ECLI:NL:OGEAC:2020:25
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen de heffing van griffierecht in civiele procedure tussen Aska Levensverzekering N.V. en de griffier
In deze zaak heeft de naamloze vennootschap Aska Levensverzekering N.V. op 13 juni 2019 een verzoekschrift ingediend bij het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, geregistreerd onder nummer CUR201902114. Het verzoekschrift was gericht tegen United Telecommunication Services N.V. (UTS) en had als doel een verklaring van recht te verkrijgen dat er een overeenkomst tot stand was gekomen tussen Aska en UTS. Subsidiair vorderde Aska een verklaring voor recht dat het afbreken van onderhandelingen door UTS onaanvaardbaar was en vroeg om schadevergoeding.
Bij de indiening van het verzoekschrift werd aan Aska een griffierecht van NAf 450 opgelegd. Later bleek echter dat dit bedrag onjuist was berekend en dat het griffierecht op NAf 7.500 had moeten worden vastgesteld. Mr. A.C. van Hoof, de gemachtigde van Aska, verzet zich tegen deze verhoging van het griffierecht en stelt dat er geen direct geldelijk belang is dat op een bepaald bedrag kan worden gewaardeerd. De griffier refereert zich aan het oordeel van de rechter.
Het Gerecht oordeelt dat het verzet tijdig is ingesteld, maar dat de griffier bevoegd is om het griffierecht te verhogen indien dit te laag is vastgesteld. De wetgeving omtrent griffierechten, zoals vastgelegd in het Landsbesluit Tarieven Burgerlijke Zaken (LTBZ), stelt dat het griffierecht gerelateerd moet worden aan de waarde van de vordering. Aangezien de waarde van de overeenkomst tussen Aska en UTS aanzienlijk is, is het Gerecht van mening dat het griffierecht terecht is vastgesteld op het maximumtarief van NAf 7.500. Het verzet van Aska wordt derhalve ongegrond verklaard.