In deze zaak heeft belanghebbende, gevestigd te Curaçao, beroep ingesteld tegen een naheffingsaanslag winstbelasting 2015. Dit beroep is ingediend op 9 maart 2020, echter zonder dat eerst bezwaar is gemaakt bij de Inspecteur der Belastingen. Het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao heeft vastgesteld dat, volgens de Landsverordening op het beroep in belastingzaken, belanghebbende eerst bezwaar moet maken voordat beroep kan worden ingesteld. Het Gerecht heeft daarom besloten de brief van belanghebbende door te zenden aan de Inspecteur, zodat deze als bezwaarschrift kan worden behandeld. Belanghebbende kan vervolgens binnen twee maanden na de uitspraak van de Inspecteur op het bezwaar een beroepschrift indienen bij het Gerecht. Indien de Inspecteur niet tijdig uitspraak doet, kan belanghebbende tot 9 december 2021 beroep instellen tegen het niet tijdig doen van uitspraak op het bezwaar. De uitspraak van het Gerecht, gedaan op 13 juli 2020, verklaart het beroep kennelijk niet-ontvankelijk en draagt de Griffier op de brief van belanghebbende door te zenden aan de Inspecteur.