Uitspraak
zitting houdende in Aruba
gemachtigde C.J.B. Oldenhof,
Raad van Beroep voor Belastingzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak heeft de Raad van Beroep voor Belastingzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 11 februari 2015 uitspraak gedaan over de belastingaanslagen van belanghebbende J.M. van Schaijk voor de jaren 2003, 2004 en 2005. De zaak betreft de vraag of de managementvergoedingen die door [N.V. 1] aan JVS N.V. zijn betaald, in feite moeten worden aangemerkt als persoonlijke arbeidsvergoedingen aan belanghebbende. Belanghebbende heeft in bezwaar en beroep gesteld dat de inspecteur ten onrechte is afgeweken van de ingediende aangiften en dat hij zich kan beroepen op een eerder afgegeven ruling. De inspecteur heeft de aanslagen gehandhaafd, maar de Raad oordeelt dat belanghebbende terecht vertrouwt op de ruling en dat de inspecteur deze niet zonder intrekking kan negeren. De Raad heeft ook geoordeeld dat de rentevergoeding op de rekening-courantschuld van belanghebbende aan JVS aftrekbaar is. Uiteindelijk heeft de Raad de aanslagen vernietigd, omdat de belastbare inkomens van belanghebbende voor de betreffende jaren negatief zijn.