ECLI:NL:OGEAC:2024:189

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
13 december 2024
Publicatiedatum
20 januari 2025
Zaaknummer
CUR202403058
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verkoop van beslagen aandelen in Curaçaose vennootschap met onroerend goed in Portugal ten laste van ex-echtgenoot

In deze zaak heeft de vrouw, wonend in het Verenigd Koninkrijk, een verzoek ingediend tot verkoop van beslagen aandelen van haar ex-echtgenoot in de Curaçaose vennootschap Tidewell Corporation N.V. De vrouw heeft een onherroepelijke beslissing van de Family Division van de High Court of Justice van Engeland en Wales, waarin haar ex-echtgenoot is veroordeeld tot betaling van GBP 64,8 miljoen, en een uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis van het gerecht in Curaçao, waarin de man is veroordeeld tot betaling van GBP 61.559.339, als basis voor haar verzoek. De man heeft verweer gevoerd tegen de verkoop van de aandelen, maar het gerecht heeft geoordeeld dat de vrouw recht heeft op de verkoop van de beslagen aandelen om haar vordering te voldoen. Het gerecht heeft bepaald dat de verkoop openbaar zal plaatsvinden, met een termijn van een jaar voor onderhandse verkoop, en heeft gerechtsdeurwaarder R.A. Ramazan aangewezen als verkopend deurwaarder. De man en de vennootschappen zijn verplicht om medewerking te verlenen aan het executietraject en de benodigde informatie te verstrekken. De kosten van de executieverkoop komen voor rekening van de man, en hij is veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan de vrouw en de betrokken vennootschappen.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO

Zaaknummer: CUR202403058
Beschikking van 13 december 2024
in de zaak van
[VERZOEKSTER](“de vrouw”)
,
wonend in het Verenigd Koninkrijk,
verzoekster,
gemachtigden: mrs. S.H. Barten en A.M. van Spaandonk,
tegen

1.[VERWEERDER] (“de man”),

zonder bekende woonplaats,
verweerder,
gemachtigden: mrs. L.F.F.M. Drissen en S.N.J. Putter,

2.de naamloze vennootschap TIDEWELL CORPORATION N.V. (“Tidewell”),

3.
de besloten vennootschap DUCAT SLS B.V.(“Ducat”),
4.
de besloten vennootschap INTERTRUST (CURAÇAO) B.V.(“Intertrust”),
alle gevestigd in Curaçao,
verweerders,
gemachtigden: mrs. R.F. van den Heuvel en N.R.V. Soeltaansingh,
met als belanghebbende partij:
deurwaarder
R.A. RAMAZAN(“Ramazan”),
kantoorhoudend in Curaçao,
procederend zonder gemachtigde.

1.Het procesverloop

1.1.
Het procesverloop blijkt uit:
  • het verzoekschrift ingediend op 9 augustus 2024,
  • het verweerschrift van de man,
  • het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 22 oktober 2024 en de pleitnotities.
1.2.
De uitspraak is bepaald op vandaag.
1.3.
Mede gelet op het bepaalde in artikel 22 Procesreglement Civiele Zaken, heeft het gerecht geen acht geslagen op berichten verstuurd door partijen nadat de uitspraakdatum was bepaald. Die berichten zijn ook niet aan het dossier toegevoegd.

2.De feiten

2.1.
Bij onherroepelijke beslissing van de Family Division van de High Court of Justice van Engeland en Wales van 12 oktober 2016 is de man veroordeeld een bedrag van GBP 64,8 miljoen aan de vrouw te betalen (hierna: de Engelse beslissing).
2.2.
Na uitblijven van voldoening door de man aan de Engelse beslissing en ter verzekering van haar vordering, heeft de vrouw na daartoe van dit gerecht verkregen verlof op 15 november 2021 conservatoir beslag laten leggen op de aandelen van de man in Tidewell.
2.3.
Tidewell is een Curaçaose
offshore company. Van 4 maart 2010 tot 8 december 2023 was Intertrust enig bestuurder van Tidewell. Sinds 16 juli 2024 is Ducat bestuurder van Tidewell. In de tussenliggende periode stond er geen bestuurder van Tidewell ingeschreven in het handelsregister en was er ook geen kantooradres bekend.
2.4.
Tidewell bezit via deelnemingen onroerend goed, waaronder het Marriott Hotel Lissabon en een stuk grond van 3.700 hectare te Sesimbra in Portugal.
2.5.
Op 31 oktober 2022 is bij uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis van dit gerecht beslist dat de Engelse beslissing in Curaçao voor erkenning in aanmerking komt en is de man veroordeeld tot betaling van GBP 61.559.339 (verminderd met het reeds door de vrouw geïnde bedrag). Dit vonnis is op 8 oktober 2024 door het hof bevestigd (ECLI:NL:OGHACMB:2024:215).
2.6.
De vrouw heeft het vonnis van 31 oktober 2022 op 6 augustus 2024 aan de man en op 7 augustus 2024 aan Tidewell betekend.
2.7.
Inclusief rente heeft de vrouw thans een bedrag van de man te vorderen in de orde van grootte van NAf 200 miljoen.

3.Het verzoek

3.1.
De vrouw verzoekt – enigszins samengevat – dat het gerecht
ten aanzien van Tidewell en de man
a. bepaalt dat de beslagen aandelen kunnen worden verkocht bij wijze van onderhandse dan wel openbare verkoop tegen een door de deurwaarder vast te stellen koopprijs binnen een termijn van een jaar, met een mogelijkheid om tot verlenging van die termijn te verzoeken, waarbij wordt bepaald dat in het geval de onderhandse verkoop niet leidt tot een overdracht binnen de daarvoor gestelde termijn of de deurwaarder eerder meent dat een onderhandse verkoop niet tot de hoogste prijs leidt, de beslagen aandelen kunnen worden verkocht bij wijze van openbare verkoop;
en in het geval van onderhandse dan wel de openbare verkoop:
bepaalt dat de vrouw kan overgaan tot verkoop en overdracht van de beslagen aandelen,
bepaalt dat deurwaarder Ramazan wordt aangewezen als verkopend dan wel veilend gerechtsdeurwaarder;
bepaalt dat de deurwaarder nadere regels en voorwaarden kan vaststellen teneinde een zo hoog mogelijke opbrengst te bewerkstelligen;
bepaalt dat de man en Tidewell worden veroordeeld hun volledige medewerking te (blijven) verlenen aan het executietraject, de verkoop en de overdracht van de beslagen aandelen, waaronder het steeds op eerste verzoek van de deurwaarder onverwijld nakomen van de hiervoor onder d genoemde nadere regels en voorwaarden, op straffe van verbeurte van een dwangsom;
ten aanzien van Tidewell, de man, Intertrust en Ducat
bepaalt dat de man, Tidewell, Intertrust en Ducat hoofdelijk worden veroordeeld tot verstrekking aan de deurwaarder van
een afschrift van het Share Certificate No. 2,
een afschrift van het huidige aandeelhoudersregister en het aandeelhoudersregister zoals dat gold op 14 augustus 2015, 12 oktober 2016 en 30 juni 2018,
een overzicht van de aandeelhoudershistorie met betrekking tot het belang van de man in Tidewell,
alle correspondentie tussen enerzijds Tidewell en anderzijds de man (dan
wel personen die namens de man handelen) met betrekking tot (a) zijn aandelenbelang in Tidewell en (b) het wijzigen het van aandeelhoudersregister van Tidewell betreffende het aandelenbelang van de man in de periode van 14 augustus 2015 tot heden,
binnen twee weken en op straffe van verbeurte van een dwangsom;
bepaalt dat de man, Tidewell, Intertrust en Ducat hoofdelijk worden veroordeeld tot verstrekking aan de deurwaarder van alle naar het oordeel van de deurwaarder voor de waardering, de verkoop en overdracht van de beslagen aandelen relevante (financiële) informatie en overige gegevens binnen twee weken en op straffe van verbeurte van een dwangsom;
ieder ander door het gerecht in goede justitie te bepalen nader gebod of verbod aan de man, Tidewell, Intertrust en/of Ducat oplegt, zo nodig op straffe van een dwangsom;
ten aanzien van Tidewell
i. bepaalt dat een tijdens of na indiening van dit verzoekschrift geïntroduceerde statutaire blokkeringsregeling bij Tidewell terzijde wordt geschoven;
Tidewell veroordeelt ex artikel 716 Rv verklaring te doen aan het gerecht van de baten uit de beslagen aandelen in de periode vanaf 15 november 2021 tot en met 5 augustus 2024;
Tidewell veroordeelt ex artikel 474b lid 1 Rv verantwoording te doen aan de deurwaarder van de baten uit de Beslagen Aandelen in de periode vanaf 6 augustus 2024 en tot afdracht van die baten over te gaan aan de deurwaarder wanneer de deurwaarder dat verlangt;
ten aanzien van de man
bepaalt dat alle kosten in het kader van de executieverkoop van de beslagen aandelen voor rekening van de man komen;
de man veroordeelt tot betaling van de kosten van dit geding, te vermeerderen met nakosten, en samen te vermeerderen met rente.
3.2.
Verweerders hebben verweer gevoerd.
3.3.
Waar nodig, wordt hierna ingegaan op de stellingen en verweren.

4.De beoordeling

De man is gehouden tot betaling

4.1.
Dit betreft een geschil tussen ex-echtgenoten. De man is door zowel de Engelse als de Curaçaose rechter veroordeeld tot betaling aan de vrouw van hetgeen haar uit hoofde van de afwikkeling van hun huwelijk toekomt. Ondanks deze gerechtelijke uitspraken voldoet de man niet aan zijn betalingsverplichtingen. Een reden daarvoor heeft de man in dit geding niet gegeven. Evenmin bestaan aanwijzingen van betalingsonmacht.
4.2.
Aan de orde is de vraag of het de vrouw kan worden toegestaan de door haar executoriaal beslagen aandelen van de man te verkopen. De man heeft daartegen een aantal (formele) verweren gevoerd. De beoordeling daarvan vindt steeds plaats tegen de hiervoor geschetste achtergrond: de man laat na uitvoering te geven aan de tegen hem ten behoeve van zijn ex-echtgenote uitgesproken veroordelingen.
Beslag is niet nietig
4.3.
De man heeft ter zitting naar voren gebracht dat het beslag nietig is vanwege gebreken bij de betekening van de beslagexploten. Daartoe stelt hij dat niet blijkt dat de rechter bij wie het verlofverzoek met betrekking tot de Engelse beslissing aanhangig was heeft bepaald in welk dagblad publicatie moest plaatsvinden, en dat niet is gebleken dat publicatie van het exploot in enig dagblad heeft plaatsgevonden, noch dat het exploot is gepubliceerd in de Landscourant.
4.4.
Dit verweer kan reeds niet slagen uit het oogpunt van een goede procesorde. Het verweer is in deze procedure pas bij de mondelinge behandeling voor het eerst gevoerd, drie jaar na de beslaglegging in november 2021. Tijdens het door Tidewell ingediende kortgeding waarin opheffing van het beslag is gevorderd, is de nietigheid van het beslag op deze gronden niet aan de orde gesteld, terwijl de man bij de behandeling van die zaak aanwezig was. Door zich in het onderhavige geding pas ter zitting met niet nader onderbouwde stellingen op de nietigheid van het beslag te beroepen, heeft de man de vrouw de mogelijkheid ontnomen hierop adequaat te reageren. Daar komt bij dat de gemachtigde van de vrouw staande de zitting online de Landscourant heeft geraadpleegd, en heeft gezegd de publicatie daarin wel degelijk te hebben aangetroffen. Dit doet afbreuk aan het gewicht van dit formele verweer van de man.
Formele vereisten
4.5.
Het gerecht stelt vast dat de vrouw haar verzoek tijdig, namelijk binnen een maand na het exploot van beslag, heeft ingediend. Verder stelt het gerecht vast dat de vrouw de statuten van Tidewell heeft overgelegd. De door de man zelf eenvoudig te verifiëren stelling dat wellicht niet de laatste versie van de statuten is overgelegd, moet als niet onderbouwd worden gepasseerd.
Verkoop aandelen
4.6.
De vrouw heeft een executoriale titel en mag zich in beginsel ter voldoening van haar vordering op het vermogen van de man verhalen, en dus ook door de executoriale verkoop van de in beslag genomen aandelen. De bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van haar titel wordt slechts begrensd door misbruik van die bevoegdheid door de executant, waarvan sprake kan zijn indien het te executeren vonnis klaarblijkelijk op een juridische of feitelijke misslag berust of indien de tenuitvoerlegging op grond van na het vonnis voorgevallen of aan het licht gekomen feiten klaarblijkelijk aan de zijde van de geëxecuteerde een noodtoestand zal doen ontstaan. Dat hiervan sprake is, is niet gesteld. Dat de mogelijkheid van cassatie nog open staat of stond, is geen grond voor afwijzing van het verzoek. Het verzoek tot verkoop van de in beslag genomen aandelen, waartegen door de andere verweerders geen verweer is gevoerd, is daarom toewijsbaar.
Wijze van verkoop
4.7.
In artikel 474g lid 3 Rv is bepaald dat het gerecht bepaalt op welke wijze en onder welke voorwaarden de verkoop en overdracht dienen te geschieden.
Uitgangspunt van het wettelijk stelsel is dat beslagen goederen openbaar worden verkocht onder begeleiding van een deurwaarder.
4.8.
Het verzoek van de vrouw te bepalen dat de beslagen aandelen onderhands worden verkocht heeft zij onvoldoende onderbouwd. Door de vrouw zijn geen feiten en omstandigheden gesteld waaruit concrete mogelijkheden voor onderhandse verkoop volgen. Hoewel beide partijen zeggen onderhandse verkoop na te streven, is niet gebleken van enig concreet en constructief overleg, laat staan dat gebleken is dat zij het eens zijn over de wijze waarop onderhandse verkoop zou moeten worden ingestoken. Niet kan daardoor worden aangenomen dat binnen een redelijke termijn met een onderhandse verkoop de hoogste opbrengst zal worden gerealiseerd. Het gerecht zal daarom aansluiten bij het wettelijke uitgangspunt en bepalen dat de aandelen middels een openbare verkoop zullen worden verkocht. Daarbij zal evenwel bepaald worden dat deze verkoop pas vanaf 1 januari 2026 zal mogen plaatsvinden. Dit geeft partijen een jaar de gelegenheid om in gezamenlijk overleg tot onderhandse verkoop te komen. Bepaald zal voorts worden dat de openbare verkoop binnen twee jaar na 1 januari 2026, uiterlijk op 31 december 2027, zal moeten plaatsvinden.
Deurwaarder, voorwaarden en medewerking
4.9.
Hetgeen door verweerders is aangevoerd geeft geen aanleiding een ander met de openbare verkoop te belasten dan deurwaarder Ramazan. Dat het conservatoir beslag is gelegd door een andere deurwaarder, staat niet in de weg aan aanwijzing van Ramazan. Bepaald zal worden de deurwaarder, die daarvoor is toegerust, nadere regels en voorwaarden kan vaststellen teneinde [een] ordentelijk verkoopproces en een hoge opbrengst te bewerkstelligen. De gerechtsdeurwaarder is een openbaar ambtenaar, bij landsbesluit benoemd, om bepaalde in de wet omschreven ambtshandelingen, waaronder de executoriale verkoop van aandelen, te verrichten. De gerechtsdeurwaarder verricht zijn taak onafhankelijk, behoorlijk en zorgvuldig, zodat daarmee met voldoende waarborgen is omkleed dat het verkoopproces ordentelijk verloopt.
4.10.
Aan de voorwaarden die de man vervult wenst te zien voordat tot verkoop van de aandelen wordt overgegaan gaat het gerecht voorbij. De man is degene die veroordeeld is aan de vrouw een bedrag te betalen en verzuimt aan die veroordeling te voldoen. Het is bij uitstek aan de man zelf om ervoor te zorgen dat de verkoop van zijn aandelen een succes wordt. Het is ook primair aan de man om, als dat bevorderlijk is voor de verkoop, eventuele medeaandeelhouders, die hem bekend zijn, bij het verkoopproces te betrekken. Het gerecht merkt daarbij op dat de onderhavige zaak wat betreft de aan de executant te stellen eisen niet op een lijn is te stellen met, bijvoorbeeld, een geval waarin een professionele kredietgever verpande aandelen [van] een kredietnemer of borg uitwint.
4.11.
De vrouw verzoekt verder te bepalen dat de man en Tidewell hun volledige medewerking moeten verlenen aan het executietraject, de verkoop en de overdracht van de beslagen aandelen, waaronder het steeds op eerste verzoek van de deurwaarder onverwijld nakomen van de door hem vast te stellen nadere regels en voorwaarden. Tidewell heeft hiertegen geen verweer gevoerd. De man meent dat dit verzoek te breed en te onduidelijk is geformuleerd, maar geeft te kennen bereid te zijn om mee te werken. Hoewel op dit moment niet duidelijk is waar de verzochte medewerking concreet uit zal bestaan, is dat geen grond om dit verzoek jegens de man af te wijzen. De man, die tot dusver verzuimt zijn verplichtingen jegens de vrouw na te komen, zal zijn volledige medewerking hebben te verlenen aan het executietraject. Het verzoek wordt op dit punt, ook jegens Tidewell, dan ook toegewezen als hierna in de beslissing omschreven.
Informatieverzoek
4.12.
De vrouw verzoekt te bepalen dat de man, Tidewell, Intertrust en Ducat bepaalde stukken aan de deurwaarder moeten verstrekken. De verzochte stukken zijn volgens de vrouw nodig voor de waardering en verkoop van de aandelen.
4.13.
Door de man is aangevoerd dat dit verzoek in een andere procedure, namelijk in een AR-procedure, thuishoort, en het verzoek daarom moet worden afgewezen, althans dat de vrouw daarin niet-ontvankelijk moet worden verklaard. Het gerecht volgt de man hierin niet. Op grond van artikel 474g Rv bepaalt het gerecht de wijze van verkoop van de aandelen en onder welke voorwaarden de verkoop en overdracht dienen te geschieden, met mede als doel het realiseren van een hoge opbrengst. Daarvoor is nodig dat de waarde van de aandelen wordt bepaald, en dat kan alleen als over de juiste informatie wordt beschikt. Deze informatie bevindt zich in het domein van verweerders. Het verzoek om deze informatie over te leggen valt daarom binnen de reikwijdte van artikel 474g Rv.
4.14.
Het is in ieders belang dat de deurwaarder wordt voorzien van alle benodigde stukken om tot een juiste waardebepaling van de aandelen te komen. Het gerecht zal dan ook bepalen dat verweerders zijn gehouden de verzochte stukken, alsmede alle naar het oordeel van de deurwaarder voor de waardering, de verkoop en overdracht van de beslagen aandelen relevante (financiële) informatie en overige gegevens aan de deurwaarder te verstrekken, met inachtneming van het volgende.
4.15.
Verweerders hebben als verweer gevoerd dat zij niet beschikken over uitdraaien van het aandeelhoudersregister zoals dat gold op de door de vrouw genoemde data. De vrouw heeft dat vervolgens niet betwist. Ook anderszins zijn er geen aanwijzingen van het bestaan van dergelijke uitdraaien. Voor zover het verzoek ziet op (uitdraaien van) het aandeelhoudersregister zoals dat gold op 14 augustus 2015, 12 oktober 2016 en 30 juni 2018, wordt dat verzoek daarom afgewezen. Nu verweerders hebben gesteld dat het verloop en de wijzigingen van het aandeelhouderschap en ook de historie van het aandeelhouderschap van de man uit het huidige aandeelhoudersregister volgt, heeft de vrouw ook geen belang bij afzonderlijke uitdraaien per de door haar gestelde data. Tijdens de zitting is door Tidewell, Ducat en Intertrust te kennen gegeven dat alleen Tidewell en Ducat over het huidige aandeelhoudersregister, met de daarin conform artikel 2:109 BW aangebrachte mutaties, beschikken. Bepaald wordt daarom dat zij dit register aan de deurwaarder moeten verstrekken.
4.16.
De man stelt dat hij het Share-Certificate No. 2 is kwijtgeraakt. Of dit juist is kan in het midden blijven. Tidewell, Ducat en Intertrust hebben ter zitting evenwel laten weten dat zij de beschikking hebben over het Share-Certificate No. 2. Hierna wordt daarom beslist dat zij dit certificaat aan de deurwaarder moeten verstrekken.
4.17.
Voor zover het verzoek ziet op overige informatie wordt dat jegens alle verweerders toegewezen. In het kader van de verkoop van de aandelen en de waardering daarvan heeft de vrouw daarbij voldoende belang. Het verweer dat het verzoek een te ruime periode beslaat, staat niet aan toewijzing in de weg. Het verzoek is voldoende bepaald.
Kosten Tidewell, Ducat en Intertrust
4.18.
Tidewell, Ducat en Intertrust, die als derden in deze procedure zijn betrokken, hebben verzocht om de vrouw te veroordelen tot betaling van een bedrag de in verband met de verstrekking van de verzochte stukken te maken kosten. De vrouw meent dat het gevraagde voorschot aan de hoge kant is.
4.19.
Ducat zal de door haar te maken kosten bij Tidewell in rekening kunnen brengen, zodat er geen reden is haar separaat een vergoeding toe te kennen. Voor voormalig bestuurder Intertrust kan dat anders zijn. De door Tidewell en Intertrust terzake de uitvoering van deze beschikking te maken kosten zullen worden begroot op NAf 1.500 ieder. Bepaald zal worden dat de vrouw dit aan hen moet betalen.
Blokkeringsregeling, verklaring ex art. 716 Rv, verantwoording ex art. 474b Rv
4.20.
Tidewell heeft het verzoek te bepalen dat een tijdens of na indiening van dit verzoekschrift geïntroduceerde statutaire blokkeringsregeling bij Tidewell terzijde wordt geschoven niet betwist. Het verzoek wordt toegewezen als hierna omschreven.
4.21.
De vrouw verzoekt verder jegens Tidewell om haar te veroordelen ex artikel 716 Rv verklaring te doen aan het gerecht van de baten uit de beslagen aandelen in de periode vanaf de beslaglegging op 15 november 2021 tot en met 5 augustus 2024 en ex artikel 474b Rv verantwoording te doen aan de deurwaarder van de baten uit de beslagen aandelen in de periode vanaf 6 augustus 2024 en daarvan afdracht aan de deurwaarder te doen. Tidewell heeft ter zitting een verklaring overgelegd, waaruit volgt dat er sinds de beslaglegging geen baten zijn opgekomen. De vrouw heeft de deugdelijkheid van deze verklaring niet betwist. Het gerecht gaat daarom uit van de juistheid daarvan. De vrouw heeft dus geen belang meer bij een veroordeling van Tidewell ingevolge deze artikelen. Nu er geen baten zijn opgekomen is er geen grond om Tidewell conform artikel 716 Rv of artikel 474b Rv te veroordelen de baten aan de deurwaarder af te dragen.
Kosten executieverkoop
4.22.
De kosten van de executieverkoop komen ten laste van de man als schuldenaar.
Dwangsom
4.23.
De tegen de man uit te spreken bevelen zullen worden versterkt met een dwangsom als hierna omschreven. Ten aanzien van de overige verweerders bestaat daarvoor vooralsnog onvoldoende aanleiding.
Proceskosten
4.24.
De man wordt, als de overwegend in het ongelijk gestelde partij, in de proceskosten veroordeeld. Nu de vrouw als gevolg van het betalingsverzuim van de man genoodzaakt was Tidewell, Ducat en Intertrust in dit geding te betrekken, wordt de man ook veroordeeld tot betaling van de kosten van de oproeping van hen. Aan de zijde van de vrouw worden de kosten begroot op NAf 1.664 aan explootkosten, NAf 450 aan griffierecht en NAf 1.500 aan salaris gemachtigde. De verzochte wettelijke rente en de nakosten worden toegewezen zoals hierna onder de beslissing vermeld.
4.25.
De vrouw wordt veroordeeld in de proceskosten van Tidewell, Ducat, Intertrust en de deurwaarder, omdat zij als derden in deze procedure zijn betrokken en omdat de verzoeken ten aanzien van Tidewell, Ducat en Intertrust slechts ten dele toewijsbaar zijn. Hun kosten worden begroot op NAf 1.500 aan salaris gemachtigde voor hen tezamen, de kosten van de deurwaarder op NAf 1.500.
Uitvoerbaarheid
4.26.
In hetgeen de man heeft aangevoerd ziet het gerecht geen aanleiding af te wijken van het uitgangspunt dat condemnatoire rechterlijke beslissingen uitvoerbaar bij voorraad worden verklaard.

5.De beslissing

Het gerecht:
Openbare verkoop
5.1.
bepaalt dat de vrouw met ingang van 1 januari 2026 kan overgaan tot uitwinning van de beslagen aandelen door openbare verkoop daarvan door de deurwaarder, met een door de deurwaarder vast te stellen inzetprijs, welke openbare verkoop vervolgens uiterlijk op 31 december 2027 zal moeten hebben plaatsgevonden;
5.2.
wijst gerechtsdeurwaarder R.A. Ramazan aan als veilend deurwaarder;
5.3.
bepaalt dat de deurwaarder nadere regels en voorwaarden kan vaststellen teneinde een ordentelijk verkoopproces en een hoge opbrengst te bewerkstelligen;
5.4.
bepaalt dat een na indiening van dit verzoekschrift geïntroduceerde statutaire blokkeringsregeling bij Tidewell terzijde wordt geschoven;
5.5.
bepaalt dat alle kosten in het kader van de executieverkoop van de beslagen aandelen voor rekening van de man komen;
Medewerking en gegevensverstrekking
5.6.
beveelt de man en Tidewell hun volledige medewerking te (blijven) verlenen aan het executietraject, de verkoop en de overdracht van de beslagen aandelen, waaronder het steeds op eerste verzoek van de deurwaarder onverwijld nakomen van de hiervoor onder 5.3 bedoelde nadere regels en voorwaarden;
5.7.
beveelt Tidewell, Ducat en Intertrust binnen een maand na de uitspraak van deze beschikking een afschrift van het Share Certificate No. 2 aan de deurwaarder af te geven;
5.8.
beveelt Tidewell en Ducat binnen een maand na de uitspraak van deze beschikking een afschrift van het huidige aandeelhoudersregister aan de deurwaarder af te geven;
5.9.
beveelt de man, Tidewell, Intertrust en Ducat binnen een maand na de uitspraak van deze beschikking een afschrift van alle correspondentie waarover zij beschikken tussen enerzijds Tidewell en anderzijds de man (dan wel personen die namens de man handelen) met betrekking tot (a) zijn aandelenbelang in Tidewell en (b) het wijzigen het van aandeelhoudersregister van Tidewell betreffende het aandelenbelang van de man in de periode van 14 augustus 2015 tot heden aan de deurwaarder af te geven;
5.10.
beveelt de man, Tidewell, Intertrust en Ducat binnen een maand na het eerste verzoek van de deurwaarder daartoe alle naar het oordeel van de deurwaarder voor de waardering, de verkoop en overdracht van de beslagen aandelen relevante (financiële) informatie en overige gegevens aan de deurwaarder af te geven;
Kosten Tidewell en Intertrust
5.11.
bepaalt dat de vrouw als tegemoetkoming in de door Tidewell en Intertrust terzake de uitvoering van deze beschikking te maken kosten aan ieder van hen een bedrag van NAf 1.500 zal voldoen;
Dwangsom
5.12.
veroordeelt de man tot betaling aan de vrouw van een dwangsom van NAf 1.000 per dag dat de man niet of niet of niet volledig aan de bevelen onder 5.6, 5.9 en 5.10 voldoet, met een maximum van NAf 100.000 per bevel;
Proceskosten
5.13.
veroordeelt de man in de proceskosten van de vrouw van NAf 3.614, te vermeerderen met NAf 250 aan nakosten zonder betekening, verhoogd met NAf 150 in geval van betekening, en te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de vijftiende dag na de uitspraak van deze beschikking;
5.14.
veroordeelt de vrouw in de proceskosten van Tidewell, Ducat en Intertrust, tot op heden voor hen tezamen begroot op NAf 1.500, en in die van de deurwaarder, tot op heden begroot op NAf 1.500;
Uitvoerbaarheid
5.15.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
Afwijzing van het overige
5.16.
wijst af wat verder is verzocht.
Deze beschikking is gegeven door mr. P.E. de Kort, rechter, bijgestaan door mr. G. Benedictus, griffier, en in het openbaar uitgesproken.