Uitspraak
Aanduiding bestreden beschikking
Het verloop van de procedure
3.Feiten
4.Het geschil
De beoordeling
De beslissing
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
In deze zaak heeft eiser, wonende te Sint Maarten, een verzoek ingediend op basis van artikel 3 van de Landsverordening openbaarheid van bestuur (Lob) om informatie over de uitgifte van erfpachtrechten op percelen land en water aan publieke personen. Eiser stelt dat het verzoek te breed is afgewezen door de Minister van Volkswoningbouw, Ruimtelijke Ordening, Milieu en Infrastructuur, die de beschikking op 9 november 2018 heeft gegeven. Eiser heeft beroep ingesteld tegen deze beschikking, omdat hij meent dat de afwijzing in strijd is met de wet en de beginselen van behoorlijk bestuur. De procedure omvatte een beroepschrift, een verweerschrift van de verweerder, en een mondelinge behandeling op 10 juni 2019.
Het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten heeft geoordeeld dat het verzoek van eiser te breed en onvoldoende specifiek was geformuleerd. De rechter heeft vastgesteld dat de door eiser gebruikte definities van 'publieke personen' en 'waardevolle percelen' te algemeen zijn, waardoor de Minister niet in staat was om adequaat op het verzoek te reageren. Het Gerecht heeft ook opgemerkt dat de informatie over de uitgifte van erfpachtrechten openbaar is en kan worden geraadpleegd via het Kadaster, en dat de Lob niet van toepassing is op deze openbare registers. Eiser heeft geen gronden aangevoerd tegen de motivering van de Minister en de rechter heeft geconcludeerd dat de beschikking deugdelijk is gemotiveerd.
Uiteindelijk heeft het Gerecht het beroep ongegrond verklaard, met de conclusie dat de bestreden beschikking op een correcte grondslag berust. De uitspraak is gedaan door mr. P.P.M. van der Burgt en is openbaar uitgesproken op 29 juli 2019. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open binnen zes weken na kennisgeving.