In deze zaak gaat het om een ambtenaar die bezwaar heeft gemaakt tegen het inschalingsbesluit dat is opgenomen in zijn aanstellingsbesluit. De appellant, werkzaam als Hoofd Afdeling Preventie bij de dienst Brandweer, heeft in 2003 bezwaar gemaakt tegen de functiewaardering die door de regering van Curaçao was vastgesteld. Het bezwaar werd in eerste instantie niet-ontvankelijk verklaard door de regering, waarna de appellant in hoger beroep ging. Het Gerecht in ambtenarenzaken verklaarde het bezwaarschrift opnieuw niet-ontvankelijk, wat leidde tot het hoger beroep bij de Raad van Beroep in Ambtenarenzaken.
De Raad heeft de zaak behandeld en geconcludeerd dat het Gerecht ten onrechte het bezwaar niet-ontvankelijk heeft verklaard. De Raad oordeelde dat de functiewaardering, hoewel deze als een besluit van algemene strekking kan worden beschouwd, niet uitsluit dat een ambtenaar bezwaar kan maken tegen het inschalingsbesluit. De Raad benadrukte dat bij de beoordeling van het inschalingsbesluit moet worden gekeken of het bevoegd gezag op goede gronden tot de vaststelling van het waarderingsresultaat is gekomen.
De Raad heeft de uitspraak van het Gerecht vernietigd en de zaak terugverwezen naar het Gerecht voor verdere behandeling. Tevens is er een schadevergoeding toegekend aan de appellant voor de gemaakte kosten in de procedure. De Raad heeft de schadevergoeding vastgesteld op Naf 2800,=, gebaseerd op de proceskostenregeling.