Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.FEITEN
NAf 50,-
3.GESCHIL
4.OVERWEGINGEN
Vooraf: Ontvankelijkheid beroep
5.PROCESKOSTEN EN GRIFFIERECHT
6.DE BESLISSING
.
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij:
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, is in geschil of de betaalde premies van een levensverzekering als persoonlijke lasten aftrekbaar zijn op basis van artikel 16 van de Landsverordening inkomstenbelasting 1943 (LIB). De belanghebbende, wonende te Curaçao, had bezwaar gemaakt tegen aanslagen inkomstenbelasting en premies AOV/AWW en AVBZ die op 29 oktober 2021 waren opgelegd. De Inspecteur der Belastingen had de aanslagen gedeeltelijk verminderd, maar de belanghebbende ging in beroep tegen deze uitspraken. Tijdens de zitting op 1 maart 2024 werd de zaak aangehouden om de belanghebbende in de gelegenheid te stellen bewijsstukken in te dienen ter onderbouwing van de door haar geclaimde aftrek van premies levensverzekering. Na het indienen van deze stukken en een reactie van de Inspecteur, heeft het Gerecht op 7 november 2024 uitspraak gedaan. Het Gerecht oordeelde dat de betaalde premies niet aftrekbaar zijn, omdat het gaat om een verzekering die recht geeft op een kapitaaluitkering bij overlijden van de verzekerde, en niet om premies voor aan de belanghebbende toekomende lijfrentetermijnen. De uitspraak concludeert dat de aanslagen IB en premies AOV/AWW en AVBZ verminderd worden, en dat de Inspecteur het betaalde griffierecht aan de belanghebbende dient te vergoeden.