Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN SINT MAARTEN
1.Het procesverloop
2.De feiten
“Assisting Government with the Insurance Claims-Handling Process.”In deze offerte wordt opgesomd welke werkzaamheden [de verzekeringsmakelaar] op zich neemt. Die werkzaamheden moeten leiden tot uitkering door de verzekeraar van de orkaanschade onder de diverse polissen. De aan [de verzekeringsmakelaar] door het Land verschuldigde tegenprestatie wordt als volgt omschreven:
“Being a local company and having a strong desire to assist with this process, we will charge 8% (schade regelings courtage) of the net settlement with a mobilization fee of Nafls. 100,000.00 which will be refunded after full settlement is realized.”
mobilization feeuitbetaald door het Land door middel van een cheque.
“Ondanks de MR beslissing ten aanzien van dit advies kan het advies niet als “compleet” worden aangemerkt en is derhalve niet voldoende uitgewerkt voor beoordeling van de LB door de gouverneur. Conclusie is dat dit advies dient terug te gaan naar AZ voor verdere completering.”
“need to be looked into and responded to. Once the points have been addressed, the advice will recur on the agenda of the Council of Ministers. URGENT.”
“@Niel can you xplain the council how you intent to assist the team and safe guard the recovery of funds”.
3.Het geschil
4.De beoordeling in conventie en in reconventie
“+ Ministerraad”. Terecht wijst het Land erop dat nergens blijkt dat dit vereiste in acht is genomen. Er is geen schriftelijke bevestiging van de overeenkomst door het Land en nergens blijkt uit de Minister van Algemene Zaken “+ Ministerraad” op enige andere wijze deze overeenkomst met [de verzekeringsmakelaar] zijn aangegaan. Dat betekent dat de rechtshandelingen van het Land met [de verzekeringsmakelaar] nietig zijn op grond van artikel 21 lid 3 Rijkswet.
based on the promise that the LB will be forthcoming soonest…”) wist [de verzekeringsmakelaar] dat. Het Gerecht overweegt dat hieruit volgt dat [de verzekeringsmakelaar] op 14 november 2017 (toen hij de
mobilization feeontving) en gaande de reeds door hem verrichte werkzaamheden (waarover later meer) zich ervan bewust was dat er nog een voorwaarde moest worden vervuld. Die voorwaarde is nooit vervuld omdat er nooit een Landsbesluit van die strekking is ondertekend door de Gouverneur.
(“…
To date this process was never been finalized…”)moet worden gezien als de officiële berichtgeving van het Land dat er nooit een overeenkomst met [de verzekeringsmakelaar] tot stand is gekomen.
mobilization feebetaald heeft gekregen en heeft behouden. Dat is als een nietige rechtshandeling aan te merken c.q. als een rechtshandeling die plaatsvindt onder de opschortende voorwaarde van het van kracht worden van het Landsbesluit. Evenmin is van belang dat [de verzekeringsmakelaar] stelt al de nodige werkzaamheden te hebben verricht. Daarvoor geldt hetzelfde. Niet relevant is dat [de verzekeringsmakelaar] stelt de Rijkswet en de Comptabiliteitslandsverordening niet te kennen. Dat zijn namelijk twee wetten in formele zin voor de werking waarvan niet vereist is dat de wederpartij van het Land er subjectieve kennis van moet hebben. Voldoende is dat deze wetten rechtsgeldig tot stand zijn gekomen en gelding hebben.
“minus kosten en deductibles”(alinea 53 van de conclusie van repliek in conventie) omdat zij bereid was de overeenkomst na te komen maar het Land niet. Met enige goede wil leidt het Gerecht daaruit af dat [de verzekeringsmakelaar] dus ook wil dat in geval van nietigheid van de overeenkomst de reeds door hem verrichte werkzaamheden worden vergoed.
mobilization feevan NAf. 100.000,00 terug te betalen. Dat standpunt wordt niet gevolgd door het Gerecht. Duidelijk is namelijk dat dit bedrag een voorschot is dat moet worden verrekend met de van de verzekeraars te ontvangen bedragen (zie onder 2.3.). Dit bedrag moet dus worden terugbetaald op grond van de nietige rechtshandeling, zij het dat dit kan worden verrekend met de eventueel aan [de verzekeringsmakelaar] toekomende betalingen als bedoeld in de vorige alinea van dit vonnis. De beslissing over de reconventionele vordering van het Land wordt aangehouden tot het eindvonnis.
5.De beslissing
dinsdag 14 april 2020 om 8.30 uurvoor akte van [de verzekeringsmakelaar] (P1);