In deze zaak heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 17 februari 2015 uitspraak gedaan in een geschil tussen de publiekelijke rechtspersoon Algemeen Pensioenfonds Curaçao (APC) en de stichting Klinika Capriles. APC, eiseres in eerste aanleg en thans appellante, vorderde betaling van een bedrag van NAf 2.436.944,99, vermeerderd met wettelijke rente, van Klinika Capriles, gedaagde in eerste aanleg en thans geïntimeerde. De zaak betreft de VUT-uitkeringen die door Klinika Capriles aan een aantal personen verschuldigd zijn, die recht hebben op deze uitkeringen na bekomen ontslag.
Het Hof heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat APC haar eis heeft vermeerderd tot het genoemde bedrag en dat Klinika Capriles zich daartegen verzet. Het Hof oordeelde dat er geen strijdigheid met de eisen van een goede procesorde is en dat de wijziging van de eis praktisch is. Het Hof heeft verder geoordeeld dat Klinika Capriles niet de bevoegdheid heeft om te beoordelen of iemand recht heeft op een VUT-uitkering, aangezien deze uitkeringen worden toegekend bij landsbesluit.
Uiteindelijk heeft het Hof het bestreden vonnis vernietigd en de vordering van APC toegewezen. Klinika Capriles werd veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente, en tot het blijven betalen van de VUT-verplichtingen aan APC zolang er VUT-gerechtigden zijn. Tevens werd Klinika Capriles veroordeeld in de kosten van de procedure, zowel in eerste aanleg als in hoger beroep. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.