In deze zaak heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 11 augustus 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de naheffing van premies voor ziekte- en ongevallenverzekering door het Uitvoeringsorgaan Sociale en Ziektekostenverzekeringen (USZV) aan Trimerit N.V. De zaak betreft de verantwoordelijkheden van werkgevers bij het berekenen en afdragen van premies op basis van het verwachte dagloon. Trimerit N.V. had eerder bezwaar gemaakt tegen de naheffingsaanslagen die door USZV waren opgelegd, maar deze bezwaren werden door het Gerecht in eerste aanleg ongegrond verklaard. Trimerit N.V. ging in hoger beroep tegen deze uitspraak.
Tijdens de zittingen, die plaatsvonden in Curaçao, werd Trimerit N.V. vertegenwoordigd door mr. G.J. Bergman, terwijl USZV werd vertegenwoordigd door mr. D.C. Daal en later mr. M.M. Hofman-Ruigrok. Het Hof heeft de argumenten van Trimerit N.V. beoordeeld, waaronder de stelling dat USZV ten onrechte het premieloon had vastgesteld en dat het rapport van USZV ondeugdelijk was. Het Hof concludeerde dat de werkgever verantwoordelijk is voor het berekenen van de premies en dat USZV enkel controleert of de opgave van de werkgever juist is.
Het Hof bevestigde dat de naheffingsaanslagen terecht waren opgelegd en dat de door Trimerit N.V. aangevoerde gronden niet opgingen. De uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg werd bevestigd, en het hoger beroep van Trimerit N.V. werd ongegrond verklaard. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van werkgevers in het kader van de sociale verzekeringen en de rol van USZV in het toezicht op de premieafdracht.