Tot de gedingstukken behoort een notariële akte van 11 september 2020 met als betrokken partijen (‘appearers’) enerzijds belanghebbenden en anderzijds, namens het Land Sint Maarten, de Minister van Huisvesting, Ruimtelijke Ordening, Omgeving en Infrastructuur (hierna: de Minister). In de akte staat allereerst dat de Minister, onder verhoging van de jaarlijkse erfpachtcanon tot NAf 18.528, met terugwerkende kracht medewerking verleent aan bestemmingswijziging van het bestaande erfpachtrecht van woonhuis naar “residentiele doeleinden met meer dan drie woonunits”. In de akte staan verder, met verwijzing naar een Besluit (‘Decree’) van de Minister van 17 augustus 2020, onder meer de volgende passages:
‘II. Termination of the existing leasehold
The appearers (…) further declared that in the Decree has been stated that the Minister has inter alia resolved as follows, which resolution reads in the Dutch language as follows:
“in te stemmen met de beëindiging van het erfpachtrecht van de erfgenamen van de heer [K] op de oppervlakte grond, (…) ter grootte van 3.680 m2 (…)”
(…)
The appearers (…) further declared to herewith terminate the herein above described existing long lease right (…)’
(…)
III. Issuance and Acceptance in Long Lease
The appearers (…) further declared that in the Decree has been stated that the Minister has inter alia resolved as follows, which resolution reads in the Dutch language as follows:
“In te stemmen met de uitgifte in erfpacht van het perceel (…), groot 3.680 m2 aan mej. [L], mej. [M], mej. [N] (…)”
(…)
And therefore in further execution of the Decree and said agreement, the appearer sub 1
(Gerecht: de Minister)(…) declared to herewith grant in long lease to Leaseholder, for whom the appearer sub 2
(Gerecht: belanghebbenden)herewith declared to accept in long lease: a parcel land, situated at Fort Hill (…) (3.860 m2) (…)’