ECLI:NL:OGHACMB:2021:396
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- E.A. Saleh
- J.Th. Drop
- T.G.M. Simons
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen de beëindiging van ongevallengeld en de beoordeling van arbeidsongeschiktheid na bedrijfsongevallen
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellant] tegen de uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, waarin zijn beroep tegen de besluiten van de Sociale Verzekeringsbank Curaçao (SVB) ongegrond werd verklaard. De SVB had eerder de tegemoetkoming in de vorm van ziekengeld en ongevallengeld beëindigd. De appellant, die in 1997 en 2014 bedrijfsongevallen had gehad, betwistte de vaststelling van zijn arbeidsongeschiktheid en de beëindiging van zijn uitkeringen. Het Hof oordeelde dat het Gerecht de afwijzing van de SVB niet op de juiste wijze had getoetst, maar dat de SVB zich terecht op het standpunt had gesteld dat de beroepsgronden van de appellant geen aanleiding gaven om terug te komen van de beëindiging van het ongevallengeld. De appellant had niet met medische stukken onderbouwd dat de medische beoordeling onjuist was. Het Hof bevestigde de uitspraak van het Gerecht, met verbetering van de gronden, en oordeelde dat de SVB geen proceskosten hoefde te vergoeden. De uitspraak betekent dat de appellant zich moet neerleggen bij de besluitvorming van de SVB over het ongevallengeld.