgeding zijn enkele verweren gevoerd.
(…)