1 Beroepschrift in cassatie, blz. 1: "schending van het recht - in het bijzonder artikel 229b, lid 1, van de Gemeentewet - en/of verzuim van vormen (...), omdat het Hof op grond van de in de uitspraak (...) vermelde gronden (...) heeft beslist als in het dictum in die uitspraak vermeld (...)."
2 Rechtbank Utrecht 3 maart 2009, nrs. SBR 08/458, 08/460 en 08/462, LJN BH8913. In deze zaak oordeelde de Rechtbank dat met dagtekening 6 maart 2006 een (prematuur) bezwaarschrift is ingediend en dat het nadien ingediende bezwaarschrift van 11 mei 2006 moet worden aangemerkt als aanvullend bezwaarschrift.
3 Hof Arnhem 10 mei 2011, nr. 11/00088, niet gepubliceerd.
4 Ook belanghebbende 1 had hoger beroep ingesteld tegen die uitspraak van de Rechtbank. Zij heeft haar hoger beroep echter ter zitting ingetrokken.
5 Rechtbank Utrecht 3 maart 2009, nrs. SBR 08/458, 08/460 en 08/462, LJN BH8913.
6 Hof Arnhem 10 mei 2011, nr. 11/00087, LJN BQ5200, NTFR 2011/1328, met noot Van den Berg.
7 Ook belanghebbende 2 had hoger beroep ingesteld tegen die uitspraak van de Rechtbank. Zij heeft haar hoger beroep echter ter zitting ingetrokken.
8 Rechtbank Utrecht 3 maart 2009, nrs. SBR 08/458, 08/460 en 08/462, LJN BH8913.
9 Hof Arnhem 10 mei 2011, nr. 11/00085, niet gepubliceerd.
10 Zie Rechtbank, r.o. 2.4 tot en met 2.6.
11 Zie Rechtbank, r.o. 2.7.
12 Zie Rechtbank, r.o. 2.8 tot en met 2.14.
13 Zie HR 24 april 2009, nr. 07/12961, LJN BI1968, BB 2009/728, met noot De Bruin, BNB 2009/159, met noot Snoijink, NTFR 2009/1002, met noot Van der Burgen, V-N 2009/21.27 en HR 24 april 2009, nr. 07/12997, niet gepubliceerd.
14 De tekst tussen [...] komt alleen voor in de Hofuitspraak in zaak 11/02792. Die Hofuitspraak kent door die toevoeging vanaf r.o. 4.4 een andere nummering van de r.o.'s; r.o. 4.4 in de Hofuitspraken in de zaken 11/02789 en 11/02791 is r.o. 4.5 in de Hofuitspraak in zaak 11/02792, etc.
15 De tekst tussen {...} komt alleen voor in de Hofuitspraken in de zaken 11/02789 en 11/02791.
16 De verschillen tussen de beroepschriften in cassatie zijn:
A. In de zaken 11/02789 en 11/02791 is in voetnoot 1 de Legesverordening 2005 omschreven; in zaak 11/02792 de Legesverordening 2006.
B. In onderdeel 1.3.1. is in zaak 11/02789 een verwijzing opgenomen naar r.o. 2.4; in de zaken 11/02791 en 11/2792 naar r.o. 2.3.
C. In zaak 11/02789 is een onderdeel 4 "Bewijs van volmacht / mandaat' opgenomen.
17 De verschillen tussen de verweerschriften in cassatie zijn:
A. Onderdeel 2.2.2: in de zaken 11/02789 en 11/02792 staat de datum 13 juni 2006; in zaak 11/02791 staat 3 oktober 2006.
B. Onderdeel 2.2.3: in de zaken 11/02789 en 11/02792 staat de datum 19 september 2006; in zaak 11/02791 staat 21 december 2006.
C. De inhoud van de onderdelen 2.2.4 en 2.2.5 in de verweerschriften in cassatie in de zaken 11/02789 en 11/02792 komen in het verweerschrift in cassatie in zaak 11/02791 niet voor,
D. De onderdelen 2.2.4 en verder in de zaak 11/02791 zijn identiek aan de onderdelen 2.2.6 en verder in de zaken 11/02789 en 11/02792.
18 In zaak 10/02792 r.o. 4.9.
19 De conclusies van repliek in de zaken 11/02789 en 11/02792 zijn gelijk. De conclusie van repliek in zaak 11/02791 wijkt alleen af doordat wordt verwezen naar het anders genummerde (zie onderdeel D van voorgaande voetnoot) verweerschrift in zaak 11/02791.
20 Artikel 229, lid 1, onder a en b, van de Gemeentewet bepaalt:
"Rechten kunnen worden geheven ter zake van:
a. het gebruik overeenkomstig de bestemming van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen of van voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of onderhoud zijn;
b. het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;"
(noot toegevoegd, RIJ)
21 Kamerstukken II 1988/89, 20 565 (Wijziging op het stuk der belastingen (limitering onroerend-goedbelastingen, leges en rechten), nr. 6 (Nota van Wijziging).
22 Kamerstukken II 1988/89, 20 565, nr. 5 (Memorie van Antwoord), blz. 22.
23 Kamerstukken II 1988/89, 20 565, nr. 5, blz. 15.
24 Kamerstukken II 1988/89, 20 565, nr. 5, blz. 19.
25 Kamerstukken II 1988/89, 20 565, nr. 5, blz. 9.
26 HR 10 april 2009, nr. 43.747, na conclusie Niessen, LJN BC3691, BNB 2009/194, met noot Van Leijenhorst, BB 2009/664, met noot Monsma, FED 2009/44, met aantekening Snoijink, NTFR 2009/1191, met noot Groenewegen, V-N 2009/18.37.
27 HR 29 mei 2009, nr. 42 392, LJN BI5103, BNB 2009/210, met noot Van Leijenhorst, BB 2009/847, met noot De Bruin, FED 2009/73, met aantekening Snoijink, NTFR 2009/1570, met noot Visser, V-N 2009/26.19.
28 Zie onderdeel 4.4, onder a, van deze conclusie.
29 HR 24 april 2009, nr. 07/12961, LJN BI1968, BB 2009/728, met noot De Bruin, BNB 2009/159, met noot Snoijink, NTFR 2009/1002, met noot Van der Burg, V-N 2009/21.27 en HR 24 april 2009, nr. 07/12997, niet gepubliceerd.
30 Geciteerd zonder noten.
31 HR 16 april 2010, nr. 08/02001, LJN BM1236, BB 2010/670, met noot De Bruin, BNB 2010/226, met noot Snoijink, NTFR 2010/1030, met noot Groenewegen, V-N 2010/19.26.
32 Inmiddels heeft na verwijzing het gerechtshof te Arnhem uitspraak gedaan. De daartegen gerichte, tweede, cassatieprocedure is aanhangig onder zaaknummer 11/02632.
33 Artikel 229, lid 1, onder b, Gemeentewet. In de onderhavige zaken is de dienst ter zake waarvan rechten worden geheven: het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bouwvergunning.
34 Artikel 229b, lid 1, Gemeentewet.
35 Zie 4.3.
36 Zie 4.6.
37 Zie 4.6.
38 Zie 4.6.
39 In mijn conclusie van 9 november 2011, nr. 10/03650, staat in onderdeel 5.7 dat ik bij het begrip 'in betekenende mate' zou denken in de richting van 'meer dan 10%'. Bovendien dient mijns inziens de overschrijding ook in absolute zin betekenend te zijn.
40 HR BNB 2009/159, r.o. 3.2.5.
41 HR 1 oktober 2004, nr. 38 967, LJN AR3099, BNB 2005/151, met noot Aardema, NTFR 2004/1471, met noot Zandee-Dingemanse, V-N 2004/52.5.
42 HR 3 februari 2006, nr. 41 329, LJN AV0821, AB 2006/117, met noot RW, BNB 2006/204, met noot IJzerman, FED 2006/60, met aantekening Klein Sprokkelhorst, NTFR 2006/213, met noot Van de Merwe, V-N 2006/9.7.
43 HR 10 april 2009, nr. 42 681, LJN BI0562, BNB 2009/167, met noot Koopman, NTFR 2009/844, met noot Van de Merwe, V-N 2009/8.14.
44 Zie 5.7.
45 In zaak 10/02792 r.o. 4.5.
46 Zie Hof, r.o. 4.5. In zaak 10/02792, r.o. 4.6.
47 Zie 6.2 hierboven.
48 In zaak 10/02792 r.o. 4.6.
49 In de verweerschriften van belanghebbenden bij het Hof, onder meer in onderdeel 4.4, is gesteld 'dat de gemeente op controleerbare wijze inzicht had moeten geven in de aan de leges toegerekende kosten'. Hofuitspraak r.o. 4.5: 'Reeds in bezwaar en beroep voor de Rechtbank heeft belanghebbende om de gegevens verzocht'.
50 Zie 5.7.