ECLI:NL:OGHACMB:2018:70
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van eerdere vonnissen in hoger beroep met betrekking tot burgerlijke rechtszaak
In deze zaak, die voor het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba werd behandeld, is [appellant] in hoger beroep gekomen tegen eerdere vonnissen van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba. De procedure begon met een akte van appel op 21 oktober 2015, waarbij [appellant] zes grieven tegen het vonnis van 9 september 2015 aanvoerde. De conclusie van [appellant] was dat het Hof het eerdere vonnis zou vernietigen en zijn vorderingen zou toewijzen, met veroordeling van [geïntimeerde] in de proceskosten.
[geïntimeerde] heeft de grieven bestreden en verzocht om bevestiging van het bestreden vonnis. Gedurende de procedure heeft [appellant] zijn advocaat, mr. M.B. Boyce, vervangen door zelf procederen. Op verschillende momenten in de procedure zijn er akten ingediend en zijn er vonnissen uitgesproken, waaronder een verwijzing naar de rol voor aktewisseling en een doorhaling van de zaak wegens het ontbreken van akten.
Uiteindelijk heeft het Hof op 20 februari 2018 geoordeeld dat de stellingen van [appellant] in hoger beroep onvoldoende gemotiveerd waren en heeft het de eerdere vonnissen bevestigd. [appellant] werd veroordeeld in de kosten van het hoger beroep, die aan de zijde van [geïntimeerde] zijn begroot op Afl. 211,90 aan verschotten en NAf 10.500,00 aan salaris voor de gemachtigde. Dit vonnis werd uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier.