Uitspraak
RAAD VAN BEROEP
[appellante],
de Minister van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport,
Procesverloop
Beslissing
bevestigtde aangevallen uitspraak.
Raad van Beroep in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de Minister van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport tegen een uitspraak van het Gerecht in Ambtenarenzaken van Curaçao. De zaak betreft een toezegging van de waarnemend Directeur van de Dienst Onderwijs aan appellante over haar benoeming tot schooldirecteur van de VSBO-school Juan Pablo Duarte. Appellante stelt dat zij op basis van deze toezegging rechtens te respecteren vertrouwen had dat de toezegging zou worden gehonoreerd door het bevoegd gezag, de geïntimeerde. Het Gerecht heeft echter geoordeeld dat appellante niet het rechtens te respecteren vertrouwen kon ontlenen aan de toezegging, omdat er geen medewerking van het bevoegd gezag was voor het benodigde Landsbesluit.
De Raad voor de Rechtspraak heeft vastgesteld dat appellante tijdig een pro forma beroepschrift heeft ingediend en dat er geen grond is voor niet-ontvankelijkheid van het hoger beroep. Tijdens de zitting op 28 februari 2019, waar de Raad in een gewijzigde samenstelling heeft geoordeeld, is appellante bijgestaan door haar gemachtigde en was de geïntimeerde vertegenwoordigd door zijn gemachtigde en twee medewerkers van het ministerie. De Raad heeft geconcludeerd dat appellante geen feiten heeft gesteld die zouden kunnen leiden tot de conclusie dat de geïntimeerde gehouden was om medewerking te verlenen aan de benoeming. De eerdere wervingsprocedure heeft niet geleid tot een voordracht aan de geïntimeerde, waardoor deze niet tot een eigen beoordeling kon komen. De Raad heeft de aangevallen uitspraak bevestigd en geoordeeld dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling.