ECLI:NL:OGEAC:2025:39

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
12 maart 2025
Publicatiedatum
31 maart 2025
Zaaknummer
CUR202500556
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van vorderingen tot opheffing van schorsing van een journalist door zijn werkgever in het kader van objectieve verslaggeving tijdens verkiezingen

In deze zaak heeft de journalist [eiser] een kort geding aangespannen tegen zijn werkgever, Radio Mas 99 B.V., omdat hij het niet eens was met de verlenging van zijn vakantie tot eind maart 2025. Hij beschouwde deze verlenging als een disciplinaire maatregel en vorderde dat het gerecht hem weer zou toelaten tot zijn werkzaamheden en dat Radio Mas publiekelijk excuses aan hem zou aanbieden. Radio Mas stelde echter dat de schorsing noodzakelijk was om ongewenste situaties te voorkomen in de aanloop naar de parlementsverkiezingen van 21 maart 2025, waarbij zij vreesde dat [eiser] niet objectief en neutraal zou rapporteren.

Het gerecht heeft de vorderingen van [eiser] afgewezen. Het oordeelde dat de verplichte vakantie van [eiser] als een schorsing moet worden aangemerkt en dat Radio Mas een zwaarwegend belang had bij deze schorsing. Het gerecht benadrukte dat de schorsing was bedoeld als ordemaatregel en dat Radio Mas gerechtvaardigde vrees had dat [eiser] niet aan de vereisten van objectieve verslaggeving zou voldoen. De rechter oordeelde dat de schorsing niet in strijd was met het beginsel van goed werkgeverschap, omdat Radio Mas voldoende redenen had om de schorsing op te leggen. Bovendien werd [eiser] veroordeeld in de proceskosten van Radio Mas, die op NAf 1.500 werden begroot.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO

Zaaknummer: CUR202500556
Vonnis in kort geding van 12 maart 2025
in de zaak van
[Eiser],wonende in [woonplaats],
eiser,
hierna:
[eiser],
gemachtigde: mr. K.D. Bertrand,
tegen
RADIO MAS 99 B.V.,
gevestigd in Curaçao,
gedaagde,
hierna:
Radio Mas,gemachtigden: mr. M.F. Bonapart, mr. L.J.C. Frias en mr. S.M.A. Gonzales.

1.Het procesverloop

1.1.
Het procesverloop blijkt uit:
  • het verzoekschrift van 14 februari 2025, met producties;
  • de producties van Radio Mas;
  • de aanvullende producties van [eiser];
  • de mondelinge behandeling van 26 februari 2025;
  • de pleitnotities.
1.2.
Vonnis is bepaald op vandaag.

2.Waar gaat de procedure over?

2.1 [
Eiser] heeft van zijn werkgever Radio Mas te horen gekregen dat zijn vakantie tot eind maart 2025 wordt verlengd. Hij is tot die tijd ontheven van zijn werkzaamheden met behoud van loon. [eiser] is het hier niet mee eens. Het gaat volgens hem om een disciplinaire maatregel waarvoor geen aanleiding bestaat. [eiser] wil weer aan het werk en wil verder onder meer dat Radio Mas publiekelijk haar excuses maakt. Radio Mas is van mening dat zij een zwaarwegend belang heeft om [eiser] tijdelijk te ontheffen van zijn werkzaamheden.
2.2.
Het gerecht zal de vorderingen van [eiser] afwijzen. Dit wordt hierna toegelicht, na eerst de feiten te hebben vermeld.
3. De feiten
3.1 [
eiser] is journalist en sinds december 2001 in dienst bij Radio Mas. Hij heeft de functie van hoofdredacteur. Hij presenteert op de radio tweemaal per dag het dagelijkse nieuws en de bespreking daarvan aan het eind van de nieuwsuitzendingen
.
3.2.
Radio Mas heeft in een brief van 13 januari 2025 aan [eiser] meegedeeld dat zijn vakantie zal worden verlengd van 23 januari 2025 tot 24 maart 2025, met behoud van salaris. In de brief noemt Radio Mas als reden voor deze beslissing dat [eiser] op de radio herhaaldelijk heeft gezegd dat hij zich distantieert van de verkiezingen 2025.

4.De vordering

4.1. [
eiser] vordert – samengevat – dat het gerecht:
  • de opgelegde maatregel opheft en Radio Mas beveelt hem toe te laten tot zijn gebruikelijke werkzaamheden;
  • Radio Mas beveelt publiekelijk, onder meer op sociale media, lokale radio- en televisiestations en het eigen radiostation, excuses aan te bieden aan [eiser];
  • Radio Mas beveelt hiervan een kopie van verzending te sturen aan [eiser];
  • een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van NAf 10.000 per dag dat Radio Mas nalaat aan een of meer van de bevelen te voldoen;
  • Radio Mas veroordeelt onmiddellijk na betekening van het vonnis aan [eiser] te betalen NAf 8.779,95 aan materiele en immateriële schadevergoeding;
  • Radio Mas veroordeelt in de (werkelijke) proceskosten en de nakosten, met wettelijke rente.
4.2 [
Eiser] baseert de vordering op het volgende. De verplichte vakantie kan niet anders worden opgevat dan als een schorsing of disciplinaire maatregel. Hij is van mening dat dit onterecht, onzorgvuldig en disproportioneel is. [eiser] wil zo spoedig mogelijk weer aan het werk. Zijn afwezigheid op de radio leidt tot negatieve speculaties over de reden ervan. Hierdoor leidt [eiser] reputatieschade en psychische schade.

5.De beoordeling

5.1.
Het gerecht stelt voorop dat de ‘verplichte vakantie’ van [eiser] moet worden aangemerkt als een schorsing of op non-actiefstelling (hierna zal verder worden gesproken over schorsing). [eiser] heeft immers niet verzocht om van zijn werkzaamheden te worden ontheven en stemt hiermee niet in.
5.2.
De vraag of [eiser] in de gelegenheid moet worden gesteld zijn werkzaamheden te verrichten, moet worden beoordeeld aan de hand van artikel 7A:1614y BW. Hierin is de algemene maatstaf neergelegd van wat een goed werkgever behoort te doen en na te laten (het zogenoemde ‘goed werkgeverschap’). Deze algemene maatstaf brengt met zich dat de toewijsbaarheid van een vordering tot wedertewerkstelling met name afhangt van de aard van de dienstbetrekking, van de overeengekomen arbeid en van de bijzondere omstandigheden van het geval. Uitgangspunt hierbij is dat het belang van de werknemer om de overeengekomen werkzaamheden te verrichten zwaar weegt en dat daarom van een goed werkgever verwacht mag worden dat hij de werknemer alleen dan de mogelijkheid mag onthouden om de overeengekomen arbeid te verrichten als hij daarvoor een redelijke en voldoende zwaarwegende grond heeft [1] .
5.3.
Uit wat Radio Mas naar voren heeft gebracht volgt dat de schorsing bedoeld is als ordemaatregel. Op 21 maart 2025 vinden in Curaçao de parlementsverkiezingen plaats. Radio Mas streeft objectieve en neutrale berichtgeving na en zij vreest dat [eiser] in de aanloop naar de verkiezingen daar niet aan zal voldoen door bijvoorbeeld alleen hem welgevallige politici en medestanders uit te nodigen en aan het woord te laten, maar ook door zijn eigen mening te ventileren in de uitzending. Daarbij moet volgens Radio Mas in het oog worden gehouden dat het gaat om uitzendingen op de radio. Alles wat gezegd is in de uitzending is gezegd. Haar enige manier om te voorkomen dat zich ongewenste situaties voordoen is door hem niet te laten uitzenden, vooral ook omdat [eiser] zich niet tot nauwelijks laat aansturen. [eiser] is daarom tot na de verkiezingen ontheven van zijn werkzaamheden.
5.4.
Het voorkomen van ongewenste situaties kan een redelijke en voldoende zwaarwegende grond zijn om een werknemer niet langer in de gelegenheid te stellen de bedongen arbeid te verrichten. Daarvoor is wel vereist dat de gerechtvaardigde vrees bestaat dat daadwerkelijk ongewenste situaties zullen ontstaan wanneer de werknemer zijn werkzaamheden voortzet [2] .
5.5.
Radio Mas stelt dat zij haar vrees voor niet objectieve en neutrale verslaggeving van de verkiezingen heeft besproken met [eiser]. Vervolgens is er op 14 augustus 2024 whatsappcontact geweest tussen [belanghebbende 1] van Radio Mas en [eiser] [3] . [eiser] liet weten dat hij geen interesse had om de verkiezingen te verslaan, omdat hij met niemand problemen wilde hebben. Hij schreef verder ‘M’a siña ku si bo no ke problema ku lagadishi no planta bonchi kant’i trank’e’. Dit is volgens Radio Mas een oud Curaçaos spreekwoord. Het betekent zoveel als dat je problemen kunt vermijden door bepaalde dingen niet te doen. Ook ‘on air’ heeft hij gezegd dat hij zich zal distantiëren van de verkiezingen. [eiser] heeft dit laatste aanvankelijk betwist, maar tijdens de zitting heeft hij erkend dat hij deze uitspraken op de radio heeft gedaan. Radio Mas had er op basis van deze gang van zaken geen vertrouwen in dat [eiser] de door haar gewenste neutraliteit in acht zou nemen.
5.6.
Radio Mas onderbouwt dit verder met meerdere voorbeelden uit het verleden, die door [eiser] als zodanig niet zijn weersproken, waar [eiser] zijn persoonlijke mening naar voren bracht of niet gefundeerde uitlatingen heeft gedaan. In coronatijd heeft hij bijvoorbeeld zijn persoonlijke mening over het al dan niet laten vaccineren geventileerd. Meer recent heeft hij op de radio ongefundeerde verhalen verteld over de moord op de adjudant marechaussee in Curaçao en vermeende gedragingen van een predikant in de gevangenis. In het laatste geval heeft Radio Mas hem gewaarschuwd en bevolen de kwestie niet meer op de radio te bespreken. [eiser] heeft dit echter genegeerd en de volgende dag de kwestie opnieuw aangekaart. Radio Mas heeft [eiser] hiervoor op 9 december 2024 een schriftelijke waarschuwing gegeven.
5.7.
Niet ter discussie staat dat [eiser] een door de luisteraars geliefd journalist is en, zoals hij het zelf omschrijft, kritisch en creatief. Hij is echter wel in dienst van Radio Mas en zij bepaalt welk ‘geluid’ de zender wil uitdragen en zij kan en mag in dat verband ook grenzen stellen. Op basis van het voorgaande is voldoende aannemelijk geworden dat [eiser] zich weinig gelegen laat liggen aan het beleid en de wensen van Radio Mas, vooral zijn eigen koers vaart en zich moeilijk laat sturen. Tegen die achtergrond is de vrees van Radio Mas gerechtvaardigd en heeft Radio Mas, gelet op haar streven naar objectieve en neutrale berichtgeving, belang bij de schorsing van [eiser].
5.8.
Dit belang is ten opzichte van het belang van [eiser] om zijn werkzaamheden te mogen uitvoeren voldoende zwaarwegend. Hierbij weegt mee dat Radio Mas de schorsing binnenskamers heeft willen houden en er geen ruchtbaarheid aan heeft willen geven door de schorsing als een vakantie te bestempelen. Zij verklaarde ter zitting dat [eiser] wel vaker langere tijd op vakantie gaat zodat het niet zou hoeven opvallen. Het is echter [eiser] zelf geweest die de publiciteit heeft gezocht. Dit betekent dat als er al sprake is van reputatieschade, dit Radio Mas niet kan worden verweten. Verder hecht het gerecht veel belang aan het feit dat het hier gaat om een radiostation. [eiser] is nieuwspresentator. Tijdens een nieuwsuitzending heeft hij de vrije hand en kan er niet worden ingegrepen. Radio Mas wordt wel verantwoordelijk gehouden voor wat on air wordt gezegd. Uitlatingen van [eiser] worden haar aangerekend en zij kan hiervoor mede aansprakelijk worden gesteld. Dit onderstreept eens te meer haar zwaarwegende belang bij de schorsing.
5.9. [
eiser] heeft nog aangevoerd dat de rechtmatigheid van de schorsing alleen kan worden beoordeeld aan de hand van de reden die is genoemd in de schorsingsbrief. Zij doelt op de voorbeelden uit het verleden die in de schorsingsbrief niet zijn genoemd. Dat gaat hier niet op. Het gaat erom dat het voor de werknemer voldoende duidelijk is waarom hij wordt geschorst. Uit de onder 5.5 weergegeven feiten en omstandigheden volgt dat het voor [eiser] voldoende duidelijk zou moeten zijn wat de reden van de schorsing is.
5.10.
Ten slotte heeft [eiser] aangevoerd dat hij had moeten worden gehoord. In principe heeft [eiser] daarin gelijk. Het kan er in dit geval echter niet toe leiden dat de schorsing moet worden opgeheven. Radio Mas heeft in dit verband onweersproken gesteld dat [eiser] na een discussie al zes jaar weigert met de directrice te praten. Ook was [eiser] moeilijk te bereiken. Dit was volgens Radio Mas ook de reden waarom is gekozen de brief te laten bezorgen door een medewerker. Er zijn daarom gegronde redenen om in dit geval minder belang te hechten aan het horen voorafgaande aan de beslissing, zoals in de brief vermeld.
Conclusie
5.11.
Gelet op het voorgaande is naar het voorlopig oordeel van het gerecht de beslissing om [eiser] te schorsen redelijk en niet disproportioneel en heeft Radio Mas een voldoende zwaarwegend belang bij de schorsing van [eiser]. Zij heeft naar het oordeel van het gerecht dan ook niet in strijd met het ‘goed werkgeverschap’ gehandeld. Dit leidt ertoe dat de vorderingen van [eiser] worden afgewezen.
Proceskosten
5.12.
Omdat [eiser] in het ongelijk wordt gesteld, wordt hij veroordeeld in de proceskosten. De kosten van Radio Mas worden tot aan deze uitspraak begroot op NAf 1.500 aan gemachtigdensalaris.
Uitvoerbaar bij voorraad
5.13.
De veroordelingen in deze uitspraak, het gaat in dit geval om de proceskostenveroordeling, gaan meteen in en kunnen ook ten uitvoer worden gelegd als een van de partijen deze beslissing voorlegt aan het Hof.

6.De beslissing in kort geding

Het gerecht:
6.1
wijst de vorderingen van [eiser] af;
6.2
veroordeelt [eiser] in de proceskosten van Radio Mas van NAf 1.500;
6.3
verklaart dit vonnis, wat betreft de proceskostenveroordeling, uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. I. Tubben, rechter, bijgestaan door mr. A.F. Lipman, griffier, en in het openbaar uitgesproken.