ECLI:NL:OGHACMB:2024:102
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Huur waterkavels executiegeschil en onrechtmatig gebruik
In deze zaak heeft de stichting Stichting Johannes Bosco (SJB) een geschil met een geïntimeerde over het gebruik van waterkavels aan het Spaanse Water. SJB is eigenaar van grond aan het Spaanse Water, terwijl de geïntimeerde twee aangrenzende waterkavels van het Land heeft gehuurd. In 2013 heeft het Gerecht een vonnis gewezen dat de geïntimeerde verplichtte om bepaalde handelingen te verrichten, wat in 2015 door het Hof werd bevestigd. De huidige procedure betreft een executiegeschil over de uitvoering van deze vonnissen, maar ontwikkelt zich tot een inhoudelijk debat over de aanhoudende geschillen tussen partijen. Het Gerecht heeft alle vorderingen van SJB afgewezen, zowel in conventie als in reconventie. In hoger beroep heeft SJB haar vorderingen gewijzigd en het Hof moet nu het principale hoger beroep van SJB en het incidentele hoger beroep van de geïntimeerde beoordelen.
SJB vordert onder andere een verklaring voor recht dat de geïntimeerde verbeurde dwangsommen aan SJB verschuldigd is, en dat de geïntimeerde verboden wordt om de steigers op de waterkavels aan derden ter beschikking te stellen. De geïntimeerde voert aan dat de situatie is gelegaliseerd door nieuwe huurovereenkomsten met het Land en dat de dwangsommen zijn verjaard. Het Hof oordeelt dat de vorderingen van SJB deels toewijsbaar zijn, met uitzondering van de vordering tot betaling van verbeurde dwangsommen, die is verjaard. Het Hof vernietigt het vonnis van het Gerecht en wijst de vorderingen van SJB toe voor zover deze betrekking hebben op de onrechtmatige hinder die de geïntimeerde veroorzaakt. De geïntimeerde wordt veroordeeld tot betaling van dwangsommen voor het niet naleven van de opgelegde bevelen.