ECLI:NL:OGEAM:2016:79
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Huurgeschil over bevrijdende betaling van huurpenningen in kort geding
In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Sint Maarten werd behandeld, betreft het een kort geding tussen eiser, vertegenwoordigd door mr. J.G. Snow, en gedaagde, die in persoon procedeerde. De procedure is gestart naar aanleiding van een geschil over de betaling van huurpenningen. Eiser stelt dat gedaagde sinds 1 juni 2016 geen huur meer heeft betaald, terwijl gedaagde betoogt dat hij wel degelijk heeft betaald, maar aan [A], de gemachtigde van de boedel van de overleden [erflater].
De mondelinge behandeling vond plaats op 14 oktober 2016, waarbij beide partijen hun standpunten toelichtten. Eiser vorderde ontruiming van de door gedaagde bewoonde woning, met nevenvorderingen, terwijl gedaagde de vorderingen van eiser betwistte. De rechter moest beoordelen of gedaagde bevrijdend had betaald aan eiser of aan [A].
De rechter concludeerde dat gedaagde de huur over de maanden juni tot en met september 2016 had betaald aan [A], en dat deze betaling, gezien de ondertekende boedelvolmacht, als bevrijdend kon worden beschouwd. Hierdoor werden de vorderingen van eiser afgewezen en werd eiser veroordeeld in de proceskosten. Het vonnis werd uitgesproken op 28 oktober 2016.