ECLI:NL:OGEAM:2022:5

Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten

Datum uitspraak
28 januari 2022
Publicatiedatum
1 februari 2022
Zaaknummer
SXM202200031
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onrechtmatige staking door verkeersleiders van de luchthaven van Sint Maarten en de gevolgen voor collectieve acties

In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten op 28 januari 2022 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de Princess Juliana International Airport Exploitatiemaatschappij N.V. (de Airport) en de Windward Islands Civil Servants Union / Private Sector Union (WICSU/PSU) (de Vakbond). De Airport vorderde een verbod op een staking die door de Vakbond was georganiseerd door luchtverkeersleiders, die als onrechtmatig werd aangemerkt. De achtergrond van de zaak ligt in een geschil over arbeidsvoorwaarden en een voorgestelde loonsverhoging die door de Airport was afgewezen, met als gevolg dat de Vakbond een vergadering had belegd die resulteerde in een staking. Het Gerecht oordeelde dat de staking onrechtmatig was, omdat deze onvoldoende tijdig was aangekondigd en ernstige gevolgen had voor het vliegverkeer. De rechter verbood de Vakbond om zonder schriftelijke aankondiging collectieve acties te ondernemen die negatieve gevolgen voor het vliegverkeer kunnen hebben. Tevens werd een dwangsom opgelegd voor het geval de Vakbond in strijd met dit verbod zou handelen. De uitspraak benadrukt het belang van een goede communicatie tussen werkgevers en vakbonden en de noodzaak om de belangen van alle betrokken partijen in overweging te nemen.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN SINT MAARTEN

Zaaknummer: SXM202200031
Vonnis in kort geding d.d. 28 januari 2022
inzake
de naamloze vennootschap
PRINCESS JULIANA INTERNATIONAL AIRPORT EXPLOITATIEMAATSCHAPPIJ N.V.,
gevestigd in Sint Maarten,
eiseres,
hierna: de Airport,
gemachtigde: mr. M.O. KORTENOEVER, mr. C.M.P. VAN HEES,
tegen
de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid
WINDWARD ISLANDS CIVIL SERVANTS UNION / PRIVATE SECTOR UNION (WICSU/PSU),
gevestigd in Sint Maarten,
gedaagde,
hierna: de Vakbond,
gemachtigde: mr. R. KOCK.

1.Verloop van de procedure

1.1.
Het Gerecht heeft kennisgenomen van de volgende processtukken:
verzoekschrift met producties, ontvangen op zaterdag 15 januari 2022 per e-mail aan de rechter,
het proces-verbaal van 15 januari 2022 van het Gerecht houdende een beslissing op de door de Airport gevraagde spoedvoorziening,
aanvullende producties van de Airport (brief van 20 januari 2022),
pleitnota namens de Airport,
pleitnota namens de Vakbond.
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 21 januari 2022 in aanwezigheid van partijen (onder anderen de voorzitter van de vakbond en de statutair bestuurder van de Airport) en gemachtigden (mr. Kock via video-conference). De griffier heeft aantekening gehouden van wat er is gezegd.
1.2.
Vonnis is bepaald op heden.

2.De feiten

2.1.
De Airport exploiteert de internationale luchthaven van Sint Maarten. De verkeerstoren wordt bemenst door 21 verkeersleiders waarvan er 3 niet zijn aangesloten bij de vakbond. De Airport en de Vakbond zijn partij bij een collectieve arbeidsovereenkomst voor medewerkers van de luchthaven.
2.2.
Bij brief van 14 januari 2022 bericht de vakbond onder andere het volgende aan de vakbond:
“The union WICSU/PSU will hereby like to inform you that our members of the Air Traffic Control department had requested an “Urgent” meeting tomorrow Saturday, January 15, 2022 from 7:00am until 5:00 pm to discuss the frustration being experienced due to the indecisive communication that has been going back and forth between management and the union regarding the way forward. The union is hoping management and the board of PJIAE understands the serious effects their decisions are having on our members.
This should not be taken lightly as our members carry the title of Air Traffic Controllers and if they are frustrated they will not be able to perform their duties optimally. It must be taken into consideration the human factor that is attached to this job. We as Union understand the responsibility that our members carry where it pertains to the economy of St. Maarten and find it very unfortunate that our members have to resort to these measures.
As a union we take this very seriously and find it unfortunate that after all these years negotiation that there is no solution to the issues brought forward on behalf of the members of the ATC [1] by the management and board of PJIAE.
This is of great concern to the Union, and we hope that a solution to the issues with our members can be solved post haste.”
2.3.
Deze brief is door de Airport ongeveer 12 uur voor de aangekondigde vergadering ontvangen. De bij de vakbond aangesloten luchtverkeersleiders zijn toen inderdaad gaan vergaderen. Door de Airport zijn de niet aangesloten luchtverkeersleiders (managers) ingezet om de verkeerstoren te bemensen. De Airport heeft het Gerecht benaderd om verdere collectieve acties van de vakbond te voorkomen. De rechter, na telefonisch gesproken te hebben met de advocaat van de Airport en de voorzitter van de vakbond, heeft vervolgens een spoedbeslissing gegeven. Deze luidt als volgt:
“verbiedt de vakbond de thansde factoplaatsvindende staking te continueren of te ondersteunen en beveelt de vakbond om haar leden op te roepen de werkzaamheden vanaf 17:00 uur vanmiddag te hervatten, op straffe van een dwangsom van US$ 100.000 voor ieder uur dat zij dit nalaat,
bepaalt dat dit verbod geldt tot in kort geding anders is besloten.”
2.4.
Als gevolg van de vergadering van de luchtverkeersleiders heeft er twee uur lang geen vliegverkeer kunnen plaatsvinden op de luchthaven.
2.5.
Tussen partijen is in juli 2020 een Settlement Agreement tot stand gekomen. Daarin staat onder andere dat de COLA (Cost of Living Adjustment) 2018, 2019 en 2020 op 15 december 2020 tussen partijen zal worden bediscussieerd. Over een aantal andere achterstallige loonposten hebben partijen blijkens de Settlement Agreement toen overeenstemming bereikt. Bij brief van 17 december 2021 heeft de Vakbond aan de Airport voorgesteld om het salaris van de luchtverkeersleiders met 3% te verhogen ingaande 1 januari 2022. Als dat geaccepteerd wordt doen de luchtverkeersleiders afstand van alle niet uitbetaalde loonbestanddelen over 2018, 2019 en de eerste helft van 2020. Bij brief van 10 januari 2022 wordt dit voorstel, alhoewel
“very appealing”, door de Airport afgewezen omdat de Airport
“… does not have the financial room to increase salaries…”.Daarbij wordt verwezen naar de Covid-19 pandemie die enorme negatieve gevolgen heeft gehad voor het aantal vliegbewegingen waardoor de inkomsten van de Airport zwaar zijn getroffen. Bij brief van 12 januari 2022 verzoekt de Vakbond om heroverweging door de Airport. Bij brief van 13 januari 2022 verzoekt de Airport om een bespreking tussen haar directeur en de Voorzitter van de Vakbond. De Airport gaat ervan uit dat er geen collectieve acties zullen volgen. Bij brief van 14 januari 2022 schrijft de Vakbond niet te willen praten maar een heroverweging te willen. Na enkele e-mails heen en weer volgt dan de onder 2.2. genoemde tweede brief van 14 januari 2022. Per e-mail van 17 januari 2022, dus na de vergadering van de verkeersleiders, doet de Airport een inhoudelijk tegenvoorstel.

3.Het geschil

3.1.
De Airport vordert dat het Gerecht, bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis, de volgende beslissingen neemt:
de Vakbond te verbieden een staking of andere collectieve actie door haar leden uit te roepen en/of te ondersteunen en de Vakbond te bevelen om onmiddellijk na uitspraak van dit vonnis haar leden op te roepen een eventuele staking of andere collectieve actie te beëindigen en beëindigd te houden,
de Vakbond te bevelen om onmiddellijk na uitspraak van dit vonnis haar leden op te roepen hun normale werkzaamheden volgens het normale rooster te hervatten,
althans een zodanige voorziening te treffen die het Gerecht in goede justitie rechtvaardig acht,
alles op verbeurte van een dwangsom van US$ 100.000 per dag of gedeelte van een dag, althans een in goede justitie te bepalen bedrag,
de Vakbond te veroordelen in de proceskosten.
3.2.
De vakbond verzoekt het Gerecht de vorderingen van de Airport af te wijzen, kosten rechtens.
3.3.
Op de argumenten van partijen wordt hierna, voor zover voor de beoordeling van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

Spoedeisend belang
4.1.
Uit de aard van de vorderingen van de Airport volgt de voor een kort geding vereiste spoedeisendheid. Daarom is de Airport in zoverre ontvankelijk in haar vorderingen.
Recht op collectieve actie
4.2.
Beide partijen onderschrijven terecht dat uit artikel 6 lid 4 van het Europees Sociaal Handvest (hierna: ESH) volgt dat werknemers het recht van “collectief optreden” hebben in geval van belangengeschillen, “met inbegrip van het stakingsrecht”. De Hoge Raad heeft in 2015 [2] hiervoor de nodige regels gegeven.
4.3.
Door de Airport wordt aangevoerd dat de Vakbond geen collectieve actie mocht beginnen vanwege de uitzondering van lid 4 van voormeld artikel 6 ESH, te weten:
“behoudens verplichtingen uit hoofde van reeds eerder gesloten collectieve arbeidsovereenkomsten.”Naar voorlopig oordeel gaat dit verweer niet op. Op zich is juist dat de COLA voortvloeit uit de collectieve arbeidsovereenkomst, zoals de Airport aanvoert. Uit de Settlement Agreement en de daarop volgende correspondentie blijkt echter dat partijen hebben afgesproken te onderhandelen over de betaling van de achterstallige COLA en dat ook daadwerkelijk hebben gedaan.
4.4.
Uit die correspondentie blijkt verder dat de onderhandelingen vastliepen toen de Airport het voorstel van de Vakbond (3% loonsverhoging vanaf 1 januari 2022 en afzien van alle loonclaims voordien) enerzijds aantrekkelijk noemde en anderzijds in dezelfde brief van de hand wees zonder een tegenvoorstel te doen. Naar voorlopig oordeel valt de vergadering van de luchtverkeersleiders daarover aan te merken als een collectieve actie in de zin van artikel 6 lid 4 ESH. Het was immers de bedoeling om de Airport te pressen hierover serieus de onderhandelingen te hervatten. In die zin was het een passend middel omdat dit redelijkerwijs kon bijdragen aan de doeltreffende uitoefening van het recht op collectief onderhandelen in de zin van het ESH.
4.5.
Bij een dergelijke collectieve actie van luchtverkeersleiders echter moet niet alleen rekening worden gehouden met de belangen van de leden van de Vakbond. Het belang van de Airport bij continuïteit van het vliegverkeer, maar zeker ook de voorzienbare belangen van derden, moeten door de Vakbond in ogenschouw worden genomen. Als derden zijn aan te merken passagiers en patiënten die voor medische behandeling moeten worden uitgevlogen naar andere bestemmingen. Maar ook vrachtvervoerders die de winkels, instellingen en bedrijven op Sint Maarten bevoorraden. Tot slot geldt in het algemeen dat een collectieve actie van luchtverkeersleiders, zoals een (
de facto) staking, rechtstreeks het landsbelang van Sint Maarten raakt. Immers, er is geen luchtverkeer meer mogelijk van en naar dit eiland en het behoeft geen betoog dat dit om allerlei zwaarwichtige redenen onwenselijk is.
4.6.
Naar voorlopig oordeel moet de vergadering, feitelijk resulterende in een
de factostaking, als onrechtmatig worden aangemerkt. De vergadering is namelijk onvoldoende tijdig aangekondigd; het vliegverkeer is twee uur stil gevallen omdat de Airport geen tijd had om zich voor te bereiden. Verder is de
de factostaking aan te merken als te vergaand: er waren andere acties met minder vergaande consequenties denkbaar, zoals een petitie, een demonstratie e.d. Verder geldt dat het aannemelijk is dat er schade voor derden, zoals passagiers en vrachtverkeer, is ontstaan. Die schade was voorzienbaar. De Vakbond lijkt aan te voeren dat het nooit haar bedoeling was dat het vliegverkeer 2 uur lang stil viel, maar daarmee verliest zij uit het oog dat dit soort vergaande collectieve acties een eigen, niet altijd beheersbare, dynamiek kennen.
4.7.
Op de zitting is gebleken dat de vergadering van de luchtverkeersleiders op 15 januari 2022 in die zin heeft “geholpen” dat Airport en Vakbond weer aan het onderhandelen zijn naar aanleiding van het tegenvoorstel dat de Airport enkele dagen na de vergadering heeft gedaan. Anders dan de Vakbond meent vervalt hiermee niet het belang aan de vorderingen van de Airport die immers ook op de toekomst zien. De Airport blijkt dermate geschrokken van de gevolgen van de protestvergadering dat zij een herhaling hiervan wil voorkomen.
4.8.
Naar voorlopig oordeel heeft te gelden dat aan de Vakbond het recht op collectieve acties ten behoeve van de bij haar aangesloten luchtverkeersleiders niet mag worden ontzegd. Daarom zal het Gerecht de vorderingen, zoals ingesteld door de Airport, niet toewijzen. Het Gerecht zal wel het mindere toewijzen, namelijk dat een collectieve actie waarvan redelijkerwijs voorzienbaar is dat die een negatieve invloed heeft op de vliegbewegingen, wordt verboden indien deze niet minimaal twee weken van te voren schriftelijk aan de Airport kenbaar is gemaakt, zulks met verbeurte van dwangsommen, zoals hieronder is vermeld. De Airport kan dan maatregelen treffen om een vervanging van luchtverkeersleiders te organiseren en zo nodig het Gerecht in kort geding om een beslissing vragen. Dat zij hierdoor mogelijk schade kan ondervinden (vervangende krachten en kosten van rechtsbijstand) is inherent aan het grondrecht van de vakbond collectieve acties te mogen organiseren.
4.9.
Deze veroordeling zal tot 1 januari 2023 van kracht zijn en dan vervallen. Het Gerecht is namelijk van oordeel dat in onderhandelingen tussen twee cao-partijen het niet passend is om voor onbepaalde tijd door middel van een vonnis een handelwijze dwingend op te leggen. In de beslissing zal verder worden vermeld dat de door het Gerecht in voormeld proces-verbaal opgelegde veroordeling door dit vonnis is komen te vervallen.
4.9.
Omdat de Vakbond overwegend in het ongelijk is gesteld wordt zij veroordeeld in de proceskosten. Er zijn geen oproepingskosten verschuldigd omdat de Vakbond vrijwillig in deze procedure is verschenen.

5.De beslissing

Het Gerecht:
rechtdoende in kort geding:
verbiedt de Vakbond om zonder schriftelijke aankondiging, die veertien dagen voordien door de Airport moet zijn ontvangen, collectieve acties te ondernemen waarvan redelijkerwijs voorzienbaar is dat deze negatieve gevolgen kunnen hebben voor het vliegverkeer van en naar Sint Maarten,
veroordeelt de Vakbond tot een dwangsom van USD 100.000,00 voor elke dag, een gedeelte van een dag daaronder begrepen, dat de vakbond in strijd handelt met dit verbod en maximeert de totaal te verbeuren dwangsommen op USD 1.000.000,00,
veroordeelt de Vakbond in de proceskosten, aan de zijde van de Airport begroot op NAf. 450,00 aan griffierecht en op NAf. 1.000,00 aan salaris gemachtigde,
bepaalt dat het verbod en de dwangsomveroordeling per 1 januari 2023 geen gelding meer hebben,
bepaalt dat de veroordeling van de Vakbond, zoals vermeld in het proces-verbaal van 15 januari 2022, geen gelding meer heeft,
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J.J. van Rijen, rechter, en op 28 januari 2022 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.

Voetnoten

1.Air Traffic Control
2.HR 19 juni 2015, ECLI:NL:HR:2015:1687 (Abvakabo/Amsta)