In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao op 8 juli 2016 uitspraak gedaan in het beroep van X Holding N.V. tegen de Inspecteur der Belastingen. De zaak betreft naheffingsaanslagen in de winstbelasting voor de jaren 2009 en 2010, waarbij vergrijpboetes van 25% zijn opgelegd. De belanghebbende, X Holding N.V., heeft bezwaar aangetekend tegen de naheffingsaanslagen en de boetes, maar deze zijn bij uitspraken op bezwaar gehandhaafd. Tijdens de zitting op 15 april 2016 is vastgesteld dat partijen schriftelijk toestemming hebben gegeven om de mondelinge behandeling achterwege te laten.
De belanghebbende heeft als ondernemingsactiviteit het beheer van aandelen en vermogen, en de aandelen worden voor 100% gehouden door mevrouw C. De Stichting Belastingaccountantsbureau (SBAB) heeft een boekenonderzoek uitgevoerd, waaruit correcties zijn voorgesteld. De belanghebbende heeft voor beide jaren nihil aangiften gedaan, en de Inspecteur heeft naheffingsaanslagen opgelegd op basis van de voorgestelde correcties.
In het geschil is de vraag aan de orde of de correcties terecht zijn en of de vergrijpboeten moeten vervallen. Het Gerecht oordeelt dat de belanghebbende niet aannemelijk heeft gemaakt dat de opgevoerde kosten zakelijk zijn. De uitgaven aan giften zijn niet met bewijsstukken gestaafd, en bij de investeringsaftrek is verzuimd de waarde van de ondergrond in mindering te brengen. Het Gerecht acht de opgelegde vergrijpboete van 25% passend en geboden. De uitspraak concludeert met de vermindering van de naheffingsaanslagen en de vergrijpboeten.