Uitspraak
Zaaknummer: H 36/18
Beslissing
[VEROORDEELDE],
BESLISSING
203.000 (zegge: tweehonderdendrieduizend gulden);
142.100 (zegge: honderdtweeënveertigduizend honderd gulden);
18 maanden.
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 18 juli 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een ontnemingsbeslissing van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba. De zaak betreft de ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel van een veroordeelde, die eerder was veroordeeld voor deelname aan een criminele organisatie en andere strafbare feiten. Het Hof heeft vastgesteld dat de veroordeelde een bedrag van Afl. 203.000,- aan wederrechtelijk verkregen voordeel heeft behaald, maar heeft ook geconstateerd dat er sprake is van een forse overschrijding van de redelijke termijn in zowel de eerste als de tweede aanleg. Hierdoor heeft het Hof besloten om het ontnemingsbedrag met 30% te verminderen, wat resulteert in een te betalen bedrag van Afl. 142.100,-. De beslissing is genomen op basis van artikel 38 e van het Wetboek van Strafrecht (oud) en artikel 1:77, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht van Aruba. Het Hof heeft de verplichting opgelegd tot betaling aan het Land Aruba ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis bij gebreke van betaling.