Uitspraak
Parketnummer: 520.00008/25
Vonnis van dit Gerecht
[verdachte],
.
Primair
- over voornoemde weg gereden met een (minimum)snelheid van
- niet tijdig geremd en/of voldoende afstand gehouden en/of niet, althans in onvoldoende mate, gekeken naar dan wel onvoldoende aandacht gehad voor het overige verkeer, althans onvoldoende rekening gehouden met andere weggebruikers en/of
- zonder zijn snelheid tijdig te hebben geregeld, althans met onverminderde snelheid, met de voorzijde van het door hem bestuurde voertuig is gebotst tegen de achterzijde van een ander voertuig, te weten een zwartgekleurde fiets, bestuurd door het slachtoffer [slachtoffer] en/ of
- (vervolgens) na deze botsing is doorgereden en (voor het eerst) na een afstand van ongeveer 4,30 meter is begonnen met remmen en ten gevolge waarvan die [slachtoffer] door de kracht van de botsing met zijn lichaam tegen de motorkap en/of het voorruit van voornoemd voertuig is gekomen en/ of
- ten gevolge waarvan die [slachtoffer] werd gedood.
(artikel 2:284 lid 1-2 jo art. 286 Wetboek van Strafrecht)
Subsidiair
- over voornoemde weg heeft gereden met een (minimum snelheid van
- niet tijdig geremd en/of voldoende afstand gehouden en/of niet, althans in onvoldoende mate, gekeken naar dan wel onvoldoende aandacht gehad voor het overige verkeer, althans onvoldoende rekening gehouden met andere weggebruikers en/ of
- zonder zijn snelheid tijdig te hebben geregeld, althans met onverminderde snelheid, met de voorzijde van het door hem bestuurde voertuig is gebotst tegen de achterzijde van een ander voertuig, te weten een zwartgekleurde fiets, bestuurd door het slachtoffer [slachtoffer] en/ of
- na deze botsing is doorgereden en pas (voor het eerst) na een afstand van ongeveer 4,30 meter is begonnen met remmen en ten gevolge waarvan die [slachtoffer] door de kracht van de botsing met zijn lichaam tegen de motorkap en/of het voorruit van voornoemd voertuig is gekomen en/of
- ten gevolge waarvan die [slachtoffer] werd gedood, en door welke gedraging(en) van verdachte gevaar op die weg werd veroorzaakt of kon worden veroorzaakt en/ of het verkeer op die weg werd gehinderd of kon worden gehinderd;
(artikel 21 van de Wegenverkeersverordening Curaçao 2000)
Subsidiair
heeftbestuurd terwijl hij, ten tijde van het ongeval, verkeerde onder kennelijke invloed van alcoholhoudende drank waarvan hij redelijkerwijs moest weten dat het gebruik daarvan zijn rijvaardigheid kon verminderen
- over voornoemde weg heeft gereden met een minimumsnelheid van
- met onverminderde snelheid, met de voorzijde van het door hem bestuurde voertuig is gebotst tegen de achterzijde van een ander voertuig, te weten een zwartgekleurde fiets, bestuurd door het slachtoffer [slachtoffer] en
- ten gevolge waarvan die [slachtoffer] werd gedood, en door welke gedraging(en) van verdachte gevaar op die weg werd veroorzaakt en het verkeer op die weg werd gehinderd;
cursief). De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
De verklaring van verdachte zoals afgelegd ter terechtzitting op 1 oktober 2025, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Een proces-verbaal inzake verkeersongeval 25 juli 2023 van de verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2], voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Een aanvullend proces-verbaal van bevindingen van 23 juli 2025 van de verbalisant [verbalisant 2] velde, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Roodgelakte motorvoertuig van het merk [automerk/model] gekentekend [kentekennummer], zijnde voertuig 1;
Een zwartgelakt rijwiel van het merk BMX, merk onbekend, zijnde voertuig 2.
Overtreding van artikel 21 van de Wegenverkeersverordening Curaçao 2000.
[benadeelde partij 1](de moeder van het slachtoffer) en
[benadeelde partij 2](de broer van het slachtoffer) hebben zich in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding.
[benadeelde partij 1]bedraagt Cg 9.434,09 ter zake van de materiële schade (begrafeniskosten) en Cg 17.500,00 ter zake van immateriële schade (schokschade).
Cg 9.500, -toewijsbaar, te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van 4 juli 2023, als vergoeding voor schokschade. Voor het overige wordt de vordering niet-ontvankelijk verklaard. De benadeelde partij kan haar vordering in zoverre bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Cg. 9.500, te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van 4 juli 2023, als vergoeding voor schokschade. Voor het overige wordt de vordering niet-ontvankelijk verklaard. De benadeelde partij kan zijn vordering in zoverre bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
BESLISSING
taakstraf, bestaande uit een werkstrafvoor de duur van
120 (tweehonderd)uren indien niet naar behoren verricht te vervangen door
60 (zestig)dagen hechtenis;
40 (veertig)uren
,indien niet naar behoren verricht te vervangen door
20 (twintig)dagen hechtenis, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
1 (een)jaar aan een strafbaar feit schuldig heeft gemaakt;
[benadeelde partij 1]geleden schade toe tot een bedrag van
Cg 9.500 (zegge: negenduizend vijfhonderd gulden), vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 4 juli 2023 tot aan de dag van de voldoening, en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij;
[benadeelde partij 2]geleden schade toe tot een bedrag van
Cg 9.500 (zegge: negenduizend vijfhonderd gulden), vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 4 juli 2023 tot aan de dag van de voldoening, en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij;
[benadeelde partij 1]de verplichting op tot betaling aan het Land van een bedrag van
Cg. 9.500 (zegge: negenduizend vijfhonderd gulden),bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door
82 (tweeëntachtig)dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 juli 2023 tot aan de dag van de voldoening;
[benadeelde partij 2]de verplichting op tot betaling aan het Land van een bedrag van
Cg. 9.500 (zegge: negenduizend vijfhonderd gulden),bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door
82 (tweeënzeventig)dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft en bepaalt dat het te betalen bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 juli 2023 tot aan de dag van de voldoening;