ECLI:NL:OGHACMB:2017:157

Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
17 oktober 2017
Publicatiedatum
19 februari 2018
Zaaknummer
Ghis 82013/17 – EJ 2572 en 2780/16 – H 163/17
Instantie
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van faillietverklaring van Tiara Air N.V. door curator in hoger beroep

In deze zaak heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 17 oktober 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep over de faillietverklaring van de naamloze vennootschap Tiara Air N.V. De curator, Mr. E.H.J. Martis q.q., had hoger beroep ingesteld tegen de beslissing van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba (GEA) die het verzet van de curator tegen de faillietverklaring had afgewezen. De curator stelde dat de faillietverklaring de kans op een aanzienlijke bate van ongeveer US$ 20 miljoen uit Venezuela zou verkleinen, wat de belangen van de schuldeisers zou schaden.

Tijdens de mondelinge behandeling op 19 september 2017 waren verschillende partijen aanwezig, waaronder de curator, de bestuurder van Tiara Air en vertegenwoordigers van crediteuren. De curator betoogde dat de faillietverklaring een negatieve impact heeft op de bereidwilligheid van financiers en de Venezolaanse autoriteiten om de benodigde vergunningen te verlenen voor het omwisselen van valuta. Het Hof oordeelde dat de curator als belanghebbende moest worden aangemerkt en dat het hoger beroep gegrond was.

Het Hof vernietigde de beslissing van het GEA en de faillietverklaring van 28 november 2016, en wees de verzoeken tot faillietverklaring af. Dit vonnis biedt de curator de mogelijkheid om de kansen op het verkrijgen van de verwachte baten uit Venezuela te maximaliseren, wat in het belang is van de schuldeisers en de werknemers van Tiara Air.

Uitspraak

BURGERLIJKE ZAKEN 2017 VONNIS NO.
Registratienrs.: Ghis 82013/17 – EJ 2572 en 2780/16 – H 163/17
Uitspraak: 17 oktober 2017
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE VAN
ARUBA, CURAÇAO, SINT MAARTEN EN VAN
BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA
Vonnis in de zaak van:
Mr. E.H.J. Martis q.q.,
hierna te noemen: de curator,
curator in het faillissement van de naamloze vennootschap TIARA AIR N.V.,
gevestigd in Aruba,
hierna te noemen: Tiara Air,
de curator oorspronkelijk zijnde opposant in het verzet tegen de faillietverklaring van Tiara Air,
de curator thans zijnde appellant,
procederend in persoon.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
Voor hetgeen in eerste aanleg is gesteld en verzocht, voor de procesgang aldaar en voor de overwegingen en beslissingen van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba (hierna: GEA) wordt verwezen naar de beslissing op het verzet, bedoeld in artikel 8 Faillissementsverordening (Fv), van 29 december 2016 met zaaknummer EJ 2998 van 2016. De inhoud van die beslissing geldt als hier ingevoegd.
1.2.
De curator heeft in een beroepschrift, ter griffie ingekomen op 6 januari 2017, hoger beroep ingesteld tegen voornoemde beslissing. Hierin heeft hij het beroep toegelicht en geconcludeerd dat het Hof de bestreden beslissing zal vernietigen en, opnieuw rechtdoende, zijn vordering zal toewijzen, kosten rechtens.
1.3.
Op 19 september 2017 heeft een mondelinge behandeling plaatsgevonden. Verschenen zijn de curator, [naam], bestuurder van Tiara Air, mr. S.O.R.’G. Faarup namens vijf werknemers op wier verzoek het faillissement is uitgesproken, vergezeld van twee werknemers, te weten [werknemer 1] en [werknemer 2], alsmede mrs. A.I.N. Fräser en E.A. Kuster namens twee crediteuren, te weten General Air Services N.V. en Aruba Tourism Authority.
1.4.
Vonnis is bepaald op heden.

2.De gronden van het hoger beroep

Voor de gronden van het hoger beroep wordt verwezen naar het beroepschrift.

3.Ontvankelijkheid

3.1.
Het hoger beroep is tijdig binnen de in artikel 9 lid 1 aanhef Fv genoemde acht dagen ingesteld.
3.2.
De in hoger beroep door de curator bestreden beslissing van het GEA is gegeven op verzet van de curator. Het GEA heeft, onder verwijzing naar HR 18 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3636, NJ 2016/172, de curator aangemerkt als ‘belanghebbende’, bedoeld in artikel 8 lid 1 Fv. Het GEA heeft het verzet afgewezen en de curator is als ‘belanghebbende, wiens in artikel 8 bedoeld verzet is afgewezen’, bedoeld in artikel 9 aanhef en ten 3º Fv, in hoger beroep gekomen.
3.3.
Het Hof ziet onvoldoende aanleiding ambtshalve de curator niet als belanghebbende aan te merken. Ingevolge de stellingen van de curator gaat het hier om een heel bijzonder geval, waarin de kans dat in de toekomst ca. US$ 20 miljoen uit Venezuela als bate in de boedel zal vloeien verkleind wordt door een faillietverklaring. De curator heeft ter zitting van het Hof een advies van een Venezolaanse advocaat, Felix Alvarez Sierralta, overgelegd waarin wordt verklaard dat liquidatie ‘pondría en grave peligro la posibilidad de cobrar esas deudas en un futuro.’
3.4.
De curator, die in de korte verzettermijn van acht dagen van artikel 8 lid 1 Fv geconfronteerd wordt met de bijzondere situatie dat door de faillietverklaring de kans op een aanmerkelijke bate wordt verkleind, is, gelet op zijn taak, hierbij zo nauw betrokken, dat daarin een belang is gelegen om in zijn hoedanigheid (q.q.) in de procedure te verschijnen, het entameren daarvan daaronder begrepen.

4.Beoordeling

4.1.
Het hoger beroep slaagt. Tiara Air heeft aanspraak op een bate van ca. US$ 20 miljoen uit Venezuela wegens verkochte vliegtickets. Door de politieke en financiële situatie in Venezuela is de kans dat deze bate kan worden gerealiseerd niet groot, maar kennelijk ziet de curator de kans niet als te verwaarlozen. Bovendien valt er heel veel mee te winnen. De bestuurder [naam] heeft overigens ter zitting van het Hof verklaard dat door het nalaten van bepaalde handelingen door Tiara Air die door andere luchtvaartmaatschappijen wel zijn verricht, de kans voor Tiara Air relatief iets groter is dan die voor de andere luchtvaartmaatschappijen.
4.2.
Nodig is dat de Venezolaanse autoriteiten aan Tiara vergunning geven Bolivares te mogen omwisselen in US dollars en deze gelden te repatriëren. Tiara heeft thans geen Bolivares op haar Venezolaanse rekening, maar de curator is bezig derden/belanghebbenden/schuldeisers zover te krijgen gelden ter beschikking te stellen om Bolivares te kopen (tegen de inmiddels flink gedevalueerde waarde). Aldus de curator (beroepschrift, onder 8-9). De schriftelijke toelichting van de curator in eerste aanleg, van 22 december 2016, onder 11, vermeldt dat de curator General Air Services N.V. zover gekregen heeft gelden aan Tiara Air ter beschikking te stellen. Voorwaarde is wel dat het faillissement van de baan is.
4.3.
Het Hof begrijpt het standpunt van de curator aldus dat een faillissement een nadelige werking heeft op zowel de bereidwilligheid van financiers (zie rov. 4.2) als die van de Venezolaanse autoriteiten (zie rov. 3.3).
4.4.
De ter zitting van het Hof verschenen crediteuren steunen de curator.
4.5.
Indien de ca. US$ 20 miljoen gerealiseerd wordt, kunnen alle schulden, ook die van de werknemers worden voldaan. Thans zijn de beschikbare baten zeer beperkt, afgezet tegen de schulden. Ter zitting heeft de curator een ‘STAAT ACTIVA/BATEN EN PASSIVA TIARA AIR N.V. PER 19 SEPTEMBER 2017’ overgelegd.
4.6.
De werknemers verzetten zich tegen vernietiging van de faillietverklaring. Zij zijn ontevreden over het gebrek aan openheid, maar de drie openbare verslagen van de bewindvoerder hebben zij niet gelezen. Zij menen dat de bestuurder gelden heeft onttrokken aan Tiara Air, maar volgens de curator is het omgekeerde het geval. De werknemers hebben niet weersproken dat zij geen uitkering zullen ontvangen uit het faillissement.
4.7.
Al met al hebben de werknemers geen in rechte te respecteren belang om zich tegen de vernietiging van de faillietverklaring te verzetten. Zij zijn kennelijk de enigen die een faillissement voorstaan, terwijl het uitblijven van het faillissement in het belang lijkt te zijn van de boedel, aangezien de curator, de crediteuren, met uitzondering van een aantal werknemers, en het bestuur van Tiara Air nog brood zien in pogingen US dollar-deviezen in Venezuela los te krijgen.
4.8.
Uit het voorgaande volgt dat het verzet gegrond is. De beslissing op het verzet zal worden vernietigd evenals de faillietverklaring.

5.Beslissing

Het Hof:
- vernietigt de bestreden beslissing op verzet;
- vernietigt de faillietverklaring van het GEA van 28 november 2016, en opnieuw rechtdoende:
- wijst af de verzoeken tot faillietverklaring.
Dit vonnis is gewezen door mrs. J. de Boer, E.A. Saleh en C.W.M. Giesen, leden van het Hof, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 17 oktober 2017 in Aruba, in tegenwoordigheid van de griffier.