Uitspraak
Procesverloop
Overwegingen
Inleiding
f1.530,50 bruto per maand verdient.
Aangevallen uitspraak
Hoger beroep
Voor de toepassing van deze bepaling hanteert de minister het beleid zoals opgenomen in de richtlijnen van de minister met betrekking tot de toepassing van de Ltu en het Toelatingsbesluit van mei 2012 (hierna: de richtlijnen). In paragraaf 3.7 is onder meer bepaald dat, om voor toelating in aanmerking te komen, vreemdelingen
zelfstandigen
duurzaammoeten beschikken over voldoende middelen van bestaan. Welk normbedrag moet worden aangetoond is vastgelegd in paragraaf 3.7.1, en n hoe inkomsten kunnen worden aangetoond staat in paragraaf 3.7.2. Verder is in paragraaf 3.7.3 onder meer het volgende bepaald:
"Duurzaamheid
Middelen van bestaan worden als duurzaam beschouwd wanneer deze voor de periode van (de verlenging van) het verblijf beschikbaar zijn. De duurzaamheid dient aangetoond te worden:
-bij werknemers, door het overleggen van een werkgeversverklaring;
-bij zelfstandigen, door het overleggen van een verklaring van de Inspectie der belastingen omtrent het belastbaar inkomen, dan wel een verklaring van een financiële instelling, ten bewijze van een substantieel houderschap van investeringen en/of geldmiddelen.
[…]
Zelfstandigen/directeurschapBij zelfstandige ondernemers dient een bewijs afkomstig van de Inspectie der belastingen overgelegd te worden om aan te tonen welk jaarinkomen de aanvrager van vreemde of Nederlandse nationaliteit heeft opgegeven bij de belastingdienst alsmede zijn/haar cribnummer.
Bij een vreemdeling in het bezit van een directievergunning, dient bij eerste toelating de directievergunning als bewijs van voldoende financiële middelen overgelegd te worden. Bij verlenging dient wederom een bewijs van de Inspectie der belastingen overgelegd te worden alsmede een persoonlijk cribnummer."
zelfstandigen
duurzaambeschikt over voldoende middelen van bestaan. Welk bedrag aan middelen voldoende is, is zoals hierboven al vermeld, vastgelegd in paragraaf 3.7.1, en welke middelen in aanmerking kunnen worden genomen in paragraaf 3.7.2. Paragraaf 3.7.3 gaat slechts over de wijze waarop de duurzaamheid van de beschikbare financiële middelen kan worden aangetoond. Dat [appellante], zoals zij stelt, heeft voldaan aan de in paragraaf 3.7.3 gestelde vereisten door de daar genoemde stukken over te leggen wil dus nog niet zeggen dat zij aan de overige in paragraaf 3.7.1 en 3.7.2 gestelde vereisten voldoet.
f24.092,- volgt. De inhoud hiervan berust alleen op door [appellante] zelf verstrekte inkomensgegevens en is niet nader onderbouwd. Daarmee kan niet objectief en verifieerbaar worden aangetoond dat aan het middelenvereiste is voldaan (zie de uitspraak van het Hof van 23 november 2022, ECLI:NL:OGHACMB:2022:130). De overgelegde salarisstroken waarop een salaris van NA
f2.000,- is vermeld, zijn ook niet genoeg omdat geen stukken zijn overgelegd waaruit blijkt dat dit bedrag daadwerkelijk aan [appellante] is uitbetaald. Dat geldt eveneens voor de maandelijkse belastingaangiftes van Venus Beauty Salon & Spa B.V. Uit die aangiftes volgt alleen een inkomen van de B.V. en niet van [appellante] zelf. Aldus is niet aangetoond dat zij aan het middelenvereiste voldoet. Het Gerecht is terecht tot dezelfde conclusie gekomen. De in hoger beroep overgelegde salarisstroken en daarmee corresponderende bankafschriften bieden geen grond voor een ander oordeel omdat deze stukken betrekking zouden hebben op inkomsten over het jaar 2023 en daarom niet kunnen worden betrokken bij de toetsing van de beschikking op bezwaar van 19 augustus 2021. Het betoog slaagt niet.