Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.OVERWEGINGEN
3.PROCESKOSTEN EN GRIFFIERECHT
4.DE BESLISSING
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij:
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao op 24 april 2024 uitspraak gedaan in een belastingzaak waarbij de belanghebbende, gevestigd te Curaçao, beroep heeft ingesteld tegen het niet tijdig doen van uitspraak op bezwaar door de Inspecteur der Belastingen. De belanghebbende had op 30 juni 2021 een naheffingsaanslag winstbelasting voor het jaar 2019 ontvangen, met een verzuimboete. Na het indienen van een pro forma bezwaar op 27 augustus 2021, heeft de belanghebbende op 18 maart 2022 haar bezwaar gemotiveerd. Echter, het beroep tegen het niet tijdig doen van uitspraak op bezwaar is pas op 29 mei 2023 ingesteld, wat volgens de wet te laat was. Het Gerecht oordeelde dat het beroep niet-ontvankelijk was, omdat het niet binnen de gestelde termijn van twaalf maanden na de ontvangst van het bezwaarschrift was ingediend. De Inspecteur had ter zitting verklaard dat er in november 2023 alsnog uitspraak op het bezwaar was gedaan, maar dit had geen invloed op de ontvankelijkheid van het beroep. Het Gerecht heeft geen aanleiding gezien om proceskosten of griffierecht te vergoeden. De uitspraak benadrukt het belang van het tijdig indienen van beroep in belastingzaken en de gevolgen van het niet naleven van wettelijke termijnen.