Uitspraak
[verzoeker],
1.Aanduiding bestreden beschikking.
Procesverloop
Feiten
4.Het verzoek en de beoordeling daarvan
De beslissing
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten op 11 maart 2022 uitspraak gedaan op een verzoek tot schorsing van een beschikking van de Minister van Justitie van Sint Maarten. De beschikking, gedateerd 15 oktober 2021, wees de aanvraag van verzoeker om een verblijfsvergunning af. Verzoeker, een Guyaanse nationaliteit, had op 6 augustus 2021 een aanvraag ingediend, maar deze werd afgewezen omdat hij niet voldeed aan het middelenvereiste en illegaal op het eiland verbleef. Verzoeker heeft op 21 februari 2022 een verzoekschrift ingediend om de uitvoering van de bestreden beschikking te schorsen en om een re-entry permit te verkrijgen, zodat hij zijn verplichtingen als directeur van de onderneming Doors’n More N.V. kan vervullen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 25 februari 2022 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. Verzoeker stelde dat de afwijzing van zijn aanvraag onterecht was en dat hij door de omstandigheden niet in staat was om een aanvraag in te dienen. De verweerder heeft gemotiveerd verweer gevoerd en verzocht om afwijzing van het verzoek. Het Gerecht overwoog dat er geen spoedeisend belang was bij de gevraagde schorsing en dat verzoeker niet had aangetoond dat hij recht had op een re-entry permit. De rechter concludeerde dat de afwijzing van het verzoek gerechtvaardigd was, omdat de vergunning die aan verzoeker was afgegeven geen verblijfstitel verleende.
Uiteindelijk heeft het Gerecht het verzoek tot schorsing afgewezen, en deze beslissing is definitief, aangezien er geen hoger beroep mogelijk is tegen deze uitspraak.