Uitspraak
1.De zaak in het kort
2.Het verloop van de procedure
3.De beoordeling
Athunto mi ta manda e bestelbon pa e enkargo pa e proyekto [het projecct]. Ministerio di Finansas a aproba e fondonan pa e proyekto. Sr. [ambtenaar A] lo manda un opdrachtbrief ainda pa sra. E bestelbon aki ta e base pa kobra via resibu. (...)"
Dat het op grond van het onderstaande het van belang is om af te wijken van de aanbestedingsprocedures, zoals neergelegd in artikel 10, vijfde lid Financieel Beheer (P.B. 2015, 79)
1. Opdrachten tot het uitvoeren van werken of tot het doen van leveringen of dienstverrichtingen ten behoeve van het Land worden verstrekt door de budgethouder.
op grond van een verklaring of gedraging” van [ambtenaar A] en/of [ambtenaar B] heeft aangenomen en in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs mocht aannemen dat een toereikende volmacht was verleend (artikel 3:61 lid 2 BW).
verklaring of gedraging” van hen, als hiervoor bedoeld, is dan ook geen sprake. De overige door [appellante] genoemde omstandigheden betreffen geen verklaringen of gedragingen van [ambtenaar A] en/of [ambtenaar B]. In deze zaak kan evenmin worden gezegd dat [appellante] gerechtvaardigd heeft vertrouwd op grond van feiten en omstandigheden die voor risico van [ambtenaar A] en/of [ambtenaar B] komen en waaruit naar verkeersopvattingen zodanige schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid kan worden afgeleid (recentelijk ECLI:NL:HR:2022:1456, rov. 3.2).