ECLI:NL:OGEAA:2025:319
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Civielrechtelijke procedure over bewijsopdracht en niet geslaagd bewijs in geldleningsovereenkomst
In deze civielrechtelijke procedure heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 22 oktober 2025 uitspraak gedaan in de zaak tussen [eiser] en [gedaagde]. De procedure volgde op een bewijsopdracht die eerder was gegeven aan [eiser] om aan te tonen dat hij een overeenkomst van geldlening had gesloten met [gedaagde] voor een bedrag van Euro 24.390,--. Tijdens de procedure heeft [gedaagde] aangegeven af te zien van het horen van getuigen, waarna de zaak voor vonnis is gekomen.
Het Gerecht heeft vastgesteld dat [eiser] niet in het bewijs is geslaagd. Dit werd onderbouwd met de opmerking dat de getuigenverklaringen niet door de rechter konden worden geverifieerd, omdat de gelegenheid om getuigen te horen niet was geboden. De rechter benadrukte dat het aan de partij die moet bewijzen is om getuigen op te roepen, en dat het risico van het niet voldoen aan de bewijsopdracht bij [eiser] ligt. De verklaringen die [eiser] had ingediend, werden als onvoldoende betrouwbaar beschouwd, omdat de getuigen niet onder ede konden worden gehoord en de rechter niet in staat was om hen te confronteren met de stellingen van [gedaagde].
Uiteindelijk heeft het Gerecht de vorderingen van [eiser] afgewezen en hem veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van [gedaagde] zijn begroot op Afl. 4.500. Dit vonnis is uitgesproken door mr. A.J.J. van Rijen en vond plaats tijdens een openbare terechtzitting.