Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.FEITEN
3.GESCHIL
4.OVERWEGINGEN
Beroep ingevolge ALL of SBV?
5.PROCESKOSTEN EN GRIFFIERECHT
6.DE BESLISSING
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij:
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak gaat het om de tijdigheid van het beroep van belanghebbenden tegen aanslagen successiebelasting die zijn opgelegd door de Inspecteur der Belastingen. De erflater is op 18 mei 2008 overleden en de Inspecteur heeft op 31 oktober 2018 aanslagen successiebelasting opgelegd aan de belanghebbenden. Tegen deze aanslagen hebben de belanghebbenden op 25 februari 2020 beroep ingesteld, omdat de Inspecteur niet tijdig op hun bezwaarschriften had beslist. De belanghebbenden stellen dat de beroepstermijn van twaalf maanden, zoals vastgelegd in artikel 31, lid 1 van de Algemene landsverordening Landsbelastingen (ALL), van toepassing is, terwijl de Inspecteur aanvoert dat de kortere termijn van zes weken uit artikel 81a van de Successiebelastingverordening 1908 (SBV) geldt. Het Gerecht heeft geoordeeld dat artikel 81a SBV buiten toepassing moet worden gelaten, waardoor het beroep van de belanghebbenden tijdig is ingediend. Het Gerecht heeft vastgesteld dat de aanslagen successiebelasting buiten de wettelijke termijn zijn opgelegd en deze daarom vernietigd moeten worden. De uitspraak is gedaan op 2 december 2020.