Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.FEITEN
3.GESCHIL
4.OVERWEGINGEN
Vooraf: Ontvankelijkheid beroep tweede kwartaal 2020
5.PROCESKOSTEN EN GRIFFIERECHT
6.DE BESLISSING
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij:
Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak gaat het om een geschil tussen Belanghebbende B.V. en de Inspecteur der Belastingen over naheffingsaanslagen in de Algemene Bestedingsbelasting (ABB). Belanghebbende, een makelaar, heeft een samenwerkingsovereenkomst gesloten met X BV, waarbij de opbrengsten worden gedeeld. X BV factureert de diensten inclusief 6% ABB aan klanten en draagt deze belasting af. De centrale vraag is of Belanghebbende ook ABB verschuldigd is, nu X BV al ABB heeft afgedragen over de door Belanghebbende verrichte prestaties. Het Gerecht oordeelt dat de samenwerkingsovereenkomst moet worden aangemerkt als een partage-overeenkomst, wat betekent dat Belanghebbende ABB verschuldigd is over de bedragen die X BV aan haar heeft betaald. Het Gerecht verwerpt ook het subsidiaire betoog van Belanghebbende dat zij als commissionair kan worden aangemerkt en daardoor vrijgesteld zou zijn van ABB. De uitspraak van het Gerecht bevestigt dat de naheffingsaanslagen terecht zijn opgelegd en dat Belanghebbende ABB verschuldigd is over de ontvangen vergoedingen.