Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO
1.[Eiseres],wonend in [woonplaats],eiseres,procederend in persoon,
2.2.[Eiser],wonend in [woonplaats],eiser,procederend in persoon,
,
gedaagde,
procederend in persoon.
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, is op 14 april 2025 een vonnis uitgesproken in de zaak tussen eiseres, eiser en gedaagde, die allen procederen in persoon. De zaak betreft de ontbinding van een adviesovereenkomst en de vordering tot schadevergoeding. Het gerecht heeft eerder op 25 maart 2024 geoordeeld dat de vordering tot ontbinding van de adviesovereenkomst zal worden toegewezen, maar dat de schade die door eiseres en eiser is gesteld, nog niet vaststaat. De zaak is naar de parkeerrol verwezen om partijen de gelegenheid te geven een oplossing te zoeken. Eiser heeft het gerecht geïnformeerd dat de levering van de woning aan eiseres nog steeds mogelijk is, maar dat er juridische stappen nodig zijn. Het gerecht heeft vastgesteld dat er conservatoir beslag op de woning rust, maar dat er geen eis in de hoofdzaak is ingediend, waardoor het beslag voor doorhaling vatbaar is. Eiser moet een verzoek tot doorhaling indienen. Verder is het gerecht van mening dat toestemming van deelgenoten nodig is voor de verkoop van de woning, maar dat het gerecht kan bepalen dat zijn uitspraak in de plaats treedt van een akte. De vordering tot betaling van Cg 26.000 aan eiseres is afgewezen, evenals andere vorderingen van eiseres en eiser. De proceskosten worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. Het gerecht ontbindt de adviesovereenkomst met gedaagde en verklaart de ontbinding uitvoerbaar bij voorraad.